Afscheid W. GROOTHUIJS
had mevrouw Visser nog heel wat timmer- en metsel-
karweitjes waar nodig eens aan begonnen moest wor
den. Maar het speet de heer Visser toch, de, wat hij
noemde „familiebrouwerij", te verlaten. Er werkten na
melijk in de loop der jaren twee ooms en een broer
van hem. Ook zijn vader heeft vroeger bij Heineken
gewerkt.
Na dit geanimeerde samenzijn ging het naar de over
volle kantine Hollandia waar vele collega's en beken
den bijeen waren. Ook de twee schoondochters en
kleinkinderen waren bij de receptie aanwezig.
Velen uit het bedrijf kwamen de heer Visser danken
voor de karweitjes die hij voor hen in de loop der
jaren had opgeknapt. Er was eveneens een groot aantal
oudgedienden, wat een van de aanwezigen de opmer
king ontlokte: „Het regent gewoon sterren met diaman
ten." De heer Hoogendoorn, zijn directe chef, opende
als eerste de rij van sprekers. Hij dankte hem voor de
vele jaren van prettige samenwerking. Voor de vrije
dagen, die de heer Visser nu in het vooruitzicht had,
overhandigde de heer Hoogendoorn hem een timmerset
in mini-formaat. Na dit zogenaamde fopcadeau volgde
nog een houten kist voor zijn gereedschap.
Ook de medewerkers van de firma's Zonneveld en Wal
raven kwamen de familie Visser de hand drukken.
Uit naam van het jubileumfonds bood de heer Lussen-
burg een cadeau onder couvert aan.
De heer Verkerk, de volgende spreker, memoreerde in
een geestige toespraak de loopbaan van de heer Visser.
Namens de Heineken hengelclub bood hij een grote
doos sigaren aan. Tevens sprak hij de hoop uit hem
De heer Visser laat zijn echtgenote de timmerset in miniformaat zien.
nog vaak met de vishengel bij de waterkant aan te
treffen.
Tot slot kwam de heer Kort uit naam van de Algemene
Bedrijfsgroepen Centrale afscheid nemen van de heer
Visser. Hij overhandigde hem eveneens een doos
sigaren.
Nog geruime tijd bleef men gezellig bijeen in de
kantine.
Op 29 februari ging te Rotterdam de heer W. Groot-
huijs met pensioen. In 1929 in onze dienst gekomen,
was hij gedurende vele jaren werkzaam in de boen
plaats/pekkerij, waar hij zich liet kennen als een man
die altijd stipt het hem opgedragen veelal zware
werk deed. In 1957 kwam hij voor korte tijd in de gist-
kelder, waarna hij nog in datzelfde jaar overging naar
de interne dienst. Vanaf 1961 was de heer Groothuijs
met „ziekteverlof" thuis.
Een kleine delegatie, bestaande uit mevrouw Atzema
en de heren Ykema en Ruivenkamp bezocht hem da^r
op de dag van zijn pensionering om namens de brou
werij afscheid te nemen. Op de foto v.r.n.l. de heren
Ykema en Groothuijs, mejuffrouw Treffers (die de heer
Groothuijs verzorgt), mevrouw Atzema en de heer
Ruivenkamp.