Jlir. Feith Lezoekl Nederlandse opgravingsexpeditie in Egypte Voor het huis van de opgravers. V.l.n.r.: dr. A. Klasens, Ali, de kok, de heer E. C. Kettner, mevr. Feith, mevr. Kettner, jhr. P. R. Feith. thans te zien zijn bij het dorp Mitrahina, ten zuiden van Cairo. In deze tijd werden ook de grond slagen gelegd van een beschaving die nog 3000 jaar lang in het Nijl- dal zou heersen en waarvan wij de prachtige produkten in onze musea kunnen bewonderen. Te vens werd toen het hiëroglyfen- schrift in gebruik genomen en uit deze tijd hebben wij de oudste Egyptische inscripties. Eerste koning Tijdens zijn recent verblijf in Cairo heeft onze directeur jhr. P. R. Feith met zijn echtgenote, in gezelschap van de heer en mevrouw Kettner, administrateur-délégé van de brou werij van de Société de Bière ,,Les Pyramides", een bezoek ge bracht aan een Nederlandse op gravingsexpeditie in Aboe-Roash. Wij zijn de leider van deze expeditie, dr. A. Klasens, conser vator aan het Rijksmuseum van Oudheden te Leiden, zeer erken telijk voor zijn relaas over deze opgravingen dat wij van hem mochten ontvangen, hetwelk wij dan ook gaarne voor u hierbij publiceren. REDACTIE. Op 10 april van dit jaar is de rust in het Egyptische dorp Aboe- Roash teruggekeerd, die geduren de meer dan twee maanden was verstoord doordat de leden van een Nederlandse expeditie zich daar hadden gevestigd om in de woestijn nabij het dorp te zoeken naar resten van de oude Egypti sche beschaving. Aboe-Roash kan men van Cairo uit op twee manieren bereiken. Een brede weg leidt van de hoofd stad naar de pyramiden van Gize, maar vlak vóór men de woestijn- rand heeft bereikt waarop zich deze reusachtige koningsgraven verheffen, slaat men af naar het noorden en na ongeveer negen kilometer bereikt men het dorp dat op de grens van de woestijn en het bebouwde land is gelegen, daar, waar zich plotseling een bergmassief met grillig gevormde rotspartijen verheft uit de een tonige golvende zandvlakte. Een andere weg gaat door het vlakke, groen-bebouwde en met kanalen doorsneden land van de Egyp tische Delta. Nabij de imposante gebouwen van de brouwerij van de Bière „les Pyramides" passeert men de spoorweg van Cairo naar Boven- Egypte en dan slingert de weg door een aantal schilderachtige dorpen en men ziet uit de verte reeds de hoogste top van de ber gen van Aboe-Roash, waarop zich de povere overblijfselen bevinden van een pyramide die in dezelfde tijd gebouwd is als de pyramiden van Gize, ong. 2500 v. Chr. Maar in de vlakte, aan de voet van die bergen, bevinden zich resten van een nog oudere periode, 3000 v. C., de tijd dat voor het eerst in de geschiedenis Egypte tot een eenheid werd, een rijk dat door één koning werd geregeerd die zijn residentie bouwde in Memphis waarvan de ruïnes nog Groot was onze vreugde toen wij inderdaad een inscriptie vonden en wel van de eerste koning die over het verenigde Egypte heeft geregeerd. De naam van deze ko ning was geschreven op een kruik die werd aangetroffen in een klein graf uit kleistenen opgebouwd in een diepe kuil in het zand. Dit graf nu was een van de vele gra ven van een grafveld dat hier 5000 jaar geleden was aangelegd en dat nu door onze expeditie was blootgelegd. Dit blootleggen geschiedt door een aantal arbeiders die speciaal voor dit werk geschoold zijn en die uit een dorp in Boven-Egypte, Koeft genaamd, en zelf heten zij dan ook Koefti, worden aangeworven. Deze Koefti verwijderen met hun houwelen de toplaag van zand en stenen die zich boven de oude graven bevindt en wanneer dan de eerste sporen van een graf zich aftekenen gaan zij voorzichtig te werk met messen en kwastjes om zonder beschadiging aan het licht te brengen wat hier eenmaal aan het woenstijnzand werd toever trouwd. De ballast van zand en puin wordt ondertussen in mand jes weggedragen door arbeiders uit het dorp zelf. Uit graven dus verwerven wij onze kennis over de oude Egypti sche beschaving. Geeft ons dit een eenzijdige voorlichting? Neen, want volgens de oude Egyptena- ren leeft de dode voort in zijn graf en hij krijgt in het graf mee dat gene wat hij ook in het leven nodig heeft. In de eerste plaats is dat spijs en drank (bier en wijn), dat hem in kruiken en schalen van 6

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1958 | | pagina 8