H. L.VAN DAMME 40-jarig jubileum Amsterdam, 14 april 1965. Voor de tweede maal in een maand was er een 40-jarig jubileum in 't Koelschip. Thans was de beurt aan de heer H. L. van Damme om achter de eretafel plaats te nemen, omdat hij „er 40 jaar had opzitten". De jubilaris was vergezeld van zijn vrouw en familieleden, onder wie ook zijn schoon moeder en zijn vader, hetgeen wel een bijzondere ver melding waard is. Ook nu weer was de belangstelling zeer groot, met alleen van de drie vestigingen, maar ook van de kant van zakenrelaties. De heer Goos, die als eerste de heer Van Damme toe sprak, vond het niet moeilijk over deze jubilaris iets te zeggen, hoewel hij maar acht jaren van diens 40 jaar zelf had meegemaakt. In 1925 in dienst getreden, was de jubilaris begonnen voor een weekloon van 6,40 als kurkeb rander. In 1928 werd hij belast met het vullen van flesjes met een dagproduktie van 80 kistjes. Na de oorlog werd de heer Van Damme op pad gestuurd om een met de hand bediende spoel- en vulmachine te kopen, waarmee de eerste bottelarij werd begonnen. In 1947 kwamen hiervoor in de plaats de oude machines uit Rotterdam, die met veel kunst- en vliegwerk werden gedemonteerd, vervoerd en weer op gesteld in Amsterdam. In 1958 ten slotte was de ju bilaris van de bottelarij naar het magazijn Duivendrecht overgegaan, aangezien er behoefte bestond aan iemand die de verschepingen van exportbier kon controleren. Het is bekend dat ook in deze periode de jubilaris in de haven veel vrienden heeft gemaakt en veel good will heeft gekweekt. De heer Goos dankte hem zeer hartelijk voor alles wat hij voor de brouwerij heeft gedaan. De tweede spreker, de heer Tania, trok voor de loop baan van de heer Van Damme de volgende parallel: Eerst was het een tamboerkorps, daarna werd het een fanfare met enig gebrek aan instrumenten. Uitgebreid tot een orkest, waarnaar veel vraag was. Zelfs dag en nacht deed de behoefte zich voelen aan meer diri genten, echter ook aan kamermuziek. Dat de behoefte aan kamermuziek is aangeslagen, blijkt wel uit de grote vraag hiernaar en de vele relaties die thans aan wezig zijn. „Voor de goede samenwerking en grote plichtsbetrachting zijn wij u veel dank verschuldigd", aldus de heer Tania. Daarna bood de heer Tania, met assistentie van de heer W. Uitermark, het personeels- cadeau aan, bestaande uit een radio, een vulpenset en een plaid. De heer Van Essen, sprekend namens de bazenclub Amsterdam, vertelde dat de jubilaris erg had opge zien tegen deze dag. Hij kon echter niet weigeren, zelfs niet op medische gronden. Opmerkelijk was voorts dat, toen de jubilaris buiten de brouwerij zijn werkzaamhe den ging verrichten, het gezegde zou kunnen gelden „uit het oog uit het hart". Dit wordt echter wel gelogenstraft door de zeer grote schare belangstellen den. Het was overigens de eerste tijd wel vreemd het Het tweede 40-jarig jubileum vorige maand in Amsterdam was dat van de heer H. L. van Damme, baas eigen opslag Duivendrecht, die dit heugelijke feit op 14 april jl. herdacht. gezellige en gemoedelijke gezicht van baas Van Damme op de brouwerij te moeten missen. Nadat ook de heer Van Essen nog enkele technische bijzonderheden had opgehaald uit de tijd van de „muizenval" (le botte larij), feliciteerde hij de jubilaris met deze dag en dankte hij hem voor de wijze waarop hij gewend is te werken en het contact te onderhouden. De opvolger van de heer Van Damme in de bottelarij, de heer Zoutman, ging daarna iets vertellen wat al lang zijn wens was geweest om te doen. De hele periode die hij als onderbaas de jubilaris in de bottelarij ter zijde had gestaan, passeerde de revue, aangevuld met persoonlijke en privé-ervaringen in een gedicht, dat de heer Zoutman speciaal voor deze gelegenheid had ge maakt. De inhoud en de wijze waarop dit werd ge bracht, werd door de jubilaris en aanwezigen bijzon der op prijs gesteld. De heer Smit vertolkte de gevoelens van de collega's uit Rotterdam, waarvan drie, die indertijd met de ju bilaris hadden samengewerkt, naar Amsterdam waren gekomen om dit jubileum mee te vieren. Kennelijk met enig chauvinisme stelde de heer Smit dat de jubilaris het bottelen in Rotterdam had geleerd. Namens de bazengroep Rotterdam wenste hij hem nog vele goede jaren. Namens de horecavertegenwoordigers sprak de heer Steeneken, wiens eerste kennismaking was geweest tij dens zijn Europees verlof, ongeveer 18 jaar geleden. Wat hem toen en ook in latere contacten was opge vallen, was de prettige wijze waarop men altijd te woord werd gestaan en de collegiale sfeer, die er heerste. Ook hij wenste de jubilaris nog een goede tijd toe bij de brouwerij. Tot slot sprak de heer Van Damme een dankwoord voor alles wat op deze middag voor hem was gedaan, mede namens zijn vrouw, schoonmoeder, zijn vader en verdere familie. L. H. 11

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1965 | | pagina 13