plaats van ontmoeting, dan ziet men aan weerskanten van de wegen de deelnemers lopen, rijen lang. Gedurende deze twee dagen tonen ze hun kunnen op het gebied van boogschieten, speerwerpen, dansen en ook en dit is het opvoedkundige aspect van het feest wie in ploegverband het eerst een boomstam doorhakt en/of doorzaagt. De winnaar mag bijl of zaag houden. Verdere prijzen zijn zakken met rijst, zout of dozen met ingeblikt vlees. Men beoogt hiermee dat de vele stammen elkaar beter leren kennen en begrijpen, maar ook dat vetes worden bijgelegd. Dit jaar was er onder andere een kleine afvaardiging van een heetgebakerde gemeenschap, die tot op recente datum en wie weet nu nog tot de kannibalen gerekend werd. Op de finale komen alle groepen nogmaals in de arena bijeen en paraderen voor de duizenden toeschouwers, gekleurd en blank, familie of toerist, die op de omringende aarden wal staan. Men hoort oorlogskreten en ziet kleding en opmaak, specifiek voor elke stam. De kleding is summier. Deze bestaat veelal uit een lendengordel, aan de voor- en achterkant waarvan een smalle bedekking hangt. Dit kan geweven materiaal zijn, zoals textiel, doch ook een bundel lange bladeren. Bijna allen hebben zorg aan hun kapsel besteed. Er zijn haartooien bij die op een driekanten steek lijken, zoals onze voorvaderen droegen, even groot maar met versiering. Ook kapsels geornamenteerd met veren van diverse vogels vallen te bewonderen. Er zijn er bij die een soort bontmuts dragen, gemaakt van een possum-pels. Het geheel is zeer kleurrijk. De geur, die er hangt is uitgesproken ranzig. Bijna allen smeren zich in met varkensvet. Dit ter bescherming tegen de kou gedurende de nacht en tegen de zonnehitte overdag. De regering doet veel moeite om deze mensen stap voor stap vanuit het stenen tijdperk naar de twintigste eeuw te leiden. Eén van de middelen is voorlichting op agrarisch gebied en demonstraties van de te gebruiken gereedschappen. In speciaal daarvoor gebouwde hutten op het terrein liggen de voorwerpen uitgestald. Vele gereed schappen van de Papoea's getuigen ervan in welk tijdperk ze eigenlijk nog leven: houten speren, houten pijlen, soms al met een verharde punt en stenen bijlen, gebonden aan houten stelen. De dag na de show, wanneer er handel is gedaan met de toeristen, kan men Papoea's de jungle zien intrekken met een koffer, een vliegtas van een Australische luchtvaartmaatschappij, een veelknopig vest, een anorak of een transistor radio. Een geweldige taak is er nog weggelegd om de oorspronklijke bewoners twee- a drieduizend jaar te laten overbruggen. De taal is hierin een zeer belangrijke factor. Welke taal dient men te gebruiken? Er zijn ongeveer vierhonderd talen en/of dialecten bekend op Australisch Nieuw-Guinea. En er zijn nog stammen, die men niet kent, maar waarvan men wel weet dat ze bestaan. Voor de communicatie in het algemeen behelpt men zich met Pidgin-Engels in het noordelijk gedeelte en Mouto in het zuidelijk gedeelte van Nieuw-Guinea. Maar met de kennis van deze twee voertalen blijft het toch nog moeilijk een preciese weergave van gedachten over te brengen. Dit werd men echter niet zo gewaar op de „Mount Hagen Show", waar via gebaar en beweging de facetten van twee werelden tot uiting kwamen. Augustus 1967 B. Engel 7

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1968 | | pagina 33