BEZOEK AAN MARCANDING TE BIAK op zichzelf en voor de chemici onder u de moeite van het aanschouwen waard; voor ons verzamelaars te moeilijk en dus dompelen we onze bierpullen maar snel in de verkregen glazuurpap. Nu komt de schilder eraan te pas met zijn penselen, ge maakt van haar uit koeieoren. Hij brengt nu eerst de contouren aan met trekverf en met een dun penseel, de trekker, dan kleur na kleur met de dieper, een breed penseel; de zwaar dere schaduwkanten met dikke en de halftinten met meer verdunde kleur stof. Nu volgt het tweede bakproces; in een tijd van 30 uur stoken tot een temperatuur van ca. 1000 graden Celsius wordt alles gebakken en na enkele dagen koelen kan de oven geleegd en opnieuw gevuld worden. Decoratie Blauw is hoofdkleur, al komt man- gaanpaars, vooral bij de tegels en bij het 19-eeuwse aardewerk veelvuldig voor. Men gebruikt als onderwerp bijbelse voorstellingen, toneeltjes uit het dagelijks leven, zich meestal af spelend in een landschap, soms in een interieur; verder landschappen en zeegezichten. Deze landschappen, vaak bestaande uit enige huizen aan de waterkant, spelen een grote rol in de decoratie van het Friese aarde werk. Bloemen, vruchten en bladeren worden als hoofd- en als bijdecoratie toegepast; op de randen vindt men ze in grote verscheidenheid. Ook voluten, gestyleerde palmetten en geometrische ornamenten, zoals cir kelsegmenten, treffen wij veelvuldig aan voor band- en randversiering. Soms worden al deze decoratievormen in een zelfde stuk verwerkt. De bloeiperiode van het blauw ligt in de 18e eeuw, in welke periode stukken van uitzonderlijke kwaliteit zijn vervaardigd. De initialen van de eigenaar zijn vaak op de produk- ten vermeld, waardoor men echter geen naam van de schilder-decorateur kan achterhalen. Op één van de tentoongestelde schotels uit 1779 staat echter duidelijk: „Jan: door mi gemaakt: Eelkes". De gehele tentoonstelling geeft een bijzonder duidelijk beeld over het hele Friese oeuvre en na de rondgang konden we met recht zeggen te weten, wat Friese gleiers bakten. G. W. HARDEVELD KLEUVER Jr. Op zijn reis door het Verre Oosten bracht onze brouwtechnische onder directeur, de heer J. Gombert, o.a. ook een bezoek aan de Marcanding (Marine Cantine Dienst Nieuw-Gui- nea) te Biak. U ziet op de foto van links naar rechts: LtZee 1e klas Schaap, hoofd van de Marcanding; de heer R. Raase van de Nigimy, onze agent voor Nieuw-Guinea en de heer J. Gombert. Op de an dere foto wordt een kijkje genomen in de voorraadruimte van de Mar canding, die de marine in Nieuw- Guinea van ons bier voorziet.

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1960 | | pagina 14