■§11 BLIKBIER WAS NA RUIM ZES JAAR NOG GOED Afscheid G. H. SMINK Op 28 februari 1967 heb ik. en met mij zeer vele Am sterdammers, onze portier Smink, vóór hij met pensioen ging. uitgeluid. Dat gebeurde als vanouds in 't Koel- schip. dat, zoals bleek, de ..Operatie tanks omhoog in de nacht" heel goed had doorstaan en daarna zijn oude gedaante weer had teruggekregen. Smink was het laatst werkzaam als portier van het hoofd kantoor aan het 2e Weteringplantsoen, alwaar moeder maatschappij Heineken en haar dochters hun zetel hebben. Het is de grote verdienste van Smink geweest dat hij op deze belangrijke sleutelpositie onder meer kans heeft gezien onze bezoekers, grote en kleine, op de meest prettige wijze tegemoet te treden en hen zo nodig op hun gemak te stellen, al of niet met behulp van een door hem voortreffelijk getapt glas bier. Niet alleen voor onze bezoekers echter was hij aardig, ook het personeel liet hij nooit in de steek. Dat men dit allerwegen hogelijk heeft gewaardeerd bleek uit het grote aantal dames en heren dat van de gelegenheid gebruik heeft gemaakt om Smink de hand ten afscheid te drukken. Ter receptie werden allereerst de van de heren Rinkel en Van de Griendt ontvangen telegrammen voorgelezen. Daarna belichtten de heren Sloot, Brill, Vunderink, Bouwmeester (van de plaatselijke telefoondienst) en Vos in bijzonder hartelijke bewoordingen de goede eigen schappen die Smink gedurende een lange reeks van jaren heeft tentoongespreid. Een en ander ging gepaard met de aanbieding van stoffelijke blijken van waardering, waaronder een radiotoestel van het personeel van het bedrijf en het kantoor. Dat mevrouw Smink in deze De heer Sloot overhandigde de scheidende Smink het geschenk namens het personeel, een fraai radiotoestel. hulde werd betrokken zal ingewijden niet hebben ver baasd. Smink. ook ik heb mij uiteraard geschaard in de rij van gasten om, toen het mijn beurt was, je de hand te druk ken, daarbij onder andere opmerkend dat ik hoopte je nog menigmaal te ontmoeten. Al schrijvend kom ik tot de ontdekking dat ik vergat je nog vele goede, gezonde en gelukkige jaren toe te wensen met je vrouw, dochter, schoonzoon, kleinkinderen en overige familie. Ik doe dat graag nog bij deze met excuses van Oud Bruin DANKBETUIGING Mede namens mijn vrouw wil ik de directie en het gehele personeel hartelijk dankzeggen voor de belangstelling bij mijn afscheid en voor de cadeaus die ik mocht ontvangen. Heren sprekers, nogmaals mijn hartelijke dank voor de goede woorden tot mij gericht. Deze dag is voor mij onvergetelijk geworden. G. H. SMINK heineken J4*1 mes! Heineken Hst m»s< grtel'1 [Bier} Bierj Bier IHH Heineken j mmBBzBBffl Hn m. «-*t l ft** n* SS&DierL ïBier* W Heineken i Heineken m- flctmrrstgrtoi;: j ,Bfl mrfst flapt Heineken Sn m**i Bier Heineken Bel m<>es( gelapt icmekengj Mrinsktn 1 I Bierj Bier In de rubriek ,,Goed Geschoten" van het blad Televizier troffen wij onlangs deze foto met humoristisch onderschrift aan. Als bij zonderheid kan nog vermeld worden, dat de heer De Rijke van de foto familie is van onze heer J. E. de Rijke. Van het statiegeld zeker! Enige tijd geleden ontvingen wij een brief van de heer J. Bakker te Oegstgeest. Hij vertelde daarin dat hij vroeger bij de marine was geweest en in die tijd (1960) onder andere een wereldreis van ongeveer zeven maanden gemaakt heeft aan boord van Hr. Ms. „Karei Doorman". Tussen zijn bagage was een blikje Heineken bier terechtgekomen, dat die reis meemaakte. Verscheidene malen kwam het daarbij in bijzonder warme streken, onder andere in Nieuw Guinea. Eind 1960 was de heer Bakker weer thuis en het blikje belandde samen met enkele andere zaken in de schuur. Ruim AV2 jaar stond het daar en maakte daar ook de barre winter van 1963 mee. Vorig jaar mei is de heer Bakker verhuisd. Het blikje ging mee en kwam weer in de schuur terecht. Op een gegeven moment was de heer Bakker de schuur aan het opruimen en vond daar ons blikje. Het was er niet mooier op ge worden. „Plotseling", zo schrijft de heert Bakker, „kwam de gedachte op om 't eens van binnen te bekijken. Ik pakte een blikopener, maakte er een gaatje in en het witte schuim spoot er even uit. Hierna verwijderde ik het deksel en goot het bier over in een glas. Tot m'n grote verbazing zag ik dat het tinnetje van binnen vol komen gaaf was gebleven! Nog groter werd m'n verbazing toen ik een klein slokje bier nam! Wat bleek? Na ruim zes jaar was dit bier nog goed!!" Commentaar: Dat het blikje zelf na zes jaar van binnen nog vol komen gaaf was, is niet zo'n grote bijzonderheid. Dat de inhoud na zo'n lange tijd nog goed drinkbaar was, mag wel even als een opmerkelijk feit vermeld worden. Het is te begrijpen, dat de heer Bakker daarover enthousiast was, maar wij van Heineken hebben toch liever dat ons bier (ook in blik) „vers van de bron" geconsumeerd wordt.

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1967 | | pagina 18