Een gezellig Rotterdams onderonsje.
vertroeteld met heerlijke koffie, koek,
melk, brood, worst, limonade, vruch
ten en yoghurt. Na drie kwartier ging
het weer welgemoed verder en om
twee uur was er de tweede rust met
dezelfde goede verzorging, die een
woord van (heel grote) lof toekomt.
Tijdens die verzorging werden dan
door vakmensen, indien nodig en ge
wenst, voeten verzorgd, spieren ge
masseerd en de geur van kajapoet-
olie en kamferspiritus dwarrelde
om ons heen. Er klonk, zo af en toe,
wel eens een pijnlijk kreetje van de
gene, wiens spieren vakkundig ter
„hand" werden genomen.
Maar even later marcheerde de groep
weer monter verder.
Onze Bossche collega's Schriemer en
Heller liepen de 55 km. Zij stonden
's morgens voor dag en dauw aan de
start en wij zagen ze alleen 's avonds
aan het diner.
Anders was het met mejuffrouw Vee-
nendaal, onze veterane in de wandel
sport. Zij stond gelijk met ons op,
dus om vijf uur, ontbeet met ons,
ging rustig haar krantje lezen en
startte om half acht voor haar 30 km.
Bij de rustpauzes op de eerste twee
dagen kregen wij haar even te zien,
monter en welgemoed en zonder
blaren. Insiders weten, dat zij al jaren
boven haar pensioengerechtigde leef
tijd is. Inderdaad een bijzondere
prestatie.
De televisie heeft geen aandacht aan
dit feit geschonken. De camera's
zwenkten af, zodra zij ons embleem
zagen
Na drie dagen van zonneschijn, af
gewisseld met die heerlijke Hollandse
wolkenluchten, kwam de laatste dag
met in de morgen regen. Tegen onze
binnenkomst was het gelukkig droog.
De heer Kloppenburg begroette ons
spontaan van de tribune in Cuyk. In
Nijmegen werden wij verrast door de
honderdduizenden die ons toejuichten
Het deed soms wel even zeer.
en klapten. Bloemen kregen wij uit
Den Bosch en Rotterdam.
Hoewel de directie haar medewerking
aan het evenement had gegeven, was,
om de een of andere reden, het tam
boerkorps tot onze grote teleurstel
ling niet aanwezig. Jammer. Deze
Gouden Vierdaagse had het wel ver
diend.
De heer Kleingeld, die met mejuf
frouw Batenburg bloemen overhan
digde, bezocht ons later in het hotel
om ons persoonlijk te complimente
ren onder het aanbieden van een glas
„Vers van 't Vat", een geste, die door
ons allen buitengewoon op prijs werd
gesteld.
Op de eretribune in Nijmegen zaten
de heren Zantman (hoofd commer
ciële dienst Den Bosch) en Jonkers
(districtsverkoopleider Den Bosch) die
ons hartelijk toejuichten. Natuurlijk
ontbraken ook ditmaal de heer en
mevrouw Leyerweert niet.
Achter de tribunes om gingen wij met
bloemen beladen, heel vermoeid, maar
met een erg voldaan gevoel, naar ons
hotel om ons laatste gezamenlijke di
ner te gebruiken.
Het „blarenbal" aan het eind van de
laatste dag schijnt slechts voor „niet-
wandelaars" te zijn; wij hadden er
geen behoefte aan. Wij dronken in
een rustige zaak een kopje Capuccino
en daarna op een (hoe is het mogelijk)
rustig terrasje een paar glaasjes van
ons bier. Langs de drukte en het feest
verdwenen wij naar onze legersteden,
waar het goed, hoewel niet rustig,
rusten was.
En terugblikkend denken wij: tot
volgend jaar!
vdBg
De drie Amsterdammers, die zich
voor deze Vierdaagse hadden opge
geven, hadden wegens een blessure (een
gebroken sleutelbeen) en het niet fit
zijn niet kunnen trainen en konden
zodoende tot hun grote spijt niet mee
lopen.
uitstekende verzorging
Beladen met bloemen en toegejuicht door de duizenden