T
de basis alleen maar aan de
Amerikanen verpacht en met
de interne gang van zaken op
het schiereiland Keflavik heb
ben zij weinig of niets te ma
ken. Toch maakt men zich
zorgen. De „afvoer" van het
contingent vrouwelijk IJslands
personeel op Keflavik geschiedt
namelijk vrijwel steeds in al
dan niet met sterren en strepen
versierde Amerikaanse huwe
lijksbootjes en de animo onder
de jonge dames in IJsland om
de opengevallen plaatsen in te
nemen is bijzonder groot. Wan
neer u nu de schaarse bevolking
van het land in aanmerking
neemt u behoeft nog niet
eens van de legendarische
schoonheid van de Ifslandse
meisjes gehoord te hebben
dan zult 11 zich realiseren dat
dit „wegzuigen" van de vrou
welijke bevolking, althans in de
ogen van de mannelijke IJslan-
ders, de vormen van een natio
nale ramp gaat aannemen. Wij
kunnen hierom lachen, maar
het is een probleem, dat meer
malen in het IJslandse parlement een punt van discussie heeft
gevormd en waarop tot heden, zo vertelde ons Pall Melsted,
nog geen oplossing is gevonden.
Het IJslandse parlement mag dan soms punten behandelen,
welke in onze ogen niet bepaald van wereldschokkende be
tekenis zijn, de IJslanders zijn er bijzonder trots op en zij
steken dat niet onder stoelen of banken. Volgens de IJslandse
geschiedenisboekjes mag dit parlement het oudste ter wereld
genoemd worden. Reeds meer dan 1000 jaar geleden kwamen
de woeste, gebaarde Vikingen, die destijds IJsland koloniseer
den, één- of tweemaal per jaar te zamen op een rotsachtig
plateau, dat iedere bezoeker aan IJsland gezien moet hebben
en waar deze oer-IJslanders de staatszaken bespraken en hun
misdadigers berechtten. Ter dood veroordeelde mannen wer
den staande op een rotspunt onthoofd en de vrouwen, met
stenen om de hals gebonden, verdronken in een wijde, natuur
lijke put, waarvan men de diepte nog nimmer heeft kunnen
peilen. Voorwaar, een luguber geheel.
Vlak bij de plaats van dit „eerste parlement" vindt men één
van de vele IJslandse „geisers", de fenomenen, die ieder zich
zal herinneren uit zijn schoolboekjes en die, evenals de lava
rotsen, een gevolg zijn van de vulkanische bodemgesteldheid
in dit gedeelte van de Atlantische Oceaan. Wanneer een
geiser niet werkt, d.w.z. wanneer er geen kokend zwavelwater
uit opspuit, ziet men niets dan een simpel gaatje in de grond.
Geen van de geisers werkt continu. Er zijn er die eens per
week spuiten; er zijn er echter ook die dat eens in de drie uur
doen. De tussenpozen mogen dan langer of korter zijn, alle
geisers werken echter met de regelmaat van een klok en de
IJslanders kunnen aan de hoogte van het opborrelend water
in het gat zien hoelang het nog zal duren vóórdat het vul
kanische verschijnsel weer waarneembaar is. De geiser, die
wij tijdens ons korte bezoek enige tijd geleden op IJsland
in werking zagen, spoot eenmaal in de ca. twintig uur. Het
oververhitte water, eigenlijk een mengsel van water, stoom en
zwavel bereikte na ongeveer een halve minuut een hoogte van
circa drie meter. Zo bleef het enige tijd spuiten totdat de
straal weer in kracht afnam en langzaam daalde tot in het
geiser-gat. Het gehele schouwspel nam niet meer dan drie
minuten in beslag, doch het was bijzonder interessant. IJsland
benut deze merkwaardige, door de natuur geschonken bron
van energie ten volle en de hoofdstad Reykjavik, waar ongeveer
De grillige kust bij Dyrhólacy ten oosten van de luchtbasis Keflavik.
een derde van de bevolking, dus ca. 50.000 mensen woont, is
geheel centraal verwarmd door middel van geiserwater. Ook de
kleine fabriekjes, welke men hier en daar aantreft en de elek
trische centrales werken op geiserwater. Behalve dat dit na
tuurlijk een bijzonder goedkope vorm van energie is, brengt
het nog een ander voordeel met zich mee, namelijk dat steen
kool en olie bijna nergens op het eiland gestookt worden, met
als gevolg een heldere, pure atmosfeer, die doet denken aan
Davos. Er komen op het eiland dan ook nagenoeg geen t.b. of
andere longziekten voor.
1 ot slot nog een enkele bijzonderheid over de taal van
het in 1944 onafhankelijk geworden IJsland (vóórdien had het
een Personele Unie met Denemarken). Het isolement van IJs
land is door de eeuwen heen zó sterk geweest, dat de taal, die
men er momenteel spreekt, nog maar weinig verschilt van die,
welke de oude Vikingen spraken. De taal dus die de oorsprong
vormde van de moderne Scandinavische talen, zoals Noors,
Zweeds en Deens. Ook zijn vele zeden en gewoonten, met
uitzondering uiteraard van bv. de wijze van terechtstellen van
misdadigers, nog uit de oude tijden gehandhaafd gebleven.
Zo komt het voeren van een familienaam op IJsland bij voor
beeld nog niet voor; men heet naar de vader of de moeder,
dus (zoals de tegenwoordige president) Einar Einarson, of
Ingrid Gudrunsdotter en de IJslandse meisjes behouden hun
eigen naam ook als zij in het huwelijk treden. De moeilijk
heden, welke hierdoor ontstonden toen de IJslandse zaken
lieden meer internationaal georiënteerd raakten en hun vrou
wen meenamen op zakenreizen naar Europa en Amerika,
waren legio. En enigszins penibel vooral wanneer zij dan met
hun wettige echtgenoten in keurige hotels gingen logeren.
U zult zich dat kunnen voorstellen.
Enige tijd geleden is dit punt dan ook in het parlement ter
sprake gebracht en men heeft toen besloten bij het huwelijk in
het paspoort van de vrouw een aantekening te maken dat zij
met „haar Einar" of „haar Pall" wettig gehuwd is. Een oplos
sing van de problemen heeft dit echter voor reizigers niet zo
zeer gebracht. De aantekening is namelijk gesteld in het I fs-
lands, een taal die buiten IJsland maar zeer zelden begrepen
wordt
CORNELIS
1 1