H~iel geheim oan"& en jDneke
ONZE KINDERTON
„Ik wilde dat ik een rover was",
zegt Bob tegen zijn zusje. „Alles
is zo saai en vervelend en ik zou
zo graag eens iets anders willen
deen dan gewoon." „Ja", zegt
Ineke, „dat zou ik ook wel willen.
Zullen we eens wat bedenken?"
Het is Kerstvakantie. De kinde
ren hebben vrij van school, want
ever een paar dagen is het Kerst
feest, maar ze hebben nu al lang
genoeg van alle dagelijkse spel
letjes.
„Natuurlijk kunnen we geen ro
vers worden", zegt Ineke, „want
dan zouden we over een paar uur
al op het politiebureau zitten."
„Je hebt gelijk", zegt Bob, „maar
kunnen we dan niet iets anders
doen?" Heel diep denken ze alle
twee een poosje na en dan opeens
springt Bob overeind. „Ik weet
wat!" roept hij uit. „Laten we ons
de „Verrassings Pakket Maat
schappij" noemen. Ik ben de pre
sident en dan ben jij mijn secreta
resse, de juffrouw, die me met
alle dingen moet helpen." „Dat is
prachtig Bob", zegt Ineke, die al
les wel wil doen wat haar broer
tje voorstelt, „maar wat ben je
dan van plan?"
„Kijk", zegt Bob, „dat zal ik je
nu eens precies uitleggen. We
gaan de mensen pakjes met ver
rassingen thuis bezorgen, een
Kerstverrassing. We zullen men
sen bedenken voor wie iets gedaan
moet worden en dan sturen we
hun een pakje thuis. Wat zullen
ze verwonderd zijn en wat zullen
wij daar een pret mee hebben!"
„O dat vind ik geweldig", juicht
Ineke. „Wat zullen we het eerst
doen? Laten we maar direct be
ginnen Bob, vind je ook niet?"
„Goed", zegt Bob, „ik zal een
lijst met namen opschrijven en
dan zullen we zien wie het eerst
aan de beurt is." En dat doet hij
dus. Als hij klaar is met het op
schrijven van de namen zegt hij
tegen zijn zusje: ,Nu moet je aan
niemand vertellen wat we van
plan zijn, hoor Ineke. Dit is een
geheimpje tussen ons tweeën."
„Natuurlijk vertel ik niets", zegt
het meisje, „want dan is het hele
maal niet leuk meer."
Tegen de avond komt moeder
thuis uit de stad. Ze heeft bood
schappen gedaaa. Moe en koud
valt ze in een stoel neer en kijkt
dan verbaasd rond. Wat een ver
andering! Na het eten vanmiddag
is ze meteen naar de stad gegaan
en heeft de vaat in de keuken
laten staan, maar nu is alles ver
dwenen. De keuken ziet er keurig
uit, alles staat op zijn plaats en
de tafel voor het avondeten is al
gedekt. Zelfs de kolenkit is ge
vuld. Alles is rustig in huis. Er is
niemand te zien. Wie zou dat
hebben gedaan? Dan komen Bob
en Ineke vanuit de tuin binnen.
Moeder vraagt of tante er mis
schien vanmiddag is geweest.
„Nee hoor mam", zegt Bob,
„maar het is net of hier vanmid
dag iemand druk aan het werk is
geweest", voegt hij er aan toe, als
hij door de kamer kijkt. Moeder
lacht blij. „Is dat niet heerlijk?"
zegt ze dan. „Nu hoef ik van
avond niets meer te doen en heb
ik een fijne, rustige avond. Maar
wie zou dat toch gedaan hebben?"
Even later vindt ze echter een
briefje in de gang. Als ze het heeft
opengemaakt leest ze: „De 'Ver
rassings Pakket Maatschappij' is
vanmiddag op bezoek geweest en
heeft alles netjes in orde ge
maakt." „Ik vraag me af wat dat
heeft te betekenen", zegt moeder
verbaasd. „Het is heel vreemd",
zegt Bob. „Laten we maar gaan
eten", zegt Ineke. En dat doen ze.
De volgende ochtend kan men
twee kinderen, een jongen en een
meisje, door de nauwe straatjes
van het dorp zien lopen op weg
naar het huisje van de oude me
vrouw De Bruin, een arm, oud
mensje, van wie niemand zich
iets schijnt aan te trekken. De
jongen het is Bob die iets
heel voorzichtig in zijn hand
houdt, klopt op de deur. Maar er
komt geen antwoord. Ineke kijkt
42