Na afloop van de overdrachtsceremonie defi leerde het corps met zijn pasverworven mas cotte voor de aanwezigen. Het moge vreemd klinken, maar ons tamboercorps heeft het vinden van een nieuwe mascotte in feite te dan ken aan één klein regeltje aan het slot van het verhaal (Vers van 't Vat, no. 91) over de vervroegde pensio nering van Kees Pils. Op verzoek van de heer Hoofs voegde de redactie op het laatste ogenblik nog het volgende regeltje toe: „P.S. Wie geeft ons 'n tip voor 'n nieuwe bok?" Men hoopte een tip te krijgen van ergens uit ons land, maar er kwam, wat niemand gedacht had, een reactie uit Engeland. Het verhaal over de pensionering van Kees Pils, alsook de „noodkreet" aan het slot, waren ook in Londen gelezen en dank zij de bemoeienissen van de heer Van Os van Delden kon men daar ten slotte de hand leggen op een prachtige, krijgshaftige bok, die met zijn glan zende, lange horens en wapperende baard 'n ideale mascotte vormde voor het Bossche tamboercorps. En zo ver trok William op 20 augustus jl. per trein uit zijn geboortestreek York shire naar Londen om vandaar naar Nederland te worden overgevlogen. Van Schiphol reisde hij per auto naar Rotterdam, waar hem in Diergaarde Blijdorp een verplichte quarantaine periode van vier weken wachtte. Een maand later, op 21 september jl., kwam tot geruststelling van alle be trokkenen het bericht, dat William de quarantaine goed had „doorstaan", zodat hij voor het vervullen van zijn spectaculaire functie naar Den Bosch kon worden overgebracht. Nadat William nog twee weken gastvrijheid De heer Kloppenburg leest de brief van Heineken Limited voor, waarmee de nieuwe mascotte officieel aan het tamboercorps werd overgedragen. in Blijdorp had genoten, vertrok hij op 5 oktober jl. naar Den Bosch, waar hij sinds die dag is toevertrouwd aan de goede zorgen van de heer P. J. van Schijndel. Van het ogenblik van zijn aankomst op Schiphol tot het moment van de overdracht op de Bossche brouwerij, is William voortdurend het „zorgen kind" geweest van de heer W. J. de Jongh van de centrale inkoop te Rotterdam. Deze afdeling, die reeds eerder het transport van de Kuala Lumpur tijgers verzorgde, heeft ook deze „beestachtige" affaire voor haar rekening genomen. „Er kwamen heel wat formaliteiten bij kijken", vertelde de heer De Jongh, „en er zijn allerlei instanties aan te pas gekomen. Ik vond het een leuk karwei, maar ik was toch blij, toen William ten slotte aan het tamboercorps was overge dragen". De oppassers in Blijdorp hebben ook deze keer weer uitstekend voor de levende Heineken-have gezorgd, meer zelfs dan dat. Zij hebben op het laatst, met gebruikmaking van deksels en dergelijke, William reeds enigszins voorbereid op en gewend aan het geluid-achter-hem, dat hem te wach ten stond. Ten slotte nog iets over William's directe voorganger. Hoewel het in Nederland niet gemakkelijk is een mooie mascotte te vinden, omdat in ons land de horens van de bokken veelal worden weggenomen, had ons tamboercorps reeds een (jonge) op volger van Kees Pils gevonden, toen uit Engeland het bericht kwam, dat men daar een bijzonder mooi exem plaar op het oog had. Die jonge bok, in de wandeling de „interim-bok" genoemd, is enkele malen tot tevre denheid van zijn meesters met het tamboercorps opgetreden. Zijn plaats is nu door William Hops ingenomen, naar wij hopen voor vele, succesvolle jaren! Met een kleine proeve van het Hollands Hei neken bier werd de nieuwe bok ingewijd als mascotte van ons Bossche tamboercorps. Wat voorafging aan de komst van Wiiliam Hops 5

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1963 | | pagina 7