ET BiER VA'
5 RICHT, ARNHEM
van alledaagse makelij. Want wat vandaag nog „ge
woon", nog „alledaags" is, is dat over een eeuw zeker
niet meer en is dan mogelijk zelfs al „zeldzaam".
In dit kader bezien kan men zich verwonderen over
het weinige, dat eigenlijk van het bierbrouwen uit alle
achter ons liggende eeuwen nog maar is overgebleven.
Tegenwoordig is men waakzaam als er ergens gegraven
wordt en er zijn oudheidkundige diensten en vereni
gingen, die in de jaren na de laatste wereldoorlog al
heel wat hebben gevonden, herkend en voor ondergang
behoed. Kortgeleden kwamen er op die manier in de
grote bouwput van het verbrande C. A.-gebouw te
Amsterdam een groot aantal bierpullen voor de dag.
Het aantal was zó groot, dat men zelfs dacht hier met
wat wij tegenwoordig zouden noemen „wegwerp-
pullen" te doen te hebben. Dat het dus destijds in de
Middeleeuwen gewoonte zou zijn geweest om de lege
pul het raam uit te smijten. Met de Jacoba-kannetjes,
die onder meer in de gracht van het door Jacoba van
Beieren bewoonde slot Teylingen in massa gevonden
werden, was dat óók al het geval. Men neemt tenminste
aan, dat de vrolijke wijn- en bierdrinkers niet de moeite
namen om de kannetjes, waaruit zij het geestrijke vocht
hadden genoten, weer op tafel te zetten, maar die een
voudig met een overmoedige zwaai het raam uit gooiden.
Het Brouwershuis in Brussel (foto links boven).
In Maastricht bevindt zich 't Knijpke, restaurant èn brouwerijmuseum (foto
rechts boven).
De oude Brabantse brouwerij, die u in ,,Het Nederlands Openluchtmuseum"
in Arnhem kunt vinden (foto midden).
Deel van het grote gedenkraam in het Brouwershuis in Brussel; links de
brouwerij, rechts de mouterij, in het midden een afbeelding van St. Arnoldus,
de schutsheilige van de brouwers (foto links onder).
Gevelsteen van het pakhuis „Het Biervat", gelegen aan de Varkensmarkt in
Dordrecht, dat reeds meer dan drie eeuwen bij „De Sleutel" behoort (foto
rechts onder).