het leven indebronwirij
WONINGNOOD
8
We beginnen met een verheugend bericht: Het personeel
van ons filiaal in Den Haag heeft op 20 november een
klaverjasclub opgericht met een ledental van 14. Een machtig
aantal, wanneer wij de personeelssterkte ter plaatse in aan
merking nemen. De heren lieten ons weten, dat ze deze
winter braaf zullen oefenen en ze stellen zich voor over
een jaar in het strijdperk te treden met hun Amsterdamse
en Rotterdamse collega's. We zijn benieuwd.
In één onzer vorige nummers hebt u onder: „In onze dienst
traden" Amsterdam kunnen lezen. G. C. Fischer, sociale
afdeling. Wij worden er thans op attent gemaakt, dat de
desbetreffende opgave niet juist was; de heer Fischer is
personeelsselecteur, waarvan wij hier gaarne akte geven.
In ons novembernummer heeft het drukfoutenduiveltje en
ook nog een ander duiveltje ons parten gespeeld. De naam
van de heer Haythornthwaite (pas op zetter, een moeilijke
lettercombinatie voor Nederlandse ogen) werd nl. althans
in deze rubriek in tweeën gehakt en bovendien suggereer
den we, dat deze medewerker een Schot was, hetgeen helemaal
niet waar is. Al studeerde bij in Edinburgh, hij is Engelsman.
Wie de nuances kent in Groot-Brittannië, weet hoezeer wij
hier faalden. Onze excuses aan de heer Haythornthwaite en
zijn jonge vrouw, die er zeker hun wittebroodsweken niet
door zullen hebben laten vergallen.
T. Lussenburg, gepensioneerd Rotterdams fabrieksemplové,
was op 8 januari 55 jaar getrouwd met mej. Snoev. Wanneer
men de pittige figuur van de heer Lussenburg ziet, kan men
hem benijden om zijn vitaliteit op zo hoge leeftijd. We
wensen het echtpaar Lussenburg—Snoey van harte nog vele
mooie jaren en rekenen op een mooie foto voor Vers van 't Vat
bij de diamanten bruiloft.
Onze gelukwensen aan de heer P. Tuytel (Boekhouding
Rotterdam), die slaagde voor zijn Praktijkdiploma boekhouden.
Van Piet van de Velde, de oudere Amsterdammers kennen
hem nog opperbest, kreeg de redactie een hartelijke kerst- en
nieuwjaarsgroet. Hij leest ons blad nog steeds met veel
belangstelling. Wij op onze beurt wensen de heer Van de
Velde, onder dankzegging voor zijn goede wensen, een voor
spoedig 1957.
De heer j. van Elderen, afd. Boekhouding Rotterdam felici
teren wij met zijn succesvol afgelegde examen voor S.P.D. 2.
De naam Van Wattum is een zeer bekende in onze Rotter
damse brouwerij en de ontsteltenis bij het vernemen van bet
ernstig verkeersongeluk aan mevrouw Van Wattum—Capello
overkomen was dan ook algemeen. Gelukkig is zij opgewekt
ondanks de moeilijke omstandigheden. Wij wensen haar van
ganser harte sterkte. En aan Gock van Wattum onze hartelijke
gelukwensen ter gelegenheid van haar huwelijk met de heer
Kees Stroom. Een goede vaart in de huwelijksboot, lieve
mensen.
Uit Amsterdam vernamen wij, dat mejuffrouw j. Tentij van
de exportafdeling 1 december in het huwelijk is getreden
met de heer J. Opzitter. Hartelijk gefeliciteerd.
Eveneens uit Amsterdam bereiken ons nog de volgende
huwelijksaankondigingen: L. Keesman (chauffeur) met Louise
Ruvterman; J. A. van Erkel (chauffeur) met Ingeborg Lodewijk
en M. W. Kouw (bottelarij) met Elisabeth Jozefina Groen,
die resp. op 21 november, 1 december en 19 december in het
huwelijksbootje stapten; ook aan deze drie paren onze zeer
hartelijke gelukwensen.
