HEINEKEN KOCHT EEUWENOUDE EGYPTISCHE STEEN 11 Sinds enige tijd bevindt zich in het hoofdkantoor te Amsterdam een ge deelte van een Egyptisch offerreliëf, waarop de laatste fase van de bier bereiding, zoals deze destijds door de Egyptenaren werd uitgevoerd, is af gebeeld (zie de foto hieronder). Heineken heeft deze oudheidkundige vondst gekocht, nadat prof. dr. A. Klasens, directeur van het Rijksmu seum van Oudheden in Leiden, de steen op zijn echtheid had onderzocht. Prof. Klasens verklaarde, dat het hier een gedeelte van een authentiek offer reliëf betrof, dat volgens hem uit het tijdvak van 3000-2300 v. Chr. (het Oude Rijk) stamt. De steen is in 1960 bij Sakkara, een plaats, die even ten zuiden van Caïro ligt, gevonden. De tekst op het bovenste gedeelte luidt: „Liet vullen van de kruiken met bier"; terwijl op het onderste gedeelte ver meld staat: „Het plaatsen van de rest in een ketel". De bierbereiding in het oude Egypte Bij onze naspeuringen naar verdere bijzonderheden omtrent de bierberei ding door de „oude" Egyptenaren, kwamen wij opnieuw in contact met het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden. Tot onze verrassing bleek men daar in het bezit te zijn van een goed bewaard gebleven reliëf, waarop de verschillende fasen van de bierberei ding staan afgebeeld. Toevalligerwijs stamt dit reliëf uit dezelfde periode als de door Heineken gekochte steen, terwijl het bovendien in dezelfde streek (bij Sakkara) werd gevonden. Dank zij de welwillende medewerking van het Rijksmuseum, dat ons een foto en enige nadere gegevens ver schafte, kunnen wij u iets vertellen over en laten zien van de bierberei ding in het oude Egypte. Wij zijn eveneens dank verschuldigd aan drs. G. Vermeulen van het Centraal Labo ratorium in Rotterdam, die zo vrien delijk was op enkele punten een toe lichting te geven. Veel van hetgeen wij weten omtrent het leven van de Egyptenaren, vier- tot vijfduizend jaar geleden, danken wij aan de talrijke, fraaie reliëfs, die in de loop der tijden gevonden zijn. Deze reliëfs komen voor op de wan den van tempels en grafkelders en in de onderaardse gangen, die naar de graven leiden. Zo vindt men in de graven in het Dal der Koningen in Boven-Egypte (onder andere in het bekende graf van Toet-anch-amon) op de wanden in de vorm van reliëfs en hiëroglyfen, de levensge schiedenissen van de al daar begraven vorsten. Maar tevens treft men er voorstellingen aan uit het dagelijkse leven van die tijd, afbeeldingen van de jacht, visserij, de land bouw, evenals van ver schillende ambachten als het broodbakken, het slachten en ook het bier- brouwen. Op het (ünks) afgedrukte reliëf ziet men een aantal handelingen, die destijds voorkwamen bij de bier bereiding. Deze geschied de in het kort als volgt: Men liet graan enige tijd weken door het in natte aarde te begraven of, wat ook voorkwam, men liet de korrels in de aren weken en zwellen. Het bovenste gedeelte van het afgebeelde reliëf vertoont in het midden een op de grond zit tende man, die aren met gezwollen korrels in de hand heeft. Het ge weekte graan werd dan fijn gestampt (geschroot) op de manier als bovenaan rechts is afgebeeld. Men werkte met stampers in een soort mortier. Vervolgens kneedde men de aldus verkregen massa met water tot deeg, waaraan soms wat zuurdeeg, zoals bij de broodbereiding, werd toegevoegd. Ten slotte deed men het deeg in vor men, waarna het boven een vuur licht gebakken werd tot zich een korst vormde. Zo ontstonden de zg. mout- of bierbroden, die bij de verdere be werking weer in kleine stukken wer den gebroken. Van deze stukken maakte men met water een beslag. Dit wreef men dan door een zeef, waarbij de vloeistof in een stenen vat-met-tuit liep. In dit vat kwam de massa in gisting. Nadat dit proces zich had voltrokken, zeefde men de vloeistof nog eens, waarna men het bier in stenen kruiken goot, die met een lemen deksel werden gesloten. De kruiken waren puntig van onderen en werden daarom in speciale voet stukken geplaatst. Het middengedeelte van het reliëf vertoom rechts het bakken van de moutbroden: een man zit bij de oven en steekt het vuur aan. Ernaast ziet men het breken van de broden en links een man, die het beslag door een zeef wrijft. Het stenen vat rust op een voetstuk van mandwerk, dat diende om de druk bij het wrijven op de zeef op te vangen. Op het onderste deel van het reliëf ziet men nog eens het wrijven van het beslag door de zeef, terwijl een andere man uit een tweede vat water toe voegt. Ten slotte ziet men rechts het vullen en sluiten van de kruiken. Dit gedeelte komt ook voor op het reliëf fragment, dat door Heineken is ge kocht. Het is merkwaardigdat bij de bierberei ding in die tijd reeds dezelfde biochemi sche processen werden toegepast, zoals wij die nu kennen, namelijk kieming van het graanverwarming, waardoor in het moutbrood een gedeeltelijke versuikering optrad en ten slotte, de gisting. Deze laatste kwam min of meer spontaan op gang door gisten, die aanwezig waren in het deeg en ook in de gistingsvaten. Nog heden ten dage bereidt men op het plat teland van Egypte een drank, bouza genaamd, op ongeveer dezelfde wijze als dit duizenden jaren geleden gebeurde.

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1963 | | pagina 14