De beide schrijvers, de heren L. Hof (I.) en A.
Koornstra, op de Jaap Edenbaan in Amsterdam.
zakelijk, dat u met een minimum aan
inspanning een maximum aan snelheid
kunt produceren. Een juiste „zit" is
in dit verband bijzonder belangrijk.
3. Goede schaatsen en dit zijn vaak
niet de zg. Noren. Veelal zal men
prettiger rijden op lagere schaatsen
met een iets breder ijzer (dit in ver
band met de vaak slechte toestand
van het ijs). Zelf rijd ik op Noren,
echter met brede ijzers.
4. Trainen! Lang van tevoren be
ginnen met conditietraining, zoals
voetballen, veldlopen, fietsen en der
gelijke, terwijl degenen, die in Am
sterdam en omgeving wonen, natuur
lijk op de kunstijsbaan trainen. En,
bij sterk ijs zo veel mogelijk tochten
rijden.
Ook de mentale training is belangrijk
en noodzakelijk, vooral om inzinkin
gen, waarmee iedereen tijdens de tocht
te maken krijgt, niet onvoorbereid te
moeten verwerken. Dit laatste is vaak
de aanleiding geweest dat velen op
gaven.
5. Zorg voor doelmatige kleding.
Lichte, soepele, wollen kleding, die
kan uitwasemen, aan de voorzijde
echter voorzien van een windkering,
bestaande uit bijvoorbeeld kranten of
taft. Wollen sokken, hoge, niet te
zware of te kleine schoenen en, om
uw handen tegen de kou te bescher
men, het liefst wanten. Een wollen,
gevoerde muts completeert ten slotte
uw tenue. En vergeet vooral niet een
zonnebril mee te nemen.
6. De voeding tijdens de tocht.
Neem licht verteerbaar voedsel mee
en drink onderweg niet te veel en
vooral niet te koud. Neem altijd een
paar tabletten druivesuiker mee en
enkele boerenworstjes. Deze laatste
zijn erg belangrijk vanwege hun hoge
zoutgehalte. Tijdens de tocht verliest
het lichaam namelijk grote hoeveel
heden vocht (ik verlies tijdens de tocht
drie tot vier pond aan lichaamsge
wicht) en daardoor wordt zo veel
zout aan het lichaam onttrokken, dat
dit totale uitputting tot gevolg kan
hebben.
7. Forceer niets! Dit geldt speciaal
ten aanzien van het tijdschema. Ik
heb jongelui voorbij zien stuiven, als
waren ze de 500 meter aan het rijden.
Later kom je ze echter weer tegen en
meestal zijn ze dan niet in de beste
conditie.
8. Rust niet te lang! In het alge
meen zal een korte rust, maar dan
wat vaker, prettiger zijn. Probeer
echter wel eerst een behoorlijke af
stand te rijden, voor u de eerste maal
rust neemt. Tijdens de grote rust de
nodige kleding uittrekken en wat
lichte gymnastiek doen.
Als u zou besluiten om in de toekomst
een Elfstedentocht te rijden en u houdt
met al deze dingen rekening, dan ben
ik ervan overtuigd, dat u een onver
getelijk avontuur tegemoet gaat.
L. Hof
32