J. M. H. CREMERS:
„laatste der Mohikanen"
G. BRON: afscheid
na bijna 50 jaar
Woensdag 31 maart werd in de Gijs-
breghtkelder van de vestiging Maurits-
kade afscheid genomen van de heer G.
Bron. De heer Bron, die bij dit af
scheid achtereenvolgens werd toege
sproken door Ir. W. F. Schipper, de
heer C. H. Kenter (chef van de heer
Bron), de heer A. van Leeuwen, colle
ga P. Rooth en de heer F. J. Kristel
namens het jubileumfonds, kwam in
(lees verder pagina 20)
De heer P. Rooth overhandigt de heer Bron het
cadeau van het personeel.
Het geldt in ons Limburgse 'land
zonder grenzen' niet als een gebrek
aan respect, wanneer men iemand
tutoyeert. Integendeel; het is een ui
ting van oprechte hartelijkheid en wel
gemeende vriendschap, die men in
dit 'Bourgondische land in Hollandse
toonzetting' gelukkig nog vaak aan
treft. Het geeft iets vertrouwelijks zon
der opdringerig te worden.
In deze sfeer werd op vrijdag 2 april
in Heerlen afscheid genomen van 'de
laatste der Mohikanen' de heer J. M.
H. Cremers, zoals de heer P. Kranen-
berg zei. Men zou zich voor de schei
dende jubilaris geen betere omlijsting
voor een dergelijk gebeuren kunnen
voorstellen dan het bekende 'Zölderke'
van het vroegere filiaal.
Op deze vooruitgeschoven post in de
Amstel-bierlinie heeft hij, controlerend,
registrerend en noterend bijna 50 jaar
oceanen van bier voorbij zien stromen.
Hij vervulde er met vitaal plezier, op
vallend onopvallend, zijn taak en be
schouwde zijn werkruimte als een
eigen bezit. Als een soort transforma
tor zorgde zijn evenwichtige natuur
ervoor, dat er geen stoppen doorsloe
gen bij menselijke kortsluitingen, die
ook in dit Limburgse gebied bij de
dagelijkse bier-bedevaarten wel eens
voorkwamen.
Deze geheel eigen sfeer heeft ons er
dan ook toe gebracht dit verslag niet
De groepsdirecteur Horeca, de heer P. Kranenberg overhandigt een cadeau.
plichtmatig uit de schrijfmachine te
schudden. Wij weten, dat de scheiden
de functionaris met gevoelens van
weemoed naar deze dag heeft toege-
leefd en achter de uiterlijk rustige na
tuur van Matje worstelde een moeilijk
te onderdrukken emotie.
Het is misschien oneerbiedig om van
een 'spontaan' afscheid te spreken
maar het woord 'roerend' past niet in
het milieu, waarin dit afscheid door
superieuren en collega's werd beleefd.
In Limburg 'viert' men zoiets. Een roe
rend afscheid mag niet te lang duren
anders wordt het steeds minder roe
rend. Dat past niet bij de Limburger.
Hij viert uren afscheid.
Terwijl de heer Cremers met zijn echt
genote en familie door de heer M. van
Bergen was verwelkomd, waarbij aan
mevrouw Cremers bloemen werden
aangeboden, had zich op het 'Zölder
ke' een gezelschap collega's, vrienden
en oud-gedienden verzameld. Hier nam
de heer Kranenberg, mede namens de
Raad van Bestuur, als eerste het
woord. Hij etaleerde de vele gaven van
hart en geest, die de heer Cremers
gedurende bijna 50 jaren ter beschik
king stelde van de brouwerij.
Uit de vele, met feiten gestoffeerde
aantekeningen, lichtte hij als eerste
de entree van de toen 15-jarige J. M.
H. Cremers op 21 juli 1921Men begon
toen nog om 's morgens 7 uur. Prompt
om 20 vóór zeven meldde hij zich bij
de toenmalige directeur, de heer Duy-
sens, die hem verwelkomde met de
woorden: 'Had je niet een half uur
eerder kunnen komen, jongen?' Ver
volgens releveerde de heer Kranenberg
alle boekhoudkundige functies, die de
heer Cremers in de loop der jaren had
vervuld, in stille bescheidenheid, maar
met een uitzonderlijke zorgvuldigheid.
Mede hierdoor werd Zuid-Limburg een
briljante schakel in de Amstel-keten.
'U moet dit afscheid dan ook niet te
weemoedig zien', aldus de heer Kra
nenberg. 'U en Uw vrouw zien er bei
den nog goed uit en U kunt trots zijn
op uw gezin. Dit moet voor U een
grote voldoening zijn'. Hij wenste de
familie Cremers bij de aanvang van de
nieuwe cyclus nog vele goede jaren
en bracht namens de Raad van Be
stuur en in het bijzonder namens de
heer Van der Werf, de dank over voor
al hetgeen de heer Cremers in de af
gelopen jaren heeft gepresteerd. Hier
na overhandigde hij een envelop.
Na het applaus van de aanwezigen
nam de heer van Hilten het woord
namens de collega's van het filiaal.
In sappig Limburgs vergeleek hij de
carrière van de heer Cremers met de
Amstel-Goldrace. Via vele cols en
ravitailleringsposten, waarbij mevrouw
thuis voor de fouragering zorgde, be
landde Matje in de kopgroep. Als pre
mie voor het behalen van de eind
streep bood de heer Van Hilten een
geschenk onder couvert aan.
Nadat de scheidende functionaris met
z'n zakdoek zijn ontroering had weg
geveegd dankte hij, mede namens zijn
vrouw voor de woorden van waarde
ring, die hem waren toegesproken.
Van der Vliert
19