9
pagina s
Zie liet
resultaat
op de
Precies een jaar nadat de vloeren werden
gestort in de ligkelder in het souterrain,
werden in juli 1957 de eerste tanks ge
plaatst zoals de foto links toont. Daar
onder ziet u hoe op 3 december 1957
het hoogste punt, de dakvloer, werd
gestort, ter gelegenheid waarvan de vlag
werd gehesen. De rechtse foto legde op
4 februari 1958 het moment vast, waarop
onder toezicht van baas Gijlswijk het
eerste jongbier in de nieuwe ligkelder
werd gepompt.
Twee van de vier ligkelders, die
het gebouw bevat, zijn al in be
drijf, de derde zal op het ogenblik
dat u dit leest ook in bedrijf zijn
en de vierde zal spoedig volgen.
Omdat de brouwerij in het hori
zontale vlak geen uitbreidingsmo
gelijkheid heeft, werd zo diep en
hoog mogelijk gebouwd. De diepte
werd begrensd door het technisch
mogelijke, de hoogte door de ge
meentelijke voorschriften.
Het souterrain, de le, 2e en een
gedeelte van de 3e verdieping
werden bestemd als ligkelder. In
totaal bevinden zich ca. 150 ge
ëmailleerd stalen tanks voor het
lageren van bier in dit gebouw.
Een gedeelte van de le verdieping
is bovendien helderbierkelder.
De begane grond werd vrijgehou
den voor kisten met flessen van de
bottelarij ,,het biermagazijn".
De gistkelder bevindt zich op de
3e verdieping met 12 aluminium
gistkuipen voor 2 brouwsels elk.
In de z.o.hoek van het gebouw be
vinden zich lift, trappenhuis, lei
dingschacht, bazenkantoor, kleed-
en waslokaal.
Alle kelders werden voorzien van
een koelinstallatie met gedwongen
luchtcirculatie zonder luchtkokers.
Elke kelder is in vakken verdeeld.
Elk vak heeft een aantal koel
units, welke per verdieping cen
traal worden bediend.
Op enkele punten werd aandacht
besteed aan de architectuur. De
gevel van de straat, bekleed met
platen van sierbeton, heeft ramen,
hetgeen voor kelders niet gebrui
kelijk is. De gangen langs deze
ramen zijn betegeld en de tanks
staan achter geïsoleerde muren en
deuren. Het gehele gebouw is
trouwens geïsoleerd met kurk-
platen.
Ofschoon het nog niet zover is,
dat het gebouw door de aannemer
al kan worden opgeleverd beslui
ten wij met de hoop uit te spreken,
dat het gebouw en de installatie
in alle opzichten aan de verwach
tingen zullen beantwoorden.
Ir. W. J. EMMENS