i
REIZEN
„Hoe is het mogelijk?", zal de leekzeggen
„dat je je leven kunt verpanden aan
slechts kijken." Maar imker zijn brengt
beweging met zich. Holland is klein en
de plantenwereld wordt steeds meer te
ruggedrongen door de betonnen
honingraten van de mensheid. Het is
vaak moeilijk om bijen aan voedsel te
helpen en daarom wordt er gereisd met
de bijenkasten naar de hei of andere
streken met bloemen of bloesems. Het
vlieggat wordt vergrendeld door middel
van een houten klosje en het dak wordt
vervangen door een gaas op een raam.
Dit is nodig omdat bijen veel hitte
produceren. Wanneer zij in een dichte
kast moeten blijven, zouden de gevolgen
van een transport ernstig kunnen zijn,
omdat de grote warmte die zij produce
ren de honingraten zou kunnen doen
smelten, waardoor zij zelf onder hun ei
gen lekkernij komen te zitten en een ze
kere dood tegemoet gaan. Bijentrans
porten vinden dan ook in de vroegste
uren van de dag plaats. Een vrachtwa
gen gaat dan langs de huizen van de
imkers, ook in Amsterdam of andere
steden, want op de daken van menig
huis en uiteraard in de tuinen, zijn bijen
kasten te vinden. Dat dergelijke reizen in
de prille ochtend veel sfeer met zich
brengen is begrijpelijk en de heer Rinkel
denkt met genoegen terug aan het bij-
envervoer in bijvoorbeeld de oorlogsja
ren toen hij met een kolengestookte auto
de bijen van Amsterdam naar de heide
moest brengen.
De verschillende bloemen hebben een
invloed op de smaak van de honing, die
toch nog steeds heel belangrijk is, want
het maakt deze hobby betaalbaar of be
ter gezegd hij kost daardoor niets. Er is
nog altijd vraag naar dit zoete „boter-
hambeleg" en de opbrengst ervan dekt
de kosten van vervoer, medicijnen,
hulpmiddelen, enzovoort.
KONINKLIJKE ENVELOPPE
Maar de bijen reizen niet alleen per eigen
vrachtwagen. Groot was onze verwon
dering toen er uit een la een klein blokje
tevoorschijn kwam dat was uitgehold
naar één kant. Deze verkregen ruimte
was overdekt met een gaasje. Het was
niet langer dan 10 cm en de zijkanten
waren hooguit 2 cm. Het was de „enve
loppe" waarin koninginnen op reis gaan.
Aan één kant wordt voedsel in de vorm
van een mengsel van honing en suiker
poeder geplakt. Aan de andere kant is
ruimte voor drie of vier werksters en in de
ruimte die overblijft,zetelt de koningin,
die gezien haar status nu eenmaal niet
zonder dienaressen door het leven kan.
Voorts worden naam en adres op 't
blokje vermeld en binnen de kortste
keren levert Tante Pos deze vreemde
kostgangers heelhuids af.
Ook gaan er hele kasten als expresse-
goed de trein in. In de meeste gevallen
naar Schiermonnikoog, want daar is een
bevruchtingsstation. Waarom? Omdat
daar maar één ras bijen voorkomt van de
vier grote rassen die door imkers worden
gebruikt, en wil men er zeker van zijn dat
een koningin bevrucht wordt door een
dar van hetzelfde ras, dan moet men ver.
gaan, want wat is het geval?
DE BRUILOFT
De koningin is slechts éénmaal in haar
leven vruchtbaar gedurende ongeveer
een week en de bevruchting vindt plaats
in de lucht, en niet in de korf of kast.
Eeuwenlang hield de mensheid bijen,
maar wat zich tijdens de bijenbruiloft
afspeelde was een volslagen geheim.
Sinds kort weet men iets meer van de
wittebroodsuren van de koninginnen en
dat dankzij het nylon. Dit materiaal is zo
licht en zo sterk dat er een draad van te
maken valt, die om een poot van de in
verhouding grote koningin geknoopt
kan worden. Wanneer zij dan uitvliegt
gaat het gewicht van de draad niet boven
haar krachten en verraadt zij waar zij is.
