Nóg zes jubilarissen in Rotterdam
De jubilaris vertelt
C. H. DE ROODE
25 jaar
In de afgelopen maand vierden niet minder dan acht Heine-
ken werknemers, allen te Rotterdam, hun 25- of 40-jarig
jubileum. Twee van hen, de heren Vestergaard en Sutter die
beiden de veertig jaar hebben volgemaakt, werden reeds in
het vorige nummer in het zonnetje gezet. Op deze pagina
vindt u dus de overige zes jubilarissen, van wie vier het feit
herdachten dat zij veertig jaar bij Heineken in dienst waren,
terwijl twee hun 25-jarig jubileum vierden.
Op 7 maart jl. was het veertig jaar geleden dat de heer
J. L. A. Zom als draaier-monteur in onze dienst trad, in
welke functie hij tot op heden werkzaam is in de algemene
werkplaats. De heer Zom geniet grote bekendheid als vraag
baak in zijn afdeling. Verder is hij gedurende lange tijd ac
tief geweest als bestuurder van het „Steunfonds". Gedurende
de oorlog heeft hij op onnavolgbare wijze kans gezien aan
verschillende versnaperingen te komen, die onder het perso
neel verdeeld werden. De viering van het jubileum en de
ontvangst in de kantine Hollandia hebben de 7de maart voor
de heer Zom ongetwijfeld tot een bijzondere dag gemaakt.
De heer C. H. de Roode trad op 23 maart 1936 in onze
dienst als, zoals dat destijds heette, werkjongen in de botte
larij. Twee jaar later werd hij overgeplaatst naar de garage.
Na een onderbreking van verscheidene jaren wegens militaire
dienst ging de heer De Roode op 1 juni 1946 over naar de
pekkerij en vandaar op 4 januari 1953 naar het biermaga
zijn, waar hij na een jaar heftruckchauffeur werd. Sinds
11 april van het vorig jaar is de heer De Roode, een serieus
en ambitieus werker, administrateur in het biermagazijn.
Veertig jaar geleden kenden we in Rotterdam de afdeling
reservepersoneel. Op 25 maart 1921 trad de heer M. van
Hooydonk bij deze afdeling in dienst. Nog in datzelfde jaar
werd hij in de lagerkelders tewerkgesteld. Kort na de oorlog,
in 1945, werd de heer Van Hooydonk hulpmetselaar in
de bouwkundige werkplaats. Enkele maanden geleden, op
7 november 1960, werd hij overgeplaatst naar het centraal
magazijn, waar hij sinds die tijd als magazijnbediende werk
zaam is.
Eveneens veertig jaar geleden, maar op 29 maart, traden de
heren F. Weller en M. Hoogenboom in onze dienst. Hun
werkzaamheden bij Heineken hebben nagenoeg parallel ge
M. VAN HOOYDONK
40 jaar
W. H. VAN BERKEL
25 jaar
lopen. Beiden begonnen zij in de stal en beiden werden zij,
toen de paardentractie langzamerhand verdween, chauffeur,
na eerst nog gedurende een bepaalde periode als bijrijder
werkzaam te zijn geweest.
Het laatste jubileum werd gevierd op 30 maart jl. De heer
W. H. van Berkel trad in 1936 in dienst als werkjongen in
de bottelarij. Na verschillende afdelingen, onder andere
garage, laboratorium, magazijn, pekkerij en biermagazijn te
hebben doorlopen, kwam de heer Van Berkel in 1955 weer
terug in de bottelarij, waar hij tot op heden als etiketteerder
werkzaam is.
Ik ben er heimelijk van overtuigd, dat als ik in ons lijfblad
een woord van dank uitspreek zonder daarbij te verzekeren,
dat deze feestdagen voor mij onvergetelijk zijn geworden, ik
een gapende leegte doe ontstaan. Sterker uitgedrukt: als ik
deze onvergetelijkheid weglaat, zult u haar toch lezen. Zo
onafscheidelijk is dit pleonasme aan het dankwoord van een
jubilaris verbonden. Conclusie: Ik kan de onvergetelijkheid
ongestraft vergeten.
Maar wat ik niet zonder mijzelf te straffen zal vergeten zijn
de prestaties van velen om mijn jubileum tot een succes te
maken en de hartelijkheid en vriendschapsuitingen die in
velerlei vorm mijn deel werden. En de voortreffelijke orga
nisatie van de verschillende evenementen zowel te Rotterdam
als te 's-Hertogenbosch.
Ons bedrijf bezit verschillende talentvolle organisatoren en
bovendien het geheim van een gemeenschapszin die velen ons
kunnen benijden.
Is het onder deze omstandigheden zo wonderlijk, dat, toen
besloten werd iets aan mijn 40-jarig jubileum te doen, een
herdenking ontstond die in mijn gevoel tot een groots en
stijlvol gebeuren uitgroeide? Daar was de gedachte om in de
revue, waarmede de P.U.R. (lees Personeels Unie Rotterdam)
zich in al haar prille zuiver- en reinheid aan het Rotter
damse personeel zou voorstellen, ook enige aandacht aan
mijn jubileum te wijden.
Deze revue bevatte vele verrassende elementen. Het meest
verrassende was wel het toneeldebuut van onze oudste direc
teur. En mag ik dan in één adem plus démocratique que
le democrat noemen de kantoorwerkster?
Het grootste succes van deze revue is wel, dat men erin ge
slaagd was praktisch alle afdelingen van het bedrijf en alle
geledingen van het personeel dus de allerhoogste en de
laagste in rang in een harmonieuze samenwerking te ver
enigen.
Hoogtepunten waren voorts mijn benoeming tot erelid van
onze personeelsvereniging te 's-Hertogenbosch, het optreden
van het tamboerkorps aldaar en de tafel van dezelfde avond,
die voor mij zo eervol en hartverwarmend was door de
samenstelling van het gezelschap.
Ik zou daarenboven de reünie van het Voetbalelftal 1926 en
nog enige andere gebeurlijkheden kunnen opsommen, maar
ik zal dit laten omdat u anders misschien een vertekend
beeld krijgt van de ernstige zaak die in wezen het leiden van
verkoopactiviteiten is. Over verkoop gesproken Het zou
mij niet verwonderen als de eerste helft van maart een om
zetstijging in de rayons Rotterdam en Den Bosch vertoonde
waarvoor noch het uitzonderlijk fraaie weer, noch de speciale
Heineken trend een afdoende verklaring kan leveren. R.V.