Op deze pagina twee mijlpalen uit de geschiedenis van Heineken en
uit de loopbaan van de heer Feith. Op de foto: 1933; het eerste buiten
landse bier, dat na de opheffing van de drooglegging in Amerika daar
wordt ingevoerd, is Fleineken.
gen werden getroffen voor de onmiddellijk na het be
ëindigen der vijandelijkheden te nemen initiatieven,
zowel in het binnenland als in het buitenland.
Sedert 1940 nam de heer Feith een leidende plaats in met
betrekking tot de plannen voor de binnenlandse markt.
Hij is het die na de bevrijding verantwoordelijk is
geweest voor het vérstrekkend besluit, dat Fleineken als
eerste brouwerij in Nederland haar bier rechtstreeks
aan de grossiers is gaan leveren.
Hier is weer een van die beslissingen, die op zo belang
rijke wijze heeft bijgedragen tot de grote ontwikkeling
van onze onderneming. Ook voor dit besluit het
welk, gezien de verhoudingen zoals die toen waren op
de binnenlandse markt, buitengewoon moeilijk was
kunnen wij de heer Feith niet dankbaar genoeg zijn.
Ik ga verder. In 1946 wordt de heer Feith benoemd tot
voorzitter van het Centraal Brouwerij Kantoor. Hij
heeft zich in de jaren, waarin hij die functie heeft
vervuld, de vriendschap weten te verwerven van alle
Nederlandse brouwers, zowel van de grote alsook van
de kleine.
Ongeveer 10 jaar later, in 1958, wordt de heer Feith
benoemd tot vertegenwoordiger van de Nederlandse
i brouwindustrie bij de overkoepelende organisatie in
de Euromarkt. Voorts werd hij benoemd tot vice-
voorzitter van deze internationale organisatie. In bei
de functies heeft hij baanbrekend werk verricht.
Ziehier enkele grepen die ik heb gedaan uit het zo
vruchtbare zakelijke leven van de heer Feith. Ik heb
enige markante daden van hem genoemd.
Ik wil er nog een memoreren, een besluit hetwelk hij
gezamenlijk met zijn collega's nam en dat niet minder
dan de reeds eerder genoemde voor Heineken nog da
gelijks van de grootste betekenis is.
12
I
Op de voorgrond ziet u de heer Feith, die bij de inscheping te Rotter
dam op de „Statendam" aanwezig was. Op de foto: september 1965;
ook de tweemiljoenste hectoliter binnen één jaar, eveneens met
bestemming Amerika, wordt door de heer Feith begeleid, hier aan
boord van de „Prinses Margriet".
Ik denk hier aan de beslissing genomen in 1954 om in
's-Hertogenbosch een terrein te kopen en daarop aller
eerst een bierverwerkend bedrijf en later een complete
brouwerij te vestigen. Een groot vertrouwen in de toe
komst was vereist om in 1954 bereid te zijn vele tien
tallen miljoenen guldens te investeren in een nieuwe
vestiging.
Deze zaak is nog zo recent, dat de merites van de be
slissing zonder meer duidelijk zijn. Welk een ramp, in
dien de brouwerij in Den Bosch er niet zou zijn. Deze
situatie is op dit ogenblik ongetwijfeld voor ons allen
volkomen ondenkbaar.
Het is niet mogelijk van deze plaats de 38 dienstjaren
van de heer Feith op adequate wijze de revue te doen
passeren. Er zijn vele momenten, vele belangrijke
momenten zelfs, die ik niet heb aangeroerd.
Toch heb ik genoeg gezegd om te kunnen constateren
dat de heer Feith voor Heineken veel heeft bereikt.
Men mag best stellen dat, wanneer hij slechts de helft
zou hebben gepresteerd, hij toch nog ruimschoots zou
mogen rekenen op onze grote erkentelijkheid.
Wanneer ik dan niet langer zal stilstaan bij specifiek
zakelijke prestaties van de heer Feith, dan wil ik nog
een enkel woord zeggen over zijn persoon.
Allen die hem kennen, hebben ervaren omtrent zijn be
minnelijkheid. Binnen en zeker niet minder buiten onze
onderneming heeft de heer Feith zich op die wijze velen
tot vriend gemaakt. En zodoende heeft hij in de loop der
jaren, zowel in zijn privéleven als in het zakelijke,
veel weten te bereiken.
De vriendschapsbanden gesmeed door de heer Feith
betekenen voor onze onderneming een goodwill, die
van onschatbare waarde is. Wij kunnen hem daarvoor
niet dankbaar genoeg zijn.