Afscheid D. F. RENNER
en L. ZOM
Donderdag 3) augustus jl. namen twee oudgedienden
van de brouwerij Rotterdam afscheid. Het waren de
heren D. F. Renner en L. Zom. die respectievelijk
41 en 46 jaar in dienst geweest zijn.
Om vier uur werden de beide heren en hun echtgenoten
ontvangen door de bedrijfsleiding. Tijdens een zeer
geanimeerd gesprek werden heel wat gebeurtenissen
uit hun lange loopbaan opgehaald, waarbij vooral de
heer Renner zich niet onbetuigd liet.
Tot slot dankte de heer Van Rossem, ook namens de
directie, de heren Renner en Zom voor hun trouwe
dienstverband en overhandigde de gebruikelijke enve
loppen. Ook de echtgenoten werden door de heer Van
Rossem in zijn dank betrokken.
In de overvolle kantine Hollandia sprak als eerste de
heer Kortekaas, in de plaats van de heer Moelker, die
wegens ziekte verhinderd was, de heer Zom toe. Hij
vertelde dat hij bijzonder prettige herinneringen had
aan de negen jaar die ze in de tapkelder hadden samen
gewerkt. De heer Kortekaas dankte de heer Zom, ook
namens de heer Moelker en bood mevrouw Zom een
bloemstuk en haar echtgenoot een envelop met inhoud
aan.
Vervolgens richtte de heer Van Zetten zich tot de heer
Renner, wiens afscheid wel een hele ommekeer in de
bottelarij teweeg zal brengen. Een ommekeer die
eigenlijk al begonnen was toen de heer De Haan weg
ging. „Flip en Jan waren een team apart" bij colonne
3 en 4: als zij er waren wist iedereen dat het goed zou
gaan. De oorzaak van het feit dat ook de mensen met
een veel uitgebreidere en hogere opleiding dan de
heer Renner, zoveel respect voor hem hadden, zocht
de heer Van Zetten vooral in diens eerlijkheid, die
zonder aanzien des persoons was. „Jij maakte van je
hart beslist geen moordkuil". De heer Van Zetten
overhandigde namens de gehele bottelarij een bijdrage
voor de grote hobby van de heer Renner, radiotechniek,
waarvan hij misschien nog wel meer weet dan van het
etiketteren van flessen. Mevrouw Renner kreeg een
bloemetje.
Een collega van de heer Renner, de heer Ernest, bracht
een enorme bierfles mee, die hij in zijn vrije tijd tot
lamp omgetoverd had. De heer Renner die zichtbaar
moeite had met het uitpakken ervan toonde zich met
het cadeau erg in zijn schik.
Namens de chefs, onderbazen en collega's sprak de
heer Lokhorst tot de heer Renner. Hij kwam nog even
Bij afwezigheid van de heer Moelker sprak de heer Kortekaas de
scheidende heer Zom toe en overhandigde hem een cadeau onder
couvert.
DANKBETUIGINGEN
Graag wil ik, mede namens mijn vrouw en kinderen, mijn
hartelijke dank betuigen aan directie, bedrijfsleiding, chefs en
collega's voor de grote belangstelling bij mijn afscheid en voor
de cadeaus, die ik bij die gelegenheid mocht ontvangen. Het
was geweldig. L. ZOM
Ter gelegenheid van mijn 25-jarig jubileum wil ik, mede namens
mijn vrouw en kinderen, directie, chefs en collega's hartelijk
danken voor de getoonde belangstelling, de toespraken en de
cadeaus. Dit alles maakte 15 september voor mij en mijn gezin
tot een onvergetelijke dag. A. P. CEELIE
terug op het 40-jarige jubileum van de heer Renner,
die toen verklaard had dat hij beslist geen korporaal
in het leger geweest was. De heer Lokhorst was echter
op onderzoek uitgegaan en had een foto gevonden
waarop de heer Renner te zien was als cavalerist in
legeruniform. Een niet geheel overtuigend, maar wel
erg grappig bewijs. Voor mevrouw Renner was er een
doos chocolade en voor de heer Renner een aansteker.
De heer Van Beuzekom betreurde het dat de beide
heren de brouwerij verlieten. Hij hield ervan bij de
heer Zom in de tapkelder te komen. Voor mevrouw
Renner bracht hij een fruitmand mee. De heer Van
Beuzekom hoopte dat de heren Zom en Renner nog
heel lang en gezond van hun pensioen zouden genieten.
De heer Renner toonde zich in zijn dankwoord verbaasd
over het feit dat er zo enorm veel belangstelling was,
hij dacht niet dat hij altijd zo prettig en gezellig was
geweest. Hij vond het erg moeilijk afscheid te nemen,
vooral omdat hij zoveel prachtige cadeaus had gekregen.
De heer Zom, een man van weinig woorden zoals hij
zelf zei, bedankte tot slot alle aanwezigen voor de
belangstelling.
Nog twee oudgedienden namen op 31 augustus afscheid van de
Rotterdamse brouwerij, de heren Renner (wachtgeld) en Zom (pensioen).
De heer Renner (I.) ontving onder meer een door de heer Ernest in
vijftig vrije uren vervaardigde schemerlamp, waarvan de kap uit duizen
den luciferstokjes bestond.
