Afscheid
Een laatste toost in actieve dienst van mejuffrouw J. M. Agatz, die op
27 april 1966 in Amsterdam afscheid nam.
daag viert u uw jubileum in een zeer internationaal
gezelschap. Ook dat was destijds niet te voorzien."
De jubilaris kwam op 17-jarige leeftijd bij Heineken en
hield zich, tot de definitieve aanstelling als tapper kwam,
..onledig" onder andere met het brandmerken van kisten.
Hoofdzakelijk was dat handwerk. Het voetenwerk werd
buiten de poort gedaan. De heer Van Zetten zei, dat hij
blij was dat er toen nog geen betaald voetbal bestond,
anders was de heer Van der Horst bij hem vast niet
opgeklommen tot full-prof/all-round tapper. Ook heeft
de jubilaris vele malen de H.B.B.-kleuren verdedigd.
Menig keeper heeft zich verkeken op de keiharde kogel
die hij als midvoor in het net prikte.
De sportiviteit van de jubilaris heeft zich echter niet
beperkt tot voetballen alleen. Ook binnen de poorten
van de brouwerij is hij altijd sportief en collegiaal
geweest, een prettig medewerker en een goed collega.
„Voor de wijze waarop u de afgelopen jaren gewerkt
heeft, ben ik u heel erg dankbaar. Mevrouw Van der
Horst, als uw man naar het voetbalveld ging, vergezelde
u hem vele malen. Maar ook in zijn werk hebt u onge
twijfeld uw steentje bijgedragen, waarvoor ik u hartelijk
dank." En tot de jubilaris: ,,Ik eindig met u het beste
toe te wensen. Ga zo door met hetzelfde plichtsgevoel,
dan kunnen wij opgewekt uitzien naar uw 40-jarig jubi
leum." Namens het jubileumfonds overhandigde de heer
Van Zetten de jubilaris een geschenk onder couvert.
Daarna kreeg de heer Van Beuzekom het woord, die
enkele herinneringen ophaalde. „Weet je nog dat we
samen een paar keer zijn wezen vissen? Je had altijd
hele verhalen over de grote vissen die je ving, maar als
we dan samen gingen, vingen we niets." Ook de heer
Van Beuzekom sprak nog even over de voetbalsport.
..Iemand heeft je eens aangeraden naar Xerxes te gaan.
Je hebt het niet gedaan. Misschien heeft het bier je
vastgehouden?" Met de jubilaris nog een genoeglijke
avond en een paar plezierige dagen toe te wensen besloot
de heer Van Beuzekom zijn toespraak.
Aan het eind van de receptie dankte de heer Van Zetten
namens de jubilaris alle aanwezigen voor hun belang
stelling.
Opnieuw had de
bottelarijgemeen
schap in Rotterdam
een zilveren jubila
ris in haar midden,
de heer H. van der
Horst, die deze
kwart eeuw dienst
verband op 5 mei
jl. herdacht.
MEJ. J. M. AGATZ
Volgens artikel 6, lid lb van het Pensioenreglement
Nederland gaat het oudedagspensioen voor een vrou
welijke deelnemer in op de eerste dag van de maand,
volgende op die, waarin zij de 55-jarige leeftijd heeft
bereikt, of, indien zij zulks bij het bereiken van haar
54e verjaardag aan de raad van bestuur (van Heineken's
Bierbrouwerij Maatschappij N.V.) heeft verzocht en
deze dit heeft goedgekeurd, op de eerste dag van de
maand, volgend op die, waarin zij de 60-jarige leeftijd
heeft bereikt.
Zij die op 27 april 1966 in het Roeischip bijeen waren
om afscheid van mejuffrouw Agatz te nemen in verband
met haar pensionering per 1 mei 1966 zullen zich hebben
afgevraagd of zij nu op 55-jarige dan wel op 60-jarige
leeftijd met pensioen ging. Ter beantwoording van die
vraag, je geeft het haar beslist niet, hierbij haar geboorte
datum, 30 april 1906. Wanneer zij op dezelfde voet
voortgaat zullen haar nog vele pensioenjaren zijn be
schoren en wij gunnen haar dat van ganser harte.
Wie er ook zo over dachten waren de heren Van der
Eijk, Vestergaard en Keller, die mejuffrouw Agatz bij
haar afscheid in het Roeischip te Amsterdam hebben
toegesproken en daarbij gewaagden van haar 1001 goede
eigenschappen, haar dankten voor de vele jaren aller
prettigste samenwerking en haar het allerbeste wensten
voor de komende jaren, zulks onder aanbieding van heel
veel mooie cadeaus. Achteraf heeft zij mij toevertrouwd
dat zij schandalig was verwend.
Mejuffrouw Agatz vond het moeilijk hierna nog iets te
zeggen. Zij die haar kennen weten echter dat haar niet
gauw iets te moeilijk is en haar woorden van dank
kwamen dan ook vlot. Woorden van dank voor de
grote opkomst, de vriendelijke woorden, de goede samen
werking en de bijzonder mooie cadeaus, waaraan zij in
de toekomst heel veel plezier hoopt te beleven.
Mij persoonlijk is opgevallen de kwantiteit en de kwali
teit van de afvaardiging van Rotterdam, de vestiging
waar mejuffrouw Agatz het overgrote deel van haar
dienstjaren bij Heineken heeft doorgebracht. Hieruit
heb ik afgeleid dat zij ook daar zeer gezien was.
Ik heb het genoegen gesmaakt geregeld met haar te
hebben mogen samenwerken, tijdens welke periode ik
veel heb mogen profiteren van haar kennis in 't algemeen
en die omtrent Heineken toestanden in het bijzonder. Ik
heb haar leren kennen als een kundig en charmant
collega, waarmede het prettig samenwerken was.
Mejuffrouw Agatz, hartelijk dank voor alles, nog heel
veel gezonde en voorspoedige pensioenjaren die, ik weet
het, u beslist niet in ledigheid zult gaan doorbrengen, en
voor de rest, tout simple, de allerhartelijkste groeten van
Oud Bruin
17