hadden gehoord ontstond toch in deze periode
ons beroemde schilderij „Le Bock", dat zich bevindt in
het museum voor Moderne Kunst te Moskou en dateert
uit het jaar 1901 (olieverf 81 x 65 cm) en zijn vriend
Jaime Sabartés voorstel.
Men beschouwt dit biertafereel als één van de beste uit
de blauwe periode en het is bijzonder aardig voor ons
biermensen, dat deze dichter gebogen zit over een prach
tige bierpul en dus moet ook de grote Picasso een lief
hebber geweest zijn van dit kostelijk gerstenat (en
Anggeréks' verhaal gekend hebben) want anders had hij
nooit zo'n fraai exemplaar kunnen weergeven.
In dit portret is duidelijk de invloed van Van Gogh en
Gauguin merkbaar, vooral wanneer men let op de ruimte
lijke werking ten gunste van een zuivere vlakverdeling en
de ingetogen terughoudendheid van alle specifieke schil
derachtige bekoorlijkheden.
Bijzonder typerend voor de compositie is het samentrekken
van de vormen binnen een denkbeeldig vlak en de
mede door gebrek aan de reeds gememoreerde ruimte
lijke werking misvorming van de ledematen, zoals dit
direct opvalt wanneer men de onwerkelijke buigzame
hand aan de bierpul nader beschouwt. De eenvoud in
kleuren de donkerblauwe jas voor de blauwe achter
grond, het sluike bruine haar, de matgrijze pul komt
geheel voort uit de ingetogenheid van de schilder en ver
hoogt de zuiverheid.
Sabartés heeft ons zelf in één van zijn boeken verteld,
onder welke omstandigheden dit portret is ontstaan:
„Op zekere avond wachtte ik lang en tevergeefs op mijn
vrienden in het café „La Lorraine" in de omgeving van
het museum Cluny en verzonk ten slotte in diep gepeins
mijn omgeving vergetend; plotseling werd ik uit dit diepe
gepeins opgeschrikt door de luide stemmen van Picasso
en zijn begeleiders. Dit moment van gepeins, waarin ik
door mijn vriend werd verrast, werd door hem vastgelegd
in dit olieverfschilderij".
Dit schilderij is getekend „P. Ruiz Picasso". Voor 1901
tekende Pablo namelijk zijn schilderijen op deze wijze;
na zijn bezoek aan Parijs, waar hij ondermeer onder de
invloed kwam van Van Gogh en Toulouse-Lautrec, sig
neerde hij zijn stukken alleen nog met de naam van zijn
moeder. Dit is wel verrassend, wanneer men bedenkt, dat
Don José Ruiz zijn eerste leermeester is geweest en vele
auteurs hebben geprobeerd een verklaring voor dit ele
ment in zijn kunst te vinden. Gelukkig geeft ook onze
vriend Sabartés er in zijn „Picasso-Documents-Icono-
graphiques" een verklaring voor, die wij gaarne accep
teren. Het weglaten van de vaderlijke achternaam ging
niet van de schilder uit, maar kwam voort uit de omstan
digheid, dat de Catalaanse vrienden van de kunstenaar
de gewoonte hadden hem bij de achternaam van zijn moe
der te noemen, omdat de naam van zijn vader erg gewoon
was en veel voorkwam; terwijl de naam Picasso door zijn
prettige klank meer geschikt scheen om de mensen in
herinnering te blijven. We kunnen zeggen dat deze Cata
laanse vrienden wel succes hebben gehad.
Tot slot wil ik U nog even iets naders vertellen over de
door Picasso weergegeven bierpul de matgrijze bierpul
die, zoals een exemplaar in mijn verzameling, een een
voudig sieraad is tussen de vele kostbare stukjes ceramiek.
Kenmerkend voor dit gresaardewerk is de grijze dicht-
gesinterde, doch niet doorschijnende verf, voorzien van
zoutglazuur. De kleur van het glazuur wisselt tussen zil
vergrijs en grijsgeel en is behalve van het ijzergehalte van
de klei, voornamelijk afhankelijk van de wijze van stoken
(11001300 graden C.) en afkoelen. Deze matgrijze pul
len werden vaak voorzien van een eenvoudige opliggende
en/of ingegrifte losjes aangebrachte kobaltversiering. Een
fraai kunstwerk voor alle verzamelaars.
17