geknal in voortbewegen en dat er mensen in mo derne kledij rondlopen. Alles is zó onaangetast ge bleven gedurende eeuwen en de hele stad is zo boordevol van de prachtigste originele werken van de grootste meesters op het gebied van de beeldhouw-, bouw- en schilderkunst kunstenaars die vier a vijf eeuwen geleden in precies diezelfde omgeving werk ten dat je het gevoel hebt dat alles wat met het moderne leven en de moderne tijd te maken heeft, er alleen maar afbreuk aan kan doen. Waar je ook kijkt in de straten, op de pleinen, in de huizen, de kerken en de musea, het is steeds weer de overwel digende hoeveelheid moois op allerlei gebied, die je ■verbijsterd doet zijn dat dit alles in één stad zó bewaard is kunnen blijven. Wanneer je ook veel in de kleine nauwe zonloze stra ten en stegen van het minder spectaculaire gedeelte van de stad hebt gelopen en rondgekeken, dan valt het op dat de Italianen vlijtige mensen zijn, die eerbied hebben voor het echte ,,hand"werk en er ook nog zeer kundig in zijn. Vele zijn de heel kleine werk plaatsjes, waar door één of twee mannen houten schilderij- of spiegellijsten met de hand op zeer kunst zinnige manier worden gestoken. Ergens anders weer zitten in een donker kamertje jongens leer te bewer ken of bijoux te maken, over het algemeen met veel gevoel voor kleur en verhoudingen. Helaas hebben de hordes toeristen, die ook Florence inzwermen, gemaakt dat je ook daar evenals dit in Nederland jammer genoeg het geval is winkels en stalletje ziet met de meest horribele internationale uitingen van wansmaak op kunstgebied. Maar afgezien van deze aberraties, is de Italiaan iemand die het hand werk eert en een aangeboren kunstgevoel heeft. Op de beroemde, ongeveer vijf eeuwen oude Ponte Vecchio één van de bruggen die de oevers van de rivier de Arno met elkaar verbindt en die aan beide zijden uit eeuwenoude winkeltjes en werkplaatsjes bestaat, die nog onveranderd zijn gebleven en nu alléén nog maar winkeltjes zijn ziet men de pro- dukten van de Italiaanse handenarbeid in al zijn facetten. Dat de Italianen een welhaast ongebreidelde fantasie hebben, speciaal op het gebied van de edel smeedkunst, kun je telkens weer aan de hand van de uitgestalde werkstukken in de vitrines vaststellen. Hele- en halfedelstenen worden in elke mogelijke en ik zou haast zeggen onmogelijke combinatie verwerkt. Verder zie je de meest smaakvolle pro- dukten uit leer vervaardigd, een kunst die de Italia nen tot in de perfectie verstaan. De meest eenvoudige dingen, wat het leer betreft, zijn haast wel de mooi ste, daar kleur en vorm meestal al zeer harmonisch zijn. Opvallend is ook het borduurwerk, zó tot in de perfectie gemaakt, dat de meest verwende expert er sprakeloos naar staat te kijken. Wanneer 's avonds de winkeltjes op de Ponte Vecchio worden gesloten, dan klapt men nét als vijf eeuwen geleden dezelfde dikke houten luiken, met het zware sierlijke ijzerbeslag, weer voor de winkeltjes dicht. Aan beide zijden van deze beroemde en eeuwenoude brug, zijn drie openingen met ronde bogen uitge spaard, waardoorheen men aan beide zijden ook weer een wondermooi uitzicht over de rivier heeft met de zachtgekleurde huizen erlangs en vanwaar men in de verte steeds weer kijkt op de zachtglooien- de heuvels van Toscane, waar hier en daar, omgeven door donker in de lucht prikkende cypressen, de buitenhuizen verspreid liggen. In de zon is het in Florence midden op de dag, ook in september, nog zeer warm en alles beweegt zich gedurende het middaguur zeer traag of helemaal niet. Om half vier ongeveer begint alles weer te leven en ziet men de open fiacres open zwarte huurrijtuigjes, veelal met felrode bekleding met een uiterst mager paardje ervoor gespannenweer hun vrachtjes veelal in de vorm van luie toeristen, die op deze manier zonder inspanning op kalme wijze de voor naamste bezienswaardigheden van de stad kunnen bekijken weer over de pleinen en door de voor naamste straten sukkelen. Op het einde van de middag kun je, als moegekeken vreemdeling, het beste neerstrijken op een van de talloze pleinen of pleintjes, waar je, met een koel drankje voor je, het mensdom in al zijn uiterlijke facetten, aan je kunt laten voorbijtrekken. Bij goed weer kun je tot 's avonds laat buitenzitten en genieten van het „heerlijke nietsdoen" en na genieten van al het moois dat je gedurende de dag hebt gezien, in het besef dat je in deze stad eigenlijk nooit uitgekeken raakt, zelfs niet wanneer je er zou wonen! D. C. O.

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1958 | | pagina 11