HOE HET ONTSTOND
EN TOT STAND KWAM
Bouwen
en brouwen
in de Barrepolder
De nieuwe Heineken brouwerij is er.
Maar dat hij er niet vanzelf is gekomen
moge blijken uit het feit, dat de plannen
reeds uit de zestiger jaren dateren.
Om precies te zijn: de beslissing om het
Rotterdamse bedrijf elders te vestigen
werd genomen in 1969. Aanvankelijk
was het de bedoeling een nieuwe
brouwerij te bouwen op de plaats van de
inmiddels honderd jaar oude vestiging
in de havenstad. Toen echter duidelijk
was geworden, dat renovatie en uitbouw
van het Rotterdamse bedrijf zowel uit
verkeerstechnisch als uit milieutech
nisch oogpunt de brouwerij lag
midden in de stad voor de toekomst
geen ideale oplossing zou bieden werd
besloten tot nieuwbouw elders. Boven
dien was het duidelijk, dat ook in de
brouwindustrie de noodzaak tot schaal
vergroting zich zou voortzetten en het
betrekkelijk kleine terrein in Rotterdam
(4 ha) bood hiertoe onvoldoende
gelegenheid. Nadat verschillende mo
gelijkheden onderzocht waren werd in
Zoeterwoude een terrein gevonden, dat
bijzonder geschikt was. Midden in de
Randstad, niet te ver van Rotterdam
(ongeveer 30 km), in de nabijheid van
grote verkeerswegen (de E10, Rotter
dam-Amsterdam, ligt op 2 km afstand),
een spoorlijn (Leiden-Utrecht) en open
water (Oude Rijn). Mèt de mogelijkheid
tot het verkrijgen van voldoende water
van behoorlijke kwaliteit en het op
eenvoudige wijze afvoeren van ge
zuiverd afvalwater.
Het terrein in Zoeterwoude is 78 hectare
groot en had reeds een industriebe
stemming.
Voor het ontwerp en de bouw van de
nieuwe brouwerij ging Heineken in zee
met de architectengemeenschap Van
den Broek en Bakema vanwege de
architectonische en de stedebouw-
kundige kwaliteiten van deze groep
en het ingenieursbureau Dwars Hee-
De eerste paal
Brouwerij Rotterdam naar elders...
derik en Verhey B.V. vanwege de
ervaring van dit bureau op het gebied
van industriële projecten. Alle werktuig
bouwkundige, respectievelijk elektro
technische en regeltechnische behoef
ten, nodig voor het produktieproces,
zouden worden ontwikkeld door
Heineken Centrale Engineering en
Heineken Technologisch Centrum.
In de Nederlandse planologie wordt op
het ogenblik veel gedaan om het even
wicht in de natuur te behouden of zelfs
te verbeteren. In het bijzonder geldt dit
voor de Randstad Holland. Deze ont
wikkeling vroeg om veel overleg op ge
meentelijk, gewestelijk en provinciaal
niveau. Omstreeks de jaarwisseling
1969 -1970 vonden de eerste gesprekken
plaats met de gemeente Zoeterwoude
over een bestemmingsplan, waarin de
activiteiten en de bouwplannen, die
mogelijk waren op dit terrein (de
,,Barrepolder"), geregeld werden. Op 21
april 1971 werd dit bestemmingsplan
door Gedeputeerde Staten van Zuid-
Holland goedgekeurd.
Op 5 maart 1971 vond ten overstaan van
mr. J. M. M. Koeken, kandidaat-notaris
te Leiderdorp, de overdracht plaats van
de grond van de gemeente Zoeterwoude
aan Heineken. In juni 1971 begonnen de
eerste graafwerkzaamheden: de aanleg
van grondophogingen, de zogenaamde
perskaden", die nodig waren bij het
opspuiten van het terrein met 500.000 m3
zand vanuit het negen kilometer verder
op in aanleg zijnde recreatiegebied ,,De
Vlietlanden" bij Leiden.
Tijdens de graafwerkzaamheden stuitte
men op een oud, gemetseld funderings
werk. Een overblijfsel van het poort
gebouw, dat bij het Huis te Zwieten
hoorde. Een kasteel, dat midden in de
weilanden stond, opongeveer600 meter
van de Hoge Rijndijk. Huis te Zwieten
stamhuis van een geslacht, dat de
gemeenschap veel vooraanstaande be
stuurders heeft geleverd was in 1312
al bekend als Hollands leen. Het gebouw
is in de loop der eeuwen verbouwd tot
een weelderig landhuis met grote raam -
partijen en rijk-aangelegde tuinen. In
1805 werd het afgebroken. Het puin van
de fundamenten werd gebruikt voor de
aanleg van de weg Den Haag-Gouda.
De Rijksdienst voor het Oudheidkundig
Bodemonderzoek, die reeds eerder on
derzoekingen had verricht in de Barre
polder, kwam weer kijken, toen de
dragline op de fundering van het poort
gebouw was gestoten. Zaken van arche
ologische waarde men hoopte een
aantal Romeinse bewoningsresten te
vinden— werden echter nauwelijks
naar boven gebracht.
Op 22 november werd de eerste paal
geslagen. Een man, die zeer nauw be
trokken was bij de Zoeterwoudse acti
viteiten, ir. J. M. van Rossem, thans
adjunct-directeur, verrichtte die hande
ling.
Silogebouw op hoogte
14