IN MEMORIAM P. A. BAKKER AaI QEDURENDE vier weken waren wij dagelijks vervuld met grote zorg over de gezondheidstoestand van de heer Bakker, nadat hij op 2 februari in het Diaconessenhuis te Utrecht was opgenomen. Zijn toestand was aanvankelijk zorge lijk maar toen er een lichte ver betering intrad, leefde de hoop weer op, dat wij hem, zij het na een lange rustkuur, toch weer zouden terugzien. Helaas was de periode van verbetering maar van korte duur en de berichten wer den steeds minder hoopgevend. In de vroege morgen van de 3e maart kwam tot ons grote leed wezen het onherroepelijke bericht van zijn overlijden. De heer Bakker trad op 1 sep tember 1942 in dienst van Heine- ken. Enkele jaren was hij werk zaam in de horecasector, om al vrij kort na de Tweede Wereld oorlog belast te worden met het inventariseren van alles wat er op het gebied van binnen- en buiten reclame bij Heineken gedaan werd. Zijn belangstelling voor de reclame had hij opgedaan in een werk kring voor zijn Heineken tijd. Toen na vele voorbereidingen in 1948 begonnen werd met de afdeling winkelverkoop (nu huisverbruik genoemd) kreeg de heer Bakker hiervan de leiding. Gedurende vele jaren wijdde hij zich aan deze taak met al zijn energie en al zijn kunnen. De zo bescheiden afdeling werd door hem uitgebouwd tot de huidige organisatie, die thans een uiterst belangrijke plaats inneemt. Op 1 oktober 1961 werd hij be noemd tot onderdirecteur. Hij bleef de collectieve contacten op het terrein van het huisverbruik onderhouden en zag zich blijvend belast met het opstellen van func tionele richtlijnen ten behoeve van de huisverbruiksector. Met veel elan wijdde hij zich aan de taak om de opleidingen en her scholing van commercieel perso neel te coördineren. Bij de instel ling van de afdeling marketing op 1 oktober werd hij belast met de leiding hiervan. Met bijzonder veel vreugde heeft hij op bijna 60- jarige leeftijd deze taak aanvaard. In de eerste vergadering van de afdeling marketing sprak hij de hoop uit met aller medewerking erin te zullen slagen in de komen de vijf jaren de afdeling een bete kenisvoile plaats in de organisatie te bezorgen. Met hem is een hogelijk gewaar deerde leider heengegaan. Zijn be tekenis voor de maatschappij is bijzonder groot geweest, de positie van Heineken op de Nederlandse thuismarkt moge hiervan het be wijs zijn. Bij alle zakelijkheid stond echter het menszijn centraal. Hij had de gave als het ware ongemerkt lei ding te geven, hij was niet de man van de strikte opdracht. Door zijn persoonlijke overwicht, zijn warme belangstelling voor de mensen in de organisatie heeft hij een grote groep enthousiaste me dewerkers doen ontstaan. Met een ontzag afdwingende overtuiging wist hij ieder in zijn omgeving te stimuleren. Zijn grote werkkracht en toewij ding was een voorbeeld voor velen. Een open oog had hij voor de persoonlijke omstandigheden van zijn medewerkers. Hij be treurde het alleen maar als men hem niet benaderde als het nodig was. Maar zelden is het voorgekomen dat wij tijdens zijn werkzaam leven hebben kunnen getuigen van onze grote waardering. Des te meer dankbaar zijn wij dat wij hem in de huisverbruikorganisatie in okto ber vorig jaar een groots afscheid hebben kunnen bereiden. Geheel onverwacht werd hij daarvoor ge plaatst. Op het moment zelf vond hij het, bescheiden als hij was, te overdreven. Maar later heeft hij ons toevertrouwd het bijzonder ge waardeerd te hebben. Het was be doeld geweest als generale repeti tie, want ongetwijfeld zou geheel Heineken hem op 1 september a.s. gehuldigd hebben. Helaas blijft het een onvoltooide. Ook buiten Heineken zal men hem missen. Bij tal van andere instel lingen bekleedde hij belangrijke functies. Zo was hij verscheidene jaren commissaris van de Fidimij, bestuurslid van de FIVA, van de Stichting ROKA en van de Stich ting Het Merkartikel. In deze laatste heeft hij veel gedaan voor de opleiding van de vertegen woordigers. Bij zijn heengaan was hij nog voorzitter van de commissie van toezicht op de vertegenwoordigers cursussen. Naast deze vaste acti viteiten was de heer Bakker altijd bereid bij te dragen tot de voor lichting van de handel. Wanneer wij kijken naar de leegte die ontstaan is, gaan onze gedach ten uiteraard uit naar mevrouw Bakker en haar zoon. Het grote aantal functionarissen van Heineken en de vele anderen, die hem op 7 maart op de Nieuwe Algemene Begraafplaats te Drie bergen uitgeleide deden was een bewijs van bijzondere waardering en medeleven. Woorden zijn betrek kelijk, maar moge het toch een troost zijn voor haar en haar zoon te weten, dat hij niet voor niets geleefd heeft. Moge hij de rust gevonden heb ben, die hij tijdens zijn leven nooit gezocht heeft. G. T. Kleiberg.

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1967 | | pagina 3