Jaarfeest 1959 afscheid te vieren van Riet, Joke en Lies. Zulk een af scheid-om- verheugende-redenen kon toch niet zonder één druppel gerstenat ge schieden, vooral niet in 1958, vijf en twintig jaren na de crisis en met dus in geen velden of wegen een jubilaris te bekennenOndanks de „hardheidsclausule" in het ge- bruiksreglement van de Raadskel- der bleek het mogelijk bij wijze van hoge uitzondering voor zulk een bijzonder feit gastvrijheid te verkrijgen. „Zo tegen half zes, als wij met ons werk klaar zijn, zie je ons ver schijnen, Vriethoff. Reken maar, dat wij tot een uur of half acht blijven. Misschien wordt het wat later." „Ik zal er rekening mee houden." Vriethoff, de onovertroffen gast heer in onze Raadskelder, kent ons beter dan wij onszelf. Het werd wat later. Behalve enkelen, wier les niet kon worden verzet en wier trein wachtte, bleef het ge zelschap van twintig dames-en- heren-van-de-eerste-êtage plakken en toen om tien uur over andere oorden werd gedacht, bleven er nog na-plakkers, een categorie, die elk gezelschap nu eenmaal telt. Tegen het middernachtelijk uur deden de laatste tram en bus het klokje van gehoorzaamheid luiden, aangezien het woord „taxi" blijk baar in geen brein boven wilde komen en dat was Vriethoff's ge luk. Hij kon nu eindelijk sluiten. Tja, zelfs de beste gastheer ziet tenslotte zijn gasten zonder smart vertrekken Waarom ik deze regelen aan het papier toevertrouwd Allereerst om alsnog een verzuim goed te maken. Drie bruiden op één afdeling zijn wel het vermelden waard, vindt u nietHoe zeer werd het Rotter damse secretariaat (om deze Am sterdamse term nu maar eens te gebruikendoor dit verlies in „zijn" charme getroffen. En ten tweede om mijn vrouw te laten zien, dat ik heus die avond tot middernacht dienst had. Werke lijke, serieuze, prettige dienst Als zij nu dit stukje maar leest, anders ben ik nog niet zeker van rehabilitatie. NAP LAKKER taalwetten lijken soms onlogisch N.L. De heer Stap, voorzitter van de H.P.U., overhandigt de zangers een miniatuur fustje. te Amsterdam Het jaarfeest 1959 is voor de Amsterdammers weer achter de rug. Een feest dat dit jaar een nogal ongewoon begin had, aangezien de zo traditioneel geworden huldiging van jubilarissen van het verstreken jaar ditmaal achterwege moest blijven wegens het simpele feit dat er ditmaal geen jubilarissen waren. Onze directeur, de heer Honig, wist na zijn openhartig, op de toekomst gericht openingswoord dit hiaat verrassend op te vullen. De heer Honig zei namelijk dat op een dergelijke avond toch altijd iets of iemand gehuldigd dient te worden en hij daarom verkozen had op deze avond eens de Heineken's Personeels Unie, en daarmee de beide Sportclubs HBM en HBBA te huldigen voor de verdienstelijke prestaties die zij het afgelopen jaar hadden geleverd. Een idee dat door de honderden leden van de Heineken's familie met een enorm applaus ontvangen werd. Daarna volgde de operette „Zwei Herzen im 3A Takt", waarvan menige melodie door de zaal werd meegezongen. Tot slot natuurlijk het zo lang verwachte bal, waarbij weer overvloedig gegeten, gedronken en gedanst werd tot het plotseling vier uur was en ook aan dit bal een einde kwam. Er werd gegeten. gedronken. en gedanst.. 9

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1959 | | pagina 11