Het is een opvallend verschijnsel, dat in deze onstui
mige tijd een steeds grotere hang naar het verleden
ontstaat. Het jeugdsentiment viert hoogtij en de win
keltjes in rariteiten staan barstensvol oude spullen.
Het is in dit licht dan ook niet verwonderlijk, dat de
'Laterna Magica', de toverlantaarn, weer een geheel
eigen leven is gaan leiden. De sfeer, die ermee wordt
opgeroepen, is die uit de tijd van de postkoets, de
snuifdoos en de dampende chocolademelk.
De toverlantaarn heeft altijd iets mystieks gehad, iets
geheimzinnigs, iets uit de andere wereld. De beto
verende beelden en de fantastische vertellingen, die
de explicateur er bij hield, hadden iets melodrama
tisch en werkten zeer suggestief. Ook in deze tijd
spreken de voorstellingen met de toverlantaarn nog
tot de verbeelding.
Een man, die zich volledig verdiept heeft in de histo
rische ontwikkeling van de cinematografie en voor
wie het 'toveren' met lantaarnplaatjes niet meer weg
te denken is uit het leven, is Gerard van den Akker
uit Amsterdam. Hij verzamelde, met behulp van vrien
den, een unieke collectie en bracht deze onder in de
Stichting 'Laterna Magica'. Zeker 170 oude lantaarns
sieren zijn huis en duizenden en duizenden, meest
met de hand geschilderde plaatjes vullen drie zolders
in de hoofdstedelijke Balistraat. Over verleden en he
den van de 'Laterna Magica' gaat dit verhaal.
De Luikerwaal, het symbooltje van de Stichting 'Laterna Magica'.
Gerard van den Akker temidden van zijn toverlantaarns.
5