De onderzoeker kan dan de ontmoeting
met de dar volgen, maar dat hij tot nu toe
nog niet alles te weten is gekomen zal de
lezer duidelijk zijn.
heel klein houten gebouwtje, dat geheel
volgens de ideeën van de heer Rinkel is
ingericht. Hierin is alles te vinden dat
nodig is voor het observeren en het ver
zorgen van deze insekten. Eén kant
wordt in beslag genomen door een
werktafel. Er zijn verder potjes met bijen
op sterk water, medicijnen liggen in de
laatjes, want bijen kunnen ook ziek wor
den. Hun bloed kan aangetast worden
en er zijn schimmels die dodelijk zijn
voor de larven. Eén van de studie-ob
jecten van de heer Rinkel is dan ook het
experimenteren met geneesmiddelen
(antibiotica). Een demonstratiekast
stond te wachten op haar bevolking en
een grote microscoop kon direct worden
ingezet om het voor het naakte oog niet
zichtbare te ontsluieren. „Sla 'm dood",
zal in deze ruimte nooit klinken, want elk
bijenleven heeft te veel geheimen en is te
boeiend om daar een gewelddadig einde
aan te maken.
De opvolger van de bijenkorf, de kast.
METSELENDE BIJEN
De kasten moeten ook voor de trein-
transporten worden afgesloten door
gaas. Maar wie nu zou denken dat de
imker met hamer en spijkers aan de gang
moet alvorens Van Gend Loos te laten
voorrijden, vergist zich. Hij behoeft
slechts het houten raam met gaas op de
kast te leggen en binnen enkele uren
hebben de bijen de kieren dichtgemaakt
met was, waardoor het raam praktisch
niet meer van zijn plaats is te krijgen. Hij
maakt daarbij gebruik van de gewoonte
van dit hardwerkende volk om alles wat
kleiner is dan 6 mm onmiddellijk te dich
ten. Hun meetkundige gave heeft ook tot
gevolg dat alles wat breder is dan 8 mm
wordt benut voor het maken van raten.
Slechts datgene dat een breedte heeft
van tussen 6 en 8 mm laten zij open en
gebruiken zij als loop- en leefruimte.
Toen wij de heer Rinkel bezochten was
er maar één kast bij hem in de tuin, want
hij was net terug van een vakantiereis
naar Amerika en zijn overige bijenvolkjes
waren uitbesteed. Maar die ene behui
zing was voldoende om een indruk te
geven van de enorme activiteit van de
bijen in de zomer. In zijn tuin staat een
MET BIJEN BUITEN DE GRENZEN
In de bijenban is ook
groepsdirecteur,
die
drs. A. Miedema,
vertelde dat zijn
grootvader bijen hield. Daardoor was de
heer Miedema als kind al geboeid door deze
insekten. Het is begrijpelijk, dat toen hij on
geveer acht jaar geleden de heer Rinkel
ontmoette, de bijen al spoedig de hoofd
toon voerden in het gesprek. Alras kwamen
er Rinkelbijen op het Miedema-erf te staan
en sindsdien hebben de bijenvolken zich
daar vermenigvuldigd met wisselend suc
ces. Wanneer men nog werkt en veel moet
reizen, is het een stuk moeilijker om bijen te
houden want zij hebben op bepaalde mo
menten de volledige aandacht nodig van de
imker. Wanneer die er dan niet is kunnen
zwermen verloren gaan of kan de honing
oogst in het niet verdwijnen.
Ook kunnen zij onderwerp van gesprek zijn
tijdens de vele zakenreizen en een enkele
maal leiden tot interessante ontmoetingen,
zoals met een pater in Burundi, die op zijn
manier efficiënt ontwikkelingshulp bedreef
met kippen en bijen. De eerwaarde man
leerde de jongens uit de buurt de kunst van
het houden van deze dieren en als ze na een
week of zes huiswaarts keerden hadden zij
al het materiaal voor een hok en een bijen
kast bij zich. Eens per maand verscheen
dan de pater in een bestelwagen bij hen
thuis en haalde de honingraten op om in zijn
school centraal de honing te vergaren en te
verkopen. Er waren jaren dat er 18.000 kilo
op die manier naar de markt gebracht kon
worden. Tezamen met de opbrengst van de
kippen konden zijn leerlingen zich gemak
kelijker staande houden in het leven en was
de pater in staat in zijn school almaar nieu
we leerlingen op te leiden. De bedrijfsleider
van de limonadefabriek in Kigali in Rwanda,
de heer Otten, moet bijen gehaat hebben,
want zij ontdekten zijn suikervoorraden. De
heer Miedema overreedde hem echter om
bijen als hobby te gaan houden en ver
schafte hem het model van een kast. Er
staan er nu een stuk of zes bij zijn huis.
11