C. A. A. de Graaf die zij het op
papier wél een voor ons
historische vondst deed. Deze
ontdekte namelijk op een door
D. Smits, fabryck - landmeter van
Schieland, in 1766 getekende kaart,
dat op het huidige terrein van de
brouweri] destijds de Ruybroccksc
molen gestaan moet hebben. De heer
De Graaf vertelde ons tot deze
conclusie gekomen te zijn aan de
hand van een kaart van de gemeente
Rotterdam uit het jaar 1880,
waarop de Blommersdijksc molen (zie
de door ons afgedrukte kaart) in het
stratenplan schuin tegenover de
Heineken brouwerij staat aangegeven.
Behalve dat verstrekte de heer
De Graaf ons nog meer historische
en interessante gegevens. „De
Rubroekstraat (sinds 1864 als zodanig
bekend) is genoemd naar het
vroegere ambacht Rubroek, dat in
de kronieken van 1283 reeds wordt
vermeld. De oudste vorm is Rubroke,
later komt ook voor Ruychbroek en
Ruychpolder. Ruw en ruig zijn
verwante woorden en in ieder geval
moet Rubroek verklaard worden als
woest, nog niet ontgonnen moeras-
land. De polder Rubroek, bestaande
uit Achter- of Oud-Rubroek en uit
Voor-Rubroek of Vorcnsbroeck,
werd vroeger wat betreft water
schapszaken, bestuurd door
Ambachtsheren of molenbewaarders,
die reeds in het midden van de 16e
eeuw door de stad Rotterdam, als
Ambachtsvrouwe van Rubroek, zijn
aangesteld. Achter-Rubroek viel
onder de jurisdictie van Hillegersberg,
Voor-Rubroek onder die van
Rotterdam. De beide gedeelten
vzaren gescheiden door de inmiddels
verdwenen oude zeedijk. Deze
zeedijk was het gedeelte tussen de
Oudedijk bij het Jaffa en de
Kleiweg. Het polderwater werd via
de Rubrocksc watermolen uitgeslagen
op Schielands boezem, de Rotte.
Op de kaart van meester Jan
Stampioen, anno 1553, komt de
„Ruybroeckse wipmolen" reeds vooi.
alsmede op de kaart van Jan Janszn.
Potter anno 1567, gezworen land
meter van Schieland etc. Andrew
Munro tekent op zijn platte grond
kaart van de stad, anno 1794, in
plaats van een wipmolen een ronde
stenen bovenkruier.
In 1865 is de molen door de stad
aangekocht en kort daarna, in
verband met de wijziging in de
bemaling, gesloopt.
In het archief van Gemeentewerken
komt de brouwerij voor het eerst
voor in 1873 in verband met een
aanvraag voor een uitpad naar de
Crooswijksesingel."
In de eerste week van april werd
begonnen met de sloopwerkzaam
heden in het kader van de
reconstructie van de Rotterdamse
brouwerij. Het gerstreinigingsgebouw
aan de Rottekade is inmiddels reeds
voor een deel afgebroken en weldra
zullen de dreunende drilboren van
de slopers hun onverbiddelijke werk
in de meer dan negentig jaar oude
mouterij gaan doen. Met spanning
wachten wij af of in de toekomst
ooit nog eens de fundamenten zullen
worden gevonden van de oude
Ruybroeckse molen, die stond aan
de Rotte
Over dit riviertje, dat ook voor de
brouwerij vroeger een belangrijke
waterweg vormde, vonden wij in
het blad „Rotterdam"een uitgave
van het gemeentelijk bureau
voorlichting en publiciteit, een
interessant artikel. Dank zij de
medewerking van deze gemeentelijke
instantie kunnen wij u veel wetens
waardigs vertellen uit de historie van
het watertje, dat de Rotterdammers
koesteren als een „historisch stads-
riviertje", de Rotte (zie verder
pagina 13).
Het gerstreinigingsgebouw medio april,
üe slopers zijn met hun werk begonnen,
de kop is er af. Op dit gedeelte van ons
terrein moet de Ruybroeckse molen
gestaan hebben.
Waar nu de Rotterdamse
brouwerij staat draaide vier
eeuwen geleden de
Ruybroeckse molen
Op deze kaart, die i
ziet u (ongeveer in
de Blommersdijkse n
wettigt de conclusie,
later de Heineken h
brouwerij zijn ter ve