Moederdag in kattenland 12 Prulletje een rood poesje en Polletje een zwarte zaten bedroefd samen in hun huisje. Ze hadden het meestal druk maar waren nu juist klaar met werken. Wanneer ze uit school kwamen stoften ze de kamers, haalden boodschappen, wasten af en deden allerlei karweitjes. Ze had den zelfs geen tijd om na school tijd te spelen. Hun moeder Maus- sie was al een tijdje dood. Ze was verdronken in de regenton, toen ze dacht dat de ton leeg was. Hun vader Liksnor zei dikwijls: .Spelen jullie maar gerust buiten; ik doe de boel wel als ik van mijn werk kom." Maar Polletje en Prulletje waren dappere katten. Ze zorgden dat alles gebeurd was, wanneer vader thuis kwam. Nu spraken ze samen over moe derdag. Het is haast Moederdag." Daarmee was Pol het gesprek be gonnen. Ze hadden het over hun vriendje Witje, die voor zijn moe der een broodmandje gevlochten had. ,,Het is jammer, dat onze moeder er niet meer is, hè Prul?" zei Pol. ,,Wat zou het fijn hier zijn geweest als wij nog een moeder hadden. Ik had het mooiste voor haar gemaakt, dat er bestond." Zo zaten ze bij elkaar en bemerk ten niet dat vader thuis was geko men. „Ha, luitjes", riep hij, „wat kijken jullie sip!" „Ja, Paps", zei Prul „we hebben het over Moe derdag en dat wij van het jaar daar weer niet aan mee kunnen doen," „Kom", sprak vader Lik snor, „niet zo treurig, laten we eerst een stukje eten, dan wil ik met jullie na het eten iets be spreken." Ze aten vlug door en na de afwas zaten ze gezellig bij elkaar. „Prulletje en Polletje", begon vader, „zo even hadden jullie het over Moederdag en daar wilde ik het nu over hebben. Het is niet goed dat jullie zonder moeder op groeien. Uit school moeten jullie kunnen spelen en niet hoeven te werken. Er moet hier iemand in huis zijn, die goed voor jullie zorgt en bovendien héél lief is. Dat kunnen alleen maar moeders. Jul lie kennen tante Sophie. Ze is heel lief voor al de poezenkinderen uit de buurt. Tante Sophie is onge trouwd en nu wilden wij samen trouwen. Alleen willen wij nog van jullie weten of je haar als moeder wilt hebben." Prul keek naar Po! en lachte. Tante Sophie als moeder was wel heel fijn. Ze was altijd zo lief voor hen. Doch vader Liksnor was heel ver standig. Hij sprak: „Ik geef een week bedenktijd en dan hoor ik, ja of neen". Aan de snuitjes had hij wel gezien dat het ja zou wor den. Ze speelden nog een spelle tje en toen moest het tweetal naar bed. Denken jullie nu maar niet, dat het tweetal ging slapen. In hun mandjes babbelden ze over tante Sophie. Totdat Prulletje riep: „Pol, ik weet iets. We schrijven een brief naar tante Sophie en vragen of ze onze moeder wil worden." Ze pakten een velletje postpapier uit hun doosje en schreven: „Lieve Tante Sophie, Van Papa hoorden wij, dat u met hem wilt trouwen. Wij vin den het fijn een nieuwe mama te krijgen. Wij hopen dat u nog voor Moederdag komt. Een pootje van: Prulletje en Polletje." De boefjes slopen zelfs nog naar buiten om hun briefje te posten. Doch nog geen drie passen voor hen liep vader met tante Sophie. Ze hadden nergens erg in. Prulle tje kwam op een stout idee. „Hé, Pol, fluisterde hij: „We binden de staarten aan elkaar vast, dat mer ken ze toch niet. Zachtjes slopen ze naderbij. Prulletje, die altijd touwtjes bij zich heeft, zou het proberen. Toevallig boften zij doordat Tante Sophie en Vader Liksnor elkaar een likje gaven. Prul liet zich op zijn buikje vallen en handig knoopte hij met een touwtje de staarten stevig vast. Snel verdween hij met Pol en en postte de brief. Terwijl het briefje in de bus gleed, wilden Tante Sophie en vader Liksnor uit elkaar gaan. Tante Sophie moest rechts en vader Liksnor links af. Tot haar grote verwondering zag ze dat haar staartje aan Liksnors staart gebon den zat. „Hè, wat gemeen, Lik snor", mauwde ze. „Ik heb haast en jij hebt me vastgebonden". „Niet waar," mauwde Liksnor te rug, „dat heb jij gedaan!" „Je wilde natuurlijk niet dat ik al naar huis ging," mauwde Tante Sophie te rug. Ze rukten, trokken, deden hun staartjes pijn en eindelijk schoot het touw los. Woedend gingen ze uit elkaar. Bedroefd kwam Liksnor thuis. Prulletje en Polletje sliepen. Hij aaide ze over hun kopjes en ging ook naar zijn mandje. De volgen de dagen heerste er grote span ning in hun huisje. Voor vader of tante Sophie zou komen en voor Prul en Pol of er nog geen brief terug kwam. Op zekere avond besloten ze toch maar te vragen of ze nog een nieuwe moeder kregen. Pa vertelde van deugnie ten, die hun staarten aan elkaar gebonden hadden en dat tante Sophie woedend was weggelopen en dat hij de schuld gekregen had. Gelukkig wist hij niet dat zijn kin deren het gedaan hadden, anders had er wel iets voor hen ge zwaaid. Prul en Pol hielden zich wijselijk heel stil. De volgende morgen stapten ze niet naar school, maar gingen

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1958 | | pagina 14