Huwelijken in overvloed te Rotterdam. J. P. Kruf uit de
bottelarij huwde op 20 november mejuffrouw M. C. Mouwen
en P. P. Voogd (ketelhuis) volgde 14 december zijn voorbeeld;
de gelukkige bruid was mejuffrouw II. J. M. Geneste. En
28 december was het feest ten huize van de heer J. Faken
(gistkelder) en mejuffrouw H. van Gijssel, omdat zij in de
huwelijksboot stapten. Alle drie jonge paren onze welgemeende
felicitaties.
De heer J. Sparreboom van onze afd. expeditie te Rotterdam
verloofde zich eerste kerstdag met mejuffrouw C. Priem. Ook
aan deze beiden onze hartelijke gelukwensen.
Een gouden bruiloft komt niet alle dagen voor, maar de
Heineken's lucht schijnt gezond te zijn, want zo héél zeldzaam
is zulk een feest bij personeelsleden van onze brouwerij nu
toch ook weer niet. Wij kunnen thans feliciteren het gouden
bruidspaar J. Ph. Sutter—Gloudie (bekende namen in onze
Rotterdamse brouwerij), dat op 12 december 1906 de eerste
gezamenlijke stappen op de huwelijksweg zette. Wij wensen
deze gepensioneerde met zijn vrouw nog vele gelukkige jaren.
In onze tijd van woningnood worden over woningbouw in
vergaderingen en courantenberichten weinig optimistische
klanken geuit. Als in het tegenwoordige tempo wordt gebouwd
is nog in geen jaren het eind van de woningnood in zicht.
Zelfs als iedereen een woning heeft is de nood nog niet op
geheven. Dat zal pas het geval zijn, wanneer ieder een huis
heeft, waarin hij zich werkelijk thuisvoelt en niet, zolang men
noodgedwongen elke woning, die men kan veroveren, met
graagte aanpakt.
De richtlijnen die het betrekken van een woning mogelijk
maken zijn in de grote steden bijzonder stringent. De Dienst
van Volkshuisvesting te Rotterdam beschikt bijvoorbeeld over
acht van iedere tien huizen van elke eigenaar welke vrijkomen
voor zg. noodgevallen. Een eigenaar kan dus eventueel twee
van zijn tien woningen verhuren aan gezinnen, die in het bezit
zijn van een normale, dus niet urgente huurmachtiging, mits
de gezinssamenstelling in overeenstemming is met de grootte
van de woning.
Indien men zich realiseert wat het bovenstaande betekent,
dan is het vanzelfsprekend dat de H.B.M. het eigen woning-
bezit, dat helaas niet groot is, moet uitbuiten. Soms is het
mogelijk personeelsleden, in het bezit van een urgentiever
klaring, te helpen met een woning van het contingent dat
volkshuisvesting anders opeist.
Toch is het gevaar niet denkbeeldig, dat door onvoldoende
bekendheid met de slechte huisvesting van personeelsleden
een woning door de Volkshuisvesting wordt gecharterd die
aan een gegadigde van de brouwerij toegewezen had kunnen
worden.
Het is daarom, dat de Directie een woningcommissie heeft
benoemd, die speciaal belast is met het coördineren en zo
rechtvaardig mogelijk verdelen van eventueel vrijkomende
woningen.
In deze commissie hebben zitting de heren De Rijke en
Nuboer en de dames Stroeker en Looman. Het is daarom
van het grootste belang uw huisvestingsproblemen op te geven
aan de Sociale afdelingen te Amsterdam en Rotterdam, die
belast zijn met de praktische uitvoering. Mocht door over
plaatsing of verhuizing een woning beschikbaar komen, geeft
u dit dan tijdig door, alvorens de huur op te zeggen of te
verhuizen, opdat zo mogelijk opnieuw een personeelslid ge
holpen kan worden.
De Woningcommissie
