KASTEEL HEESWIIK „DE HEERLIJKHEID" UIT DE 12e EEUW Heeswijk is een klein en stil Brabants dorp in de buurt van Veghel. Even buiten dit dorp, in een bosrijke omgeving, ligt een slot: kasteel Heeswijk. Dit kasteel heeft een grote rol gespeeld in de geschiedenis van ons land. In de jongste oorlog, op 17 september 1944, landden bij vergissing para chutisten van de 101ste Airbornedivisie op het dak. Zij had den bij een kasteeltje in Veghel neer moeten komen, waar ze een brug moesten nemen. Heeswijk dacht bevrijd te zijn, maar de Duitsers kwamen terug. Tijdens de oorlog is daar ook een Amerikaans soldaat gesneuveld. Zijn helm hangt nog steeds onder de poort. Bijna drie eeuwen geleden, om precies te zijn in 1672, sloeg Lodewijk XIV, de Zonnekoning, zijn hoofdkwartier op in het kasteel. Hier tekende hij op 16 juli 1672 met afgezanten van de Engelse koning een verdrag, dat Engeland en Frankrijk verbood om afzonderlijk vrede te sluiten met de door hen belaagde Republiek der Nederlanden. Dit, overigens geschon den, verdrag is de geschiedenis ingegaan als de Vrede van Heeswijk. Ruim honderd jaar later was het weer een Fransman die het kasteel als hoofdkwartier betrok: generaal Charles Pichegru, met de commissarissen van de Nationale Conventie. Ge holpen door de patriotten trok hij van hieruit over de be vroren rivieren naar het noorden... Het kasteel, gezien vanuit een andere hoek. Over het jaartal van de bouw bestaat nog twijfel. Het slot stamt naar alle waarschijnlijkheid uit de 12e eeuw. Van kas telen was er toen nog geen sprake, maar een van de oudste Brabantse oorkonden vertelt, dat Miles Almericius, een ridder, in 1200 een schenking van landerijen deed aan de abdij van Berne. De abdij van Berne is een klooster in de buurt van het kasteel. Monniken van deze abdij begonnen met de ont ginning van de grond. Waarschijnlijk stond er toen op de plaats waar nu het kasteel is een houten toren. Het kasteel is in de loop der eeuwen door veel adellijke en voorname families bewoond geweest. Het kasteel was in 1336 in het bezit van Walraven van Benthem. In de loop der jaren ging het door erfenis of koop over naar de Heren van de Leek (1400), Cornells de Glijmes (1500), de graven van Oost friesland (1550), Baanderheren van Asperen (1650) en de patriciërsfamilie Speelman (1740). In 1833 kwam het in handen van de familie Van den Bogaerde van Terbrugge, die nu nog de bezitter is van het fantastische bouwwerk. Willem Karei Otto Alexander Manuël Henricus Joseph Maria Ghislaine Baron von den Bogaerde van Terbrugge, Ridder in de Orde van Malta, Heer van Heeswijk, Dinther en Moer gestel, Prince de Rheina-Wolbeck, is, samen met de twee dochters van zijn overleden broer, de huidige eigenaar van het kasteel. De laatste mannelijke telg uit het geslacht Van den Bogaerde van Terbrugge is een indrukwekkende ver schijning. Hij is 1,92 meter lang en fors gebouwd. Zijn leeftijd is 85 jaar. Geestelijk en lichamelijk is hij nog goed gezond. Volgens zijn kennissen lijkt hij niet ouder dan 60. Hij is een groot dierenvriend. Rondom het slot ziet men dan ook tien tallen zwanen, flamingo's, pauwen, damherten, koeien en kippen. Kasteel Heeswijk is omringd door een slotgracht. Links de bijgebouwen.

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1967 | | pagina 30