Het eerste biervervoer per spoor Een van de boeiende onderdelen uit de geschiedenis van het bier is het vervoer van het produkt der brouwers naar hun afnemers in binnen- en buitenland. Eeuwen geleden reeds kwam de export van bier op gang. Heeft niet Amsterdam zijn ontstaan, ruim zevenhonderd jaar geleden, aan de bierhandel met de Hanzesteden Hamburg en Bremen te danken? (Vers van 't Vat, 5/1975). Het transport ging per schip en dat is eeu wenlang zo gebleven. Met de opkomst van de spoorwegen, nu zo'n kleine anderhalve eeuw geleden, begint ook de geschiedenis van het vervoer van bier per spoor. Een wijze van transport waarvan ten aanzien van ons concern sinds enkele jaren om economische redenen geen gebruik meer wordt gemaakt. Bier per spoor, voor wat onze onderne ming betreft gedurende ongeveer hon derd jaar, is dus verleden tijd. Niettemin de moeite waard ervan kennis te nemen aan de hand van het hiernavolgende historische relaas. Het is, uitermate goed gedocumenteerd, geschreven door de heer G. F. van Reeuwijk, foto handelaar te Rotterdam, die de ge schiedschrijving van het rollend mate rieel der Nederlandse Spoorwegen tot zijn hobby heeft gemaakt. Mocht u ooit een bezoek brengen aan het Verkehrsmuseum te Neurenberg, dan zult u daar een replica aantreffen van de Adler, de eerste Duitse locomo tief, met bovenop de tender twee bier vaatjes. Dit laatste ter herinnering aan het feit, dat in 1836 voor de eerste keer via de spoorweg Neurenberg Fürth vrachtgoed (in dit geval twee fusten bier) werd vervoerd. Personenrijtuig 3e klas op de lijn Neuren- berg-Fürth (1835) Het laden van Amstel wagens bij het Wees- perspoorstation te Amsterdam, omstreeks 1917. De twee voorste wagens, SS 991 en SS 992, werden in 1889 in dienst gesteld. Beide foto's zijn op dit gebied waarschijnlijk de oudste beelden. De enige bierwagens, die vandaag de dag nog over de rails denderen, zijn de miniatuurwagens op de modelspoorwegen. Wie wat dieper in de geschiedenis van de spoorwegen graaft, komt al spoedig tot de ontdekking, dat het plaatsen van deze biervaatjes bovenop de tender van de Adler historisch onjuist is. Op 11 juni 1836 werden door de Neu- renbergse bierbrouwerij Lederer twee fusten bier met de eerste naar Fürth gaande trein verzonden. Op deze spoorweg werd toen zowel met paarde- als met stoomtractie gereden, in de ver houding van twee stoomritten op acht haverritten (de tweede locomotief, Pfeil, zou eerst in september 1836 in dienst gesteld worden); de eerste ochtendtrein naar Fürth was een Pferdezug. Omdat deze spoorwegmaatschappij nog niet de beschikking had over bagage- of goederenwagens, werden beide fusten bier tegen betaling van 2x6 Kreutzern op de Vordersitze van een derde klasse rijtuig gezet en zo naar Fürth vervoerd. Deze toen nog geheel open rijtuigen, waaraan behalve het dak, ook afsluitba re portieren ontbraken, hadden drie af delingen met elk acht tot tien staan plaatsen. Tegen elke kopwand bevond zich boven de bufferbalk een dubbele zitplaats, waarop reizigers mochten plaatsnemen, voor zover deze zitplaats niet door de Kutscher werd ingenomen. Deze paardetractie zou overigens tot 1863 stand houden; omdat de aanslui ting op de Beierse staatsspoorwegen helaas nooit tot stand kwam en men 6

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1977 | | pagina 6