KLAPROOSDAG 1959 Uitslagen Kinder prijsvragen Aan de inzendingen hebben wij gemerkt dat beide prijs vragen nogal wat moeilijkheden hebben opgeleverd. Er was geen enkele foutloze bij, maar we hebben besloten toch de twee met de minste fouten te be lonen. Hier komen ze dan: De prijsvraag „Dokter Hans" werd gewonnen door Henk Bettonvil, 11 jaar, uit 's-Her- togenbosch. De prijsvraag „Het nikkertje en het kikkertje" werd gewon nen door Judith Niemeijer, 8 jaar, uit Rotterdam. De beide gelukkige prijswin naars hebben inmiddels al hun prijs in de vorm van een boek ontvangen. Van harte gefelici teerd. knipte het licht aan. Daar stonden ze van aangezicht tot aangezicht met de politie. Ze wilden wegrennen maar overal waren agenten. „Ja, ja", zei vader Snugger. „Dat hadden jullie niet gedacht, hè schur ken om mijn zoon te ontvoeren"... Hun handen werden geboeid. Oei, wat waren die mannen nu bang. Gerrit mompelde: „Het is allemaal jullie schuld, van jullie moest ik Siempie ontvoeren." De drie mannen kregen zelfs hierover ruzie met elkaar. Ruw werden zij door de politie in de wagen geduwd. Ze probeerden nog te ontvluchten maar kregen daarvoor geen kans; de politiebewaking was immers véél te sterk. In volle vaart ging het nu naar het politiebureau. Daar heerste een ongekende drukte midden in de nacht. De gouddieven werden in afzonder lijke cellen opgesloten. En Siempie en Daafje werden omringd door politie en journalisten. Ze kregen véél plui men voor hun moedige gedrag. De volgende dag stond héél de geschie denis in de krant. Als beloning kregen ze van de com missaris van politie een vliegreis aan geboden. De ouders van Siempie en Daafje waren trots op hun zonen. En de dieven. die kregen een paar jaar straf in de gevangenis. Van die dag af heerste er weer welvaart aan de Goudkust. EINDE JOS TABBERS KLAPROZEN, BLOEMEN DER DANKBAARHEID Onder de bijzondere dagen, die de kalender telkenjare aangeeft, heeft ook Klaproosdag een vaste plaats gekregen. Dit is in de Engelssprekende landen langer het geval dan bij ons in Neder land, waar we in 1946 de eerste Klaproosdag hadden. In het buiten land is deze gedenkdag echter een traditie, welke dateert uit de jaren, kort na de eerste wereldoorlog. Het symbool van Klaproosdag is eigenlijk ontstaan naar aanleiding van een gedicht. Kort na de oorlog 1914 1918 liep de Canadese dichter John McCrae over een oorlogskerkhof in Vlaanderen. Hier zag hij de lange rijen witte kruisen, waartussen het rood van de bloeiende klaprozen fel opvlamde. Dit ontroerende schouw spel inspireerde hem tot het nu wereldberoemde gedicht „In Flanders' Fields" („In Vlaanderens velden"). Het vangt aan met de woorden "In Flanders' fields the poppies blow between the crosses, row on row, that mark our place...." („Tussen de kruisen op Vlaanderens grond bloeien de klaprozen; hun rode mond merkt onze graven. McCrae's gedicht werd gepubliceerd. Het werd gedeclameerd tijdens plech tigheden ter herdenking van de oorlogsdoden. En zo werd de klap roos van Vlaanderens velden de „bloem van het oorlogsgraf". Minia tuurmodellen van deze bloemen werden op gedenkdagen verkocht ten bate van de nagelaten betrekkingen der gesneuvelden en ten behoeve van hen, die invalide uit de oorlog waren teruggekeerd. In de tweede wereldoorlog deelde Nederland het lot, dat Vlaanderen een kwart eeuw tevoren trof. Ook ons land kent nu zijn oorlogsgraven en zijn soldatenkerkhoven. Soms zijn het enkele graven op een burgerbe graafplaats, dan weer de massale zerkenrijen met vreemde namen: Engelse, Amerikaanse, Franse, Cana dese, Australische, Zuidafrikaanse, Nieuwzeelandse, Poolse. Of met de simpele aanduiding "Unknown, but known to God" („Onbekend, maar bekend bij God"), op de laatste rustplaats der onbekende strijders. Meer dan 30.000 graven Deze oorlogsgraven in totaal zijn er meer dan dertigduizend in ons land werden gedolven in de jaren 1940 tot 1945. Zij werden de laatste rustplaats voor vliegers die met hun toestellen werden neergeschoten, voor marinemensen wier ontzielde licha men aan onze kusten aanspoelden en voor de vele duizenden die vielen tussen september 1944 en mei 1945, in de maanden toen Nederland werd bevrijd. Voor de vaders en moeders, de vrou wen en kinderen die achterbleven, heeft nu ook Nederland zijn Klap roosdag. Want velen van hen die achterbleven verkeren in omstandigheden, die het hun onmogelijk maken de reis naar en het verblijf in ons land te bekos tigen, hoe graag zij ook zouden willen gaan. Omdat Nederland elk jaar Klaproosdag heeft, is het ook niet nodig, dat zij dit zelf betalen. Want uit de opbrengst van deze in zameling worden elk jaar opnieuw nabestaanden, die zelf hiertoe de financiële middelen niet bezitten, uit genodigd om tóch naar Nederland te komen. In samenwerking met The British Legion de Britse vereniging van oud-strijders en nabestaanden regelt het Nederlands Oorlogsgraven Comité hun reis naar ons land en hun verblijf in de omgeving van de plaats waar hun gesneuvelde familielid werd begraven. Meer dan 25.000 nabestaanden zijn sederr de dag der bevrijding, dank zij de Klaprooscollecte, in ons land ge weest. Wanneer zij weer naar huis gingen waren het andere mensen ge worden. Niet omdat het leed en het gemis minder waren. Maar het was te dragen, omdat zij hadden mogen staan op dat plekje in Nederland, dat de laatste herinnering is aan hem die ging om niet meer terug te keren. 70.000 nabestaanden wachten Maar bijna 70.000 nabestaanden zien reikhalzend uit naar het ogenblik, waarop ook zij mogen gaan. Wanneer dit zal zijn? Dit hangt af van wat het Nederlandse Volk telkenjare op Klap roosdag doet. Straks, op 14 november, wijst de kalender wéér Klaproosdag aan. Eigenlijk verschilt deze zaterdag in geen enkel opzicht van andere zater dagen.. Alleen waaien dan op de soldatenkerkhoven de vlaggen half stok, ter herdenking van hen, die vielen voor de bevrijding van ons land. Als een postume dank voor het offer van hun leven. Hoe meer er op 14 november een klaproos dragen, hoe meer brieven met de uitnodiging „U kunt komen" volgend jaar naar de getroffen ge zinnen in het buitenland kunnen worden gestuurd. 17

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1959 | | pagina 19