r IN WERKTIJD NAAR VORMINGSINSTITUUT? Jeugdrubriek onder redactie van madeleen van eek, hans jonkers, rudie van eekert, ad sinkeldam, els küper, rené prins, yvonne schut selaars, leen molenaar, suzan van de grint en albert lakwijk. Links: Olga Kriatkow (I.) en José Peiger aan het kleien. Rechts: Knutselen in de keuken. Els Krabbendam (I.) met naast haar Jeanette Visser bezig aan de maca roni. Geheel rechts de groepsleidster, mevrouw Graveland. Onder: Handenarbeid. DAT „Het hoofd of de bestuurder van een onderneming is verplicht een jeugdig persoon arbeider be neden 18 jaar) van 15 jaar of ouder, die in zijn onderneming arbeid verricht in de gelegen heid te stellen, gedurende ten hoogste één hele of twee halve dagen per week lessen of een cursus in een inrichting voor godsdienst-, voortgezet-, herha- lings- of vakonderwijs, of eniger lei andere vorm van algemene opleiding of verdere vorming te volgen, indien degene, bij wie de jeugdige persoon inwoont, een daartoe strekkend verzoek schrif telijk tot het hoofd of de be stuurder der onderneming heeft gericht." Aldus de belangrijkste zinsneden uit het in de laatste maanden zo omstreden artikel 12 van de Arbeidswet. Op zaterdag 1 no vember hielden zo'n dertig duizend werkende jongeren een grote, landelijke demonstratie in Den Haag. Daarmee wilden zij hun ontevredenheid met de uit voering van bovengenoemd ar tikel, samengevat in het Zwart boek Werkende Jeugd, kracht bij zetten. Het ging (en gaat) hen vooral om meer en beter onder wijs en zij eisen een leer- en vormingsplicht van minstens één dag per week. Hoewel de wet duidelijk stelt, dat zij recht heb ben op het volgen van onderwijs en de werkgever verplicht is tot het in de gelegenheid stellen daartoe, menen zij, dat daar in de praktijk het een en ander aan hapert. Met deze massale stem verheffing hebben zij in ieder geval de Kamer bereikt! Krachtens dit wetsartikel worden ook bij Heineken jongens en meisjes tot 18 jaar in de gelegen- KAN! heid gesteld een vormingscursus te volgen. En, wat nog veel ple zieriger is, daar wordt althans in Rotterdam ook gebruik van gemaakt! Eén morgen in de week gaan de meisjes en jongens in plaats van naar kantoor of bedrijf rechtstreeks naar „school". We zijn een keer met een viertal Hei neken meisjes, Els Krabbendam, Olga Kriatkow, José Peiger en Jeannette Visser meegegaan naar de Ruivenstraat in Rotterdam, waar de cursus gehouden wordt. (Joke Vicari was wegens ziekte verhinderd.) Een morgen lang hebben we ondervonden hoe de meisjes „gevormd" worden. De cursus gaat uit van de Stich ting Vormingswerk Waterweg gebied, die opereert in Rotterdam en Schiedam. Deze stichting is ontstaan uit een fusie tussen (en nu volgen enkele welklinkende namen!) de Stichting ter bevor dering van de Mater Amabilis- scholen en het Katholieke Meis jescentrum „De Zonnebloem" en werkt nauw samen met de Ge meentelijke school voor werken de jongens en de zo geheten Levensscholen. De stichting wordt gesubsidieerd door het rijk, de gemeente en de bedrijven. De afdeling Ruivenstraat is ge vestigd in een schoolgebouw en staat onder leiding van mevrouw J. Ph. M. Graveland, aan wie wij het een en ander vroegen. „De groep, die uit meisjes van verschillende bedrijven bestaat, in dit geval van de P.T.T., kledingmagazijn Vos en Heineken, bepaalt zelf het cursusprogram ma voor een jaar", vertelt zij. „De meisjes kunnen onderwerpen kie zen uit een standaardlijst. Welke stof er op het programma komt hangt dus helemaal van de in teresse en de ontwikkeling van een groep af. We kunnen met de ene groep veel meer doen en praten dan met een andere. Deze groep bijvoorbeeld", mevrouw Graveland wijst met haar hoofd naar de meisjes, die in een kring koffie zitten te drinken, „is een echte praatgroep. De meisjes kunnen zich goed uiten en willen dat ook graag". Hoe ziet de indeling van zo'n morgen er uit? „Tussen half ne gen en negen uur komen de meisjes aan. Er wordt koffie ge dronken, een babbeltje gemaakt, een sigaretje gerookt. Dan be gint het theoretische gedeelte. Een van de onderwerpen die de meisjes zelf hebben uitgezocht wordt aangesneden." Deze morgen was dat kunst. Met een paar inleidende algemene vragen, die groepsgewijs min of meer gedefinieerd beantwoord moesten worden, werd een dis cussie op gang gebracht. Naar aanleiding van dit onderwerp zul len later excursies gemaakt wor den, bijvoorbeeld naar Museum Boymans of naar het Historisch Museum. Mevrouw Graveland: „Ook worden regelmatig gasten uitgenodigd, die over een bepaald onderwerp komen praten. Bijvoor beeld een journalist, iemand van de kinderbescherming, een film- deskundige of een afgevaardigde van de N.V.S.H. In dat geval, maar ook wanneer er een excursie op het programma staat, vervalt meestal het tweede gedeelte van de morgen: handenarbeid. Excur sies worden onder meer ge maakt naar de politie, de V.V.V., het Bouwcentrum. Soms laten we de meisjes iets organiseren, zoals een kinderfeestje." En inderdaad (5 december was in aantocht!) werden er deze morgen plannen gemaakt voor een te hou den Sint Nicolaasfeestje voor kin deren tussen drie en acht jaar. Omstreeks half elf klonk het sein voor handenarbeid. Terwijl de overige meisjes zich rond een tafel schaarden en hun talenten botvierden op klei (waaruit de meest vreemdsoortige asbakken en kandelaars ontstonden), bon den vier meisjes in de keuken een schort voor (figuurlijk!). Ze wisten in korte tijd een heerlijke pan macaroni te brouwen, die eveneens in korte tijd door de hele groep en door ons naar binnen gewerkt werd. Samen afwassen, nog even na praten en weer terug naar kan toor of bedrijf. Heeft zo'n cursus zin? Ons in ziens wel! Hoe dikwijls gebeurt het niet, dat meisjes (en jongens) van zo'n 15 of 16 jaar op de maatschappij .verdsn ïcc'Glston ccc+°vsn

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1969 | | pagina 34