5
1er gelegenheid van de benoeming met ingang van
-*■ 1 Januari j.l. van de heren De Rijke en Gombert tot
onder-directeuren van onze maatschappij, vond in de
raadskelder van de Rotterdamse brouwerij op 3 Januari
een receptie plaats voor zakenrelaties en afgevaardigden
van het personeel zowel uit Rotterdam als uit Amsterdam.
Hierboven ziet U afgebeeld het moment van deze bijzon
der genoeglijke receptie waarop ir. Entmens, onze afge
treden directeur, de beide heren, die hem opvolgen in zijn
taak, gelukwenst; hij drukt op de foto de hand van de
heer I)e Rijke.
Over de nieuw benoemde onder-directeuren kunnen wij
vermelden, dat de heer J. E. de Rijke op 1 April 1931
in dienst van Heineken kwam als assistent van de heer
Emntens. In 1936 werd hij uitgezonden naar Singapore
om de daar aanwezige bedrijfsleider gedurende zijn verlof
te vervangen. Toen deze betrekkelijk kort daarna wenste
te repatriëren, werd de heer De Rijke in Mei 1937 aan
gesteld als technical manager.
Bij het uitbreken van de oorlog werd de andere (door de
Duitsers gebouwde) brouwerij in Singapore door het
Gouvernement in beslag genomen en later aan onze com
binatie verkocht. Ook hierover kreeg de heer De Rijke
de technische leiding.
Bij de inval van de Japanners is hij uitgeweken naar
Java, waar hij nog enige tijd op onze brouwerij te Soera-
ba ja heeft gewerkt, totdat hij in een Japans gevangenkamp
werd geïnterneerd, waar hij de rest van de oorlog door
gebracht heeft.
Na de oorlog is hij teruggegaan naar Singapore als alge
meen technisch leider van de M.B.L. en de A.B.C. Onder
zijn leiding hebben deze twee brouwerijen een enorme
uitbreiding ondergaan en wel zo, dat zij samen dezelfde
capaciteit kregen als ons Rotterdamse bedrijf.
In de loop van 1955 werd de heer De Rijke teruggeroepen
naar Rotterdam om in dit technische hart van onze on
derneming het oppertoezicht over de buitenlandse bedrij
ven, die hij voor het grootste gedeelte door eigen aan
schouwing kent, op zich te nemen.
Drs. Gombert, die onze Hollandse employé's van meer
nabij bekend is, begon op de Rotterdamse brouwerij niet
als Heineken's man, maar als employé van het Naco-
brouw. Na enige jaren (op 1 Mei 1944) trad hij in onze
dienst als assistent-bedrijfsleider en in de zomer van 1945
zien wij hem naar Singapore vertrekken.
Doch reeds eind 1947 keerde hij terug naar Rotterdam
om ir. Söhngen, die inmiddels benoemd was tot hoofd
van het technisch secretariaat, op te volgen als bedrijfs
leider.
De heer Gombert heeft de moeilijke jaren van expansie
van ons productie-apparaat in Holland volledig meege
maakt, want in 1949 werd hij tevens bedrijfsleider van
ons Amsterdamse bedrijf, waardoor hij de verantwoording
voor de gehele Hollandse productie van Heineken kreeg.
Aan beide heren onze hartelijke gelukwensen!
