Op dinsdag, 14 februari, waren
vele Oeteldonkers te gast bij
Heineken 's-Hertogenbosch
De dag was jong en 't zonlicht blonk,
Maar 't bruiste reeds in Oeteldonk.
Want vele vrienden, dwaas verrast,
Waren bij Heineken te gast.
Een gast is in dit gastvrij rijk
Wellicht een dagelijks vriendenblijk.
Ik stel mij voor, dat vele groten
Hier reeds een warm onthaal genoten.
En dat hier klonk in veler klank,
Een woord van vriendschap en van
[dank.
De Oeteldonkers, hier onthaald,
Waren wat zonderling getaald.
Inplaats van welgekozen woorden,
Zoals men die hier vaker hoorde,
Zo wisten zij zich slechts te uiten
Met zang en met gesmeerde kuiten.
Zo hossend sprak het hele stel,
Wat vrij vertaald is: dank u wel.
Een huis vol dwaasheid, Carnaval!
Gij, Heineken verstaat het al.
Zo jong gewiegd in deez' moerassen
Wist gij u lang reeds aan te passen.
Reeds drie jaar mocht het feest zijn
[hier:
Gij kwam, gij zag en tapte bier.
Van verre klonk de hofkapel:
De kikkers, barstend uit hun vel.
De dwazen hosten al te samen
Om zo de wijzen te beschamen.
Want wie te wijs is voor dit spel,
Die wijze mens beklaag ik wel.
Zó vrolijk is de dwaas geluimd,
Dat zelfs het bier van vreugde schuimt.
En vreugde schuimde uit uw vat
Nu gij een huis vol dwazen had.
De dag was jong en 't zonlicht blonk,
Toen nam de prins een glas en dronk.
Hij dronk en met hem al de zijnen.
Gij kunt de zon in 't bier zien schijnen,
Gij gaf het bier een gouden vonk,
Gij, Heineken in Oeteldonk!
LEA SMULDERS
5. De Heineken praalwagen, die op Carnavalsmaandag
in de optocht meereed.
1. Z.K.H. Prins Amadeiro XVIII en adjudant met Driek
Pak Aon (Oeteldonkse veldwachter), de heer en
mevrouw Kloppenburg en leden van het gevolg.
2. Minister van Cultuur, de heer Martens, directeur
van het Casino, drinkt broederschap met de heer
Kloppenburg, nadat de heer Kloppenburg de ver
sierselen van zijn benoeming tot ridder in de
Chique S Cheval waren verleend.
3. De heer Hoofs, directeur van het tamboerkorps
van onze brouwerij' in Den Bosch, mocht uit handen
van Z.K.H. de Prins eveneens een hoge onder
scheiding ontvangen.
4. Met de heer Peels ziet u hier om het spreek
gestoelte vereend, de Prins met zijn adjudant en
twee andere markante Oeteldonkse persoonlijk
heden, nl. de Minister van Staat (Jan v. d. Martel)
en Peer v. d. Muggenheuvel (Henk Teulings).