IN DE
PROEFZIEDERIJ
TE
ROTTERDAM
De officiële handeling, het
meten van het aantal hectoliters
hete wort. Op de achtergrond
v.l.n.r. de heren J. Ykema, ir.
C. J. Onderwater, ir. H. Wan-
schers, drs. J. Gombert, drs.
P. van Eerde en ir. B. de Jong.
De heer J. F. Voortman, hoofd
assistent A, die naast de heer
De Jong stond, komt helaas
niet op de foto voor. Op de
voorgrond v.l.n.r. de heer J. P.
Vonk, mej. Kome en de heren
J. C. van der Luur, J. J. A.
Heijntjes, assistent A, en H.
Beuvink, verificateur.
A In de proefziederij neemt de
wortketel (34 hl), die tevens
dienst doet als beslagkuip en
brouwketel, een belangrijke
plaats in.
De heer Heijntjes leest
het soortelijk gewicht van
de uitgeslagen wort af. (Dit
voor de berekening van de
hectolitergraden).
De bemanning van de
proefziederij samen met mej.
Kome en de heer De Jong.
V.l.n.r. de heren J. A. van Saar-
loos, Vonk en Van der Luur.
(Foto's: A. A. Frenks).
Op 19 november werd onder grote be
langstelling het 4000ste brouwsel in de
proefziederij te Rotterdam uitgeslagen.
Dit gebeurde door mejuffrouw ir. E. P.
Kome. die onder ambtelijk toezicht
met een geijkte peilstok de meting van
het aantal hectoliters hete wort ver
richtte (foto rechtsboven).
Het eerste brouwsel is destijds, na het
gereedkomen van de proefziederij, op 10
augustus 1932 door de heer J. E. de Rijke
uitgeslagen. De tweede mijlpaal, het
3000ste brouwsel, werd op 9 februari
1961 bereikt. Een proefziederij van
deze omvang (capaciteit 26 hl) is, al
thans wat het vasteland betreft, nog
steeds een unicum in Europa. In zo'n
bierbereidingsbedrijfje worden allerlei
nieuwe methoden op het gebied van
brouwen, vergisten en dergelijke onder
zocht, alvorens men deze werkwijzen
in de praktijk op grote schaal toepast.
21