no
Is
Pensionering F. N. Belderink
Afscheid mej. H. M. Evers
L. Verheijen
ai
ammk
11liil-W i
:us'ir
De heer Belderink
werd bij zijn
afscheid fleurig ge
decoreerd.
Amsterdam Op woensdag 20 juli jl. heeft de heer F. N.
Belderink officieel afscheid genomen van de brouwerij in ver
band met het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. De
heer Belderink was gedurende zijn dienstverband na een korte
periode in de bottelarij, corveeër in de personeelskantine. Hij
gaf zich zelf in die periode de persoonlijke titel van
„floormanager" in plaats van corveëer.
Op deze dag werd de heer Belderink samen met zijn vrouw en
dochter ontvangen door ir. R. W. Welmers op diens kamer aan
de Mauritskade te Amsterdam. Behalve de heer Welmers, be
drijfsleidervan de Amsterdamse vestigingen, waren hierbij ook
aanwezig de heren H. A. Hesse, chef interne dienst en tevens
chef van de heer Belderink, H. A. Joosse en K. Zwart, twee
collega's, M. Brouwer van het Jubileumfonds en P. E. Jansen,
chef plaatselijke personeeldienst en mevrouw S. van Kooten-
Pinke, eveneens van de personeeldienst.
Uit handen van de heer Welmers ontving de scheidende heer
Belderink een envelop met inhoud. Namens de collega's
overhandigde de heer Hesse een cadeau onder couvert. Als
laatste gaf de heer Brouwer de envelop van het Jubileumfonds.
Gevraagd naar de bestedingsdoeleinden van dit geld zei de
heer Belderink dat hij dit met zijn vrouw, die voor deze gele
genheid prachtige bloemen had gekregen, zou overleggen.
Gezien zijn grote belangstelling voor de operamuziek hebben
wij een vermoeden...
Amsterdam „Met Heineken, goedemorgen", is iets dat wij
juffrouw H. M. Evers helaas niet meer zullen horen zeggen. Na
een bijna 33-jarig dienstverband in de functie van telefoniste
heeft zij namelijk op 21 juli jl. op de brouwerij aan de Stadhou
derskade te Amsterdam officieel afscheid genomen in verband
met het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd.
Op deze feestelijke dag werd zij in de lunchkamer ontvangen
door de heren dr. H. P. Meppelink, directeur concern
stafdiensten personeelszaken, ir. R. W. Welmers, J. Siep,
algemene zaken Divisie Internationaal, P. E. Jansen, H. A.
Hesse en mevrouw W. S. Wohlgemut. Daarna werd juffrouw
Evers door de vele collega's en belangstellenden onder har
telijk applaus verwelkomd in 't Koelschip. Kort daarop rinkelde
de telefoon die op het tafeltje van juffrouw Evers was opge
steld. De laatste keer in functie nam zij, duidelijk verbaasd, de
telefoon op met het voor iedereen bekende: „Met juffrouw
Evers!" De stem aan de andere kant van de lijn, die dank zij de
perfecte technische verzorging voor iedereen via de luidspre
kers uitstekend verstaanbaar was, bleek te zijn van de heer
Hesse, chef van de jubilaresse, die belde vanuit een nabijge
legen telefooncel. Via dit communicatiemiddel richtte hij zijn
toespraak tot juffrouw Evers. Nadat hij de telegrammen had
voorgelezen van respectievelijk de heren J. van der Werf, lid
van de raad van bestuur en drs. B. Sarphati, directeur beheer
deelnemingen Divisie Internationaal, die zich tot hun spijt
moesten verontschuldigen maar juffrouw Evers graag langs
deze weg wilden bedanken voor de vele diensten en haar al het
goede voor de toekomst wensten, besprak de heer Hesse haar
loopbaan bij het concern. Na op 1 oktober 1944 als telefonis-
te/telexiste in dienst te zijn getreden bij de Amstel brouwerij,
heeft juffrouw Evers de telefooncentrale vrijwillig bemand in de
verwarde tijd kort na de oorlog, toen het Amstel kantoor ge
deeltelijk gebruikt werd door Militair Gezag. Juffrouw Evers is
nog in het bezit van een bedankbrief van jonkheer P. J. Six,
voor het prima werk juist in die tijd.
Na een aantal verhuizingen van de telefooncentrale werkte zij
sinds 1970 op de centrale aan de Stadhouderskade.
De heer Hesse bedankte juffrouw Evers voor haar werk en
noemde haar, en daarmee ook haar collega's, beslist niet ten
onrechte „de ambassadrice voor het concern"! Hij overhan
digde haar namens het personeel een prachtige stereo-instal
latie. In haar dankwoord zei juffrouw Evers dat de ontvangst
„ontzettend overweldigend en een herinnering voor het leven
was". Zij bedankte voor de grote belangstelling en het mooie
cadeau.
De receptie, waarbij nog vele handen werden geschud en ge
schenken overhandigd, liep nogal uit. De verklaring ligt voor
de hand: als telefoniste had juffrouw Evers dagelijks contact
met zeer veel mensen, maar zij zag ze nooit. De uitroep: „O,
bent u dat?" werd daarom op deze receptie vele malen ge
hoord.
Mejuffrouw Evers toost alvorens met pensioen te gaan nog éénmaal
met haar collega's van de telefooncentrale.
Amsterdam Op 12 augustus 1952 trok de toen
15-jarige Leo Verheijen de stoute schoenen aan.
Het was zijn eerste werkdag in de smederij van de
Amstel brouwerij! Jong als hij toen was maakte hij
na ongeveer zes weken een kleine vergissing:
„één gulden boete voor roken in de mouterij", zo
staat vermeld in zijn dossier! Al heeft dit kleine „incident" hem
dan niet van het roken afgeholpen, wel is hij 25 jaar bij de
20