SCHAARSTE-
ARTIKEL
Rutóers Glee Club
zingt en drinkt
Het koor in actie in de kantine.
Dit jaar bestaat de Rutgers Univer
sity uit New Yersey, U.S.A. 200
jaar. In 1766 werd deze universi
teit gesticht door Nederlandse emi
granten, die aan de universiteit van
Utrecht hadden gestudeerd.
Ter gelegenheid van dit jubileum
maakte de Rutgers University Glee
Club, 63 man sterk, een goodwill
tournee door Europa. Deze Glee
Club is een koor van studenten, dat
een breed repertoire van liederen
heeft van volksliedjes en drink
liedjes tot negro-spirituals en klas
sieke liederen toe.
Hoewel niet zo oud als Rutgers
University zelf, heeft het koor toch
een respectabele leeftijd. Het werd
namelijk in 1 872 opgericht: sedert
het onder leiding staat van de te
genwoordige dirigent dr. F. Austin
Walter, dat is van 1932 af, bereikte
het een hoog muzikaal niveau.
In 1962 was de Rutgers Glee Club
bij ons te gast in Amsterdam, te-
Ik heb mijn wagen volgeladen vol met
jonge mannen
zamen met de Yale University
Band. Er werd toen een dansavond
in de kantine Amsterdam georgani
seerd.
Ditmaal ging het anders. Het koor
gaf op 2 juni zijn eerste officiële
concert van zijn Europa tournee
in onze kantine voor leden van het
Nederland-Amerika Instituut en
Heineken personeel.
De aanwezigen zijn hoogst voldaan
naar huis teruggekeerd. Het pro
gramma was zeer boeiend van sa
menstelling en de uitvoering uit
stekend.
Na het concert maakte het koor
met Amsterdamse jonge dochters
nog een dansje in 't Roeischip.
Voordat ze Amsterdam verlieten,
brachten de studenten nog een be
zoek aan de brouwerij voor een
groepsfoto op onze spanwagen met
vier paarden, waarmee ze nog een
rondje door de stad maakten.
Zij hebben een bijzondere herin
nering aan de brouwerij meege
nomen en ook wij zullen met veel
genoegen aan deze muzikale gas
ten blijven terugdenken.
Mr. d'Artillac Brill reikt na afloop van het
concert aan de dirigent, dr. Austin Walter,
een tinnen Heineken bierpul met inscriptie
uit, als dank voor het gebodene. Tweede
van rechts op de voorgrond de president,
Eric Riedel.
In galop door Amsterdam.
Enige maanden geleden maakte ik
in deze kolom melding van een
directeur die het beter wist dan
„Van Dale". Hij blijkt niet de
enige betweter te zijn. getuige vele
bij mij binnengekomen secreta
resse-ontboezemingen. waarvan ik
er een wil weergeven.
„Laat denken nu maar aan mij
over", had een bijzonder onuit
staanbare directeur tot mijn pen-
friend' gezegd, „dan is het in goe
de handen (sic). U typt maar
nauwkeurig wat ik zeg."
Dat heb ik toen maar eens over-
nauwkeurig gedaan", schreef ze,
„dit ontstond:
„Geachte mijnheer de Bruin,
spel dat nou niet met een ypsilon
gewoon bruin in tegenstelling
tot zwart opgeblazen vent
zoon van een groenteboer.
V/ij ontvingen Uw verzoek om
offerte, en kunnen U het volgende
aanbieden hebben we dat spul
eigenlijk nog in huis? nou als
het er niet is, hoor ik het wel.
Honderd zakken mengmiddel te
gen prijs maar even nakijken.
Wat zou er hiernaast aan de hand
zijn? Waar was U? Oh ja.
Dadelijk na ontvangst van Uw op
dracht zullen wij de verzending
voorbereiden, die wij voor orders
van cleze omvang opdragen aan de
bodedienst Vlug en oh nee,
dat zijn die gooi- en smijtkerels
wie zullen we dan nemen nou
zoekt U er maar een uit als U
maar zorgt dat er niet weer klach
ten komen.
Van een zorgvuldige behandeling
van Uw order ben benieuwd
hoe zorgvuldig hij zelf is dat
liet bij zijn vader een boel te wen
sen over kunt U verzekerd
zijn.
Hoogachtend en de rest terug
lezen hoeft niet het zal toch
wel over moeten."
Hij heeft toen niet geweten, waar
om het over moest.
En ik niet hoe schaars we wel zijn.
Ik zit er namelijk nog!"
d.M.
Uit: Kantoor en Efficiency, mei 1966