Het leven in de brouwerij
oude ^arde^y
r~
4
Zaterdag I 5 Januari had te Rotterdam een bijzondere
gebeurtenis plaats. Personeelsleden, die reeds eerder
hun zilveren jubileum herdachtendoch bij die gele
genheid geen legpenning van de Maatschappij voor
Nijverheid en Handel hadden ontvangen, eenvoudig
omdat de rnetaalschaarste dit belette, waren bijeen
geroepen in de cursuszaal derde verdieping van het
gebouw, dat nog altijd het nieuwe kantoor heet of
schoon hel eveneens bijna aan z'n 25-jarig jubileum
toe is.
Het doel van de bijeenkomst was geheim gehouden
en de circa 90 veteranen uit alle geledingen van het
bedrijf, die zo uit hun werk waren gestapt, de man uit
de machinekamer nog met het poetskatoen in de
hand, de boekhouder met het potlood achter het oor.
keken een beetje nieuwsgierig naar het tafeltje waar
op een grote doos en waarachter de beide Rotter
damse directeuren.
Een voor één, in alfabetische volgorde, werden de
namen afgeroepen en nam men uit handen van de
directie de gouden ster, de orde van 25 jaren trouwe
dienst, in ontvangst. Geslachtsnamen als Grund, Sut
ter, van Beuzekom, Meertens, Wuisman, Lussenburg,
Hirt Kriesch hebben een bijzonder vertrouwde klank
op de brouwerij. Ze komen tot in de oudste perso
neelsregisters voor en ontbraken ook nu niet.
Een kostelijk moment zvas het afroepen bij de letters
E en F, terstond na elkaar, van de heren Emmens en
Feith, die lot hun eisten verbazins eveneens in de
o o
onderscheiding werden betrokkenniet honoris causa,
doch tengevolge van hun meer dan 25-jarig dienstver
band. Was er reeds geleidelijk een reünie-stemming
van oude dienstrnakkers ontstaan, toen ook de hoog
ste functionarissen het eremetaal droegen, was de bin
ding compleet.
En 's avonds in het Groothandelsgebouw liepen er
meer trotse veteranen met het eremetaal op de borst
rond dan ooit te voren op een personeelsfeest. Zij
hadden weliswaar niet het martiale uiterlijk van de
oude snorrebaarden die eens de kern van Napoleons
legers vormden, maar ze voelden zich evenzeer de
oude garcle, de keurtroep, die wel sterft maar zich niet
overgeeft.
Coby Westerhout van de exportafdeling
in Rotterdam verloofde zich 19 Februari
met de heer J. v. Rijn, met welk heuglijke
feit wij van harte gelukwensen.
Wanneer U dit blad ontvangt is mej. A. v.
Krimpen (cantine Rotterdam) waarschijn
lijk reeds in het huwelijk getreden met de
lieer Th. Ketting; hun huwelijk is n.l. op
2 Maart vastgesteld. Onze hartelijke felici
taties aan het jonge paar.
Op 12 Februari was het 121/2 jaar geleden
dat de heer D. H. v. d. Wetering (mouterij
Rotterdam) in het huwelijk trad met mej.
J. C. Scheepbouwer. Ook dit koperen
bruidspaar onze hartelijke gelukwensen.
26 Januari waren de heer en mevrouw
Pop—Bonnier 45 jaar gehuwd. De heer
Pop is een gepensionneerde kuiper uit
Rotterdam en wij wensen hem zowel als
zijn vrouw van harte geluk met dit feeste
lijk gebeuren. Moge de heer Pop nog vele
jaren samen met zijn vrouw van zijn wel
verdiende rust genieten.
Aan de heer E. Bremer van de afdeling
tapkelder te Rotterdam werd een belo
ning van 15,— toegekend voor een door
hem uitgedachte verbeterde werkmethode.
waardoor de ijzeren fusten tegen bescha
diging beschermd worden.
I11 Rotterdam is het de laatste maanden
wel haast „vast pandoer" dat wij ettelijke
berichten hebben over personeelsleden die
in het huwelijk treden.
Wij noemden reeds mej. v. Krimpen, doch
kunnen hier tot ons genoegen nog een hele
reeks aan toevoegen. De dag voor Kerst
mis trad de heer A. J. H. Meyers van de
bazencursus in liet huwelijk met mej. Y. M.
Broeien; hartelijke gelukwensen.
In Januari vallen er zelfs drie bruidsparen
te signaleren; op de 12e was het de heer
1). E. Fronczek van de mouterij met mej.
C. Vroegop en op 31 Januari de heer C.
Boerewinkel van onderhoud II met mej.
C. J. E. de Melker, die in het huwelijk
traden. Voorts kunnen wij nog melding
maken van het huwelijk van de heer K.
Marée van de afdeling inkoop met mej.
T. Nipius op 20 Januari (bij welk huwelijk
niet minder dan 5 verschillende plaatsen
in Nederland te pas kwamen!). Aan al
deze jonggehuwden onze bijzonder harte
lijke gelukwensen.
I11 Februari waren mej. J. A. v. 't Hoofd
van het laboratorium en de heer F. J. v.
Muiden „het bruidspaar van de maand"
en ook naar deze jonge lieden gaan onze
beste wensen voor een mooie toekomst.
Even voor het ter perse gaan van ons blad
ontvingen wij van de afdeling personeels
zaken nog een mededeling over twee hu
welijken, zodat er „drie bruidsparen van
de maand" zijn in Rotterdam. Op 16
Februari trouwde de heer B. Been van
onderhoud I met mej. A. S. Hekking en
deze datum was eveneens de trouwdag van
de heer P. P. v. Helden van de pekkerij en
mej. M. v. Lint. Hartelijk gefeliciteerd.
Vrijdagochtend 11 Maart werd bij snij
dende oostenwind en zes graden vorst op
het platje boven het z.g. nieuwe ketelhuis
in Rotterdam een nestje met 2 duiven-
eitjes aangetroffen. Dus tóch lente!
Mej. Visser, tot 1 Februari werkzaam op
het secretariaat van ons Amsterdamse kan
toor, is teruggekeerd tot haar oude liefde
en is nu werkzaam als analyste op ons labo
ratorium te Amsterdam.
Ook in Amsterdam vinden wij nog enkele
jonggehuwden. Op 30 December traden
J. J. Pesman (olieman) en mej. Gertrud
ten Cate in het huwelijk en op 4 Februari
van dit jaar volgden J. S. H. Beek (van de
boenplaats) en mej. Henriëtte van Kerk
wijk dit goede voorbeeld. Met onze op
rechte gelukwensen aan de heer en me
vrouw Pesman en de heer en mevrouw
Beek besluiten wij deze rubriek.
