INGEZONDEN
(Van de heer G. E. Kleingeld te Rot
terdam ontvingen wij onderstaande
bijdrage.)
Het is al geruime tijd geledendat
een toenmalig redactielid van ons
Verse Vat in interne kring eens aan
dacht vroeg voor de gezellige en
puntige zelfspot, die in het perso
neelsblad van het Haagse hoofdkan
toor van de Koninklijke/Shell placht
voor de komen. Een zeldzaamheid in
Holland, mogen we wel zeggen.
Lange tenen zullen ook daar wel door
de gangen lopen, maar ze zijn
wellicht door de enigszins Angelsak
sische inslag van de bezitters ver
moedelijk wat korter dan de tenen in
andere bedrijven. Ook het typische
gevoel voor „understatement" dat
een Engelsman kenmerkt, veroorzaakt
mogelijk in de Carel van Bylandtlaan
een wat lichtere toets dan elders in
ons „zware" landje.
Ook wij hebben het wel geprobeerd,
maar het is in Vers van 't Vat ge
bleven bij wat puntig proza en poëzie
van de onvolprezen vdz, die op een
ogenblik blijkbaar de weerklank niet
harmonieus vond en zijn pen droog
liet.
Toen echter onlangs de Nederlandse
Aardolie Maatschappij in haar blad
Nammogram een persiflage over het
personeelsblad en deszelfs redactie
opnam, leek het een mooie gelegen
heid u er van te laten méégenieten.
Hier kan hoogstens op redactie
teentjes worden gestaan en die zijn
heel klein.
Daar gaan we dan.
De perikelen van een redactie
Het uitgeven van een personeelsblad
is, zoals de meesten van u al weten,
een volkomen nutteloze bezigheid.
Niet zo zeer voor de redacteuren. Zij
zijn nijvere werkers, dag en nacht
onverdroten op pad om stukjes te
wrochten.
Helaas verkeren bijna alle redac
teuren van personeelsperiodieken in
de veronderstelling dat hun proza
wordt gelezen. Meestal geschiedt dat
slechts door één persoon, namelijk de
aartsvijand van de hoofdredacteur,
die er een hele morgen aan besteedt
om het blad uit te spellen. Hij doet
dit slechts met één oogmerk: te kijken
of ie hem ook kan vangen op een
enorme fout. Is dat het geval, dan
moet de hoofdredacteur op het matje
komen bij de directie, waar hij een
geduchte uitbrander in ontvangst
mag nemen.
Geheel ten onrechte denkt de redac
teur dat in hogere regionen zijn blad
wordt gelezen. De gedachte verzoent
hem zelfs enigszins met de dreun die
hij enkele ogenblikken tevoren op het
moede hoofd kreeg. Met verdubbelde
ijver gaat hij aan de slag. Slechts
pensionering of een snelle overplaat
sing kan de maatschappij van hem
verlossen.
Er zijn onverbeterlijke optimisten, die
menen dat het personeelsblad een
band schept tusssen de werknemer en
het bedrijf. Ook dit is een evidente
vergissing. Bij elk bedrijf zijn twee
groepen werkers:
aZij die zich nauw verbonden voe
len met de onderneming;
b. Zij die alleen verschijnen omdat
dit wenselijk is uit financieel oogpunt.
Het zal duidelijk zijn, dat voor de
onder a genoemden geen personeels
blad nodig is. De mensen van groep
b interesseren zich niet voor welk
personeelsblad dan ook tenzij men
zou besluiten tussen de pagina's gang
bare bankbiljetjes te leggen. In dat
geval kan het echter aanbeveling
verdienen het ingewikkelde samen
stellen en drukken van het blad
achterwege te laten en de bank
biljetjes gewoon in blauwe envelopjes
te doen.
Er jubileert iemand. Laten we zeggen
40 jaar. De jubilaris wordt onthaald
en jubelend toegesproken door col
lega's, die de vorige dag nog probeer
den hem te wippen. Na de huldiging
is de jubilaris zo overdonderd, dat
hij de aanwezigen slechts een serie
bibberige gemeenplaatsen kan toe-
stotteren. Diep in de nacht komt de
jubilaris uitgefeest thuis en herinnert
zich met schrik wat een onzin hij
allemaal heeft gezegd. „Gelukkig, dat
is voorbij," zucht de getergde man.
Dit is een misrekening. Over enige
tijd komt het personeelsblad uit en
dan ziet de arme man al zijn narig
heid nog eenmaal op papier terug.
Een ijverige redacteur heeft alles
voor decennia vastgelegd.
Dan zijn er de personeelsbladen die
door ambitieuze redacteuren steeds
mooier worden gemaakt. Zo mooi,
dat het personeel ze niet eens meer
open durft te slaan. Dan zijn er
bladen die zo slecht zijn gedrukt en
zo rommelig zijn, dat de personeels
leden denken het wekelijkse blaadje
van de kruidenier te hebben ont
vangen.
Er bestaat één methode om uw blad
aantrekkelijk te maken en de lezers
te boeien. Schrijf dat de getrouwde
meneer A van de afdeling XX juf
frouw Miep stiekem in de gang zoent
en dat meneer B 68 maatschappij
ballpoints thuis heeft liggen. Men zal
de postbode het blad uit de handen
grissen. Ik neem echter aan dat het
enige tijd kan duren voordat ieder
een van de redactie is doordrongen
van de noodzaak deze weg in te
slaan. Laat u niet ontmoedigen. U
kunt altijd rekenen op de morele
steun van
Simon Goddefroy Gistbeen
17