Wie verre reizen doet kan veel verhalen II 9 Graag wil ik op verzoek van de redac tie nog een klein verhaaltje proberen te schrijven over m'n belevenissen in Azië, maar waar moet ik beginnen? Nicosia op Cyprus was interessant, maar Tokio ook, over Jerusalem is heel wat te vertellen, maar Delhi is stellig ook de moeite waard. Laat ik U vóór alles mogen zeggen, hoe ontstellend het is de „displaced persons" (réfugié's, vluchtelingen of hoe U ze wilt noemen) te zien in achtereenvolgens Jor danië, Pakistan, India en Hongkong. Wij hebben er allemaal over gelezen, maar als je zelfs maar oppervlakkig iets ziet van al het leed in de kampen in al die landen, waar duizenden en duizenden mensen wonen, die geen hoop meer heb ben, dan besef je pas goed hoe schrijnend de nood is. Nadat ik enigermate bekomen was van de schrik, dat ik in Athene 6000 drachmen moest betalen (circa 70 cent) voor een kop koffie en een derde millioen voor mijn hotelreke ning, heb ik genoten van een rustig week-end bij mooi weer in een goed hotel op Cyprus. Maar zulk een reisgenot is nooit bestendig; kort na m'n vertrek uit Cyprus moest ik van Damas cus naar Amman in Jordanië. Geen ander vervoermiddel dan een rammelende taxi; ik zou om 12 uur vertrekken, maar het werd kwart over een. Ik zou voor 2 plaatsen naast de chauffeur betalen (om niet urenlang naast meer of minder vieze medepassagiers te zitten)maar dat ging niet door, en ik kwam terecht naast twee heel oude, niet al te zindelijke Arabier tjes. Ze waren wel vriendelijk want her haaldelijk probeerden ze mij van hun eigenhandig geschilde sinaasappelen te laten meesmuien, waarvoor ik vanwege hun ongewassen handen met allerlei vriendelijke buigingen in mijn stem bleef bedanken. Toen we 10 minuten hadden gereden bleek de benzine op te zijn. Wij tanken en weer verder. Na weer tien mi nuten brak er een veer. Wij naar een smid. Veren smeden en 3 kwartier opont houd. Toen weer naast de Arabieren en beleefd stukken sinaasappel weigeren. Na een half uur stoppen want we hoorden onheilspellende geluiden in de bagage ruimte. De chauffeur bleef zo lang weg, dat ik ook maar eens ging kijken. En daar lag het mooiste weekend koffertje, dat ik ooit van mijn vrouw heb mogen lenen in gezelschap van een paar rollen behangselpapier in een plas stroop. M'n Arabieren hadden nl. een groot blik stroop meegenomen, maar niet al te de gelijk gesloten. Een van de nuttigste din gen om op reis bij je te hebben in nog niet volkomen geciviliseerde landen is een krant. Het „weekendje" daarmee zo goed mogelijk gereinigd en de Arabieren met hun blik aan het wandelen om de stroop ergens anders in te gieten. Na een uur was dat gelukt en wij trokken verder, na dat ik vruchteloos geprobeerd had met een betere auto en ander gezelschap te liften. Het blik stroop werd nu op het dak van de auto gebonden. Na een kwar tier begon er iets bruins door de open ramen van ons rammelend vehikel te regenen op de al niet meer smetteloze boernoezen van de Arabieren; het deksel van ons nieuwe stroopblik sloot nl. nóg Making joke with the restaurant „King" niet helemaal. Met oosters fatalisme trokken we er ons ditmaal niets van aan. Wij sloten de ramen en lieten de ruiten rustig bruin regenen. Dik onder de stroop bereikten we de Syrische grens en gedurende het oponthoud bij de douane gingen we de bruine viezigheid weer overgieten, ditmaal in een gebruikt ben- zineblikü! Vervolgens hadden we nog een passencontröle waar een Jordaanse ambtenaar het presteerde de pas van een van mijn medereizigers onvindbaar zoek te maken. Dat kostte slechts 11/2 uur op onthoud en bij die gelegenheid heb ik mijn beide Arabische „vrienden van de stroop" gefilmd en ik hoop U nog eens te kunnen laten zien hoe vies ze wel waren. Een andere niet bepaald luxe trip was die van Mormugao naar Bombay; duur: 20 uur in een trein, waarin voor ..Sliri" Weymarshausen een compartiment was gereserveerd, waar je echter niet kunt slapen. De ramen van deze treinen zijn voorzien van ruiten, metalen schermen, teakhouten luiken en 3 dikke ijzeren sta ven de deuren moeten de reizigers 's nachts aan de binnenkant grendelen want anders wordt het voor daar rond zwervende rovers te moeilijk om zich te beheersen. Geen enkel station op de hele route heeft electriciteit of waterlei ding. Toen ik ergens vroeg waar ik mijn handen kon wassen omdat ze zwart wa ren, liet de „stationmaster" een jongen met een glas putwater komen, waarop mij beduid werd, dat hij het op het perron ging leeggieten en als ik vlug was, kon ik mijn handen er onder afspoelen. Voor deze tocht begon had ik 2 dagen gelogeerd in het „New Palace" hotel, evenmin zonder waterleiding, maar in plaats daarvan was er een zeer bijzon dere attractie. Je eet er nl. op een soort waranda, die vrijwel grenst aan het sta tion en de aanlegplaats der zeeschepen; het gevolg is dat de maaltijden vaak geserveerd worden met scheeps- en locomotievensmook. Wat was ik blij om na deze er varing ongeschoren en wel terug te keren in het in heel India gerenommeerde Taj Ma- hal hotel in Bombay. Nooit van z'n leven heeft „Weymar Hoessein" (zoals een Arabier mij hardnekkig noemde) zo innig genoten van een bad. Maar denkt nu niet, dat deze tocht door Azië alleen maar be helpen was; integendeel, de reis was bijzonder interessant, vaak mooi en in elk geval was het zeer verheugend overal te horen, dat het Heineken's bier ook in deze streken zo'n uit muntende reputatie geniet. En wat ook opvalt is, dat de verstandhouding met onze buitenlandse agenten zo allerplezie rigst is. Er wordt in het commerciële leven meestal zo vlot van vriendschap ge sproken, maar waar het gaat om de rela ties van onze brouwerij, geloof ik te mogen stellen, dat er inderdaad iets meer is, dan verdunde „commerciële" vriend schap. Op de hierbij gereproduceerde foto ziet U de restaurateur „King" (hij die z'n buik vasthoudt van het lachen), een van onze vrienden in het verre Oosten, samen met onze agenten, de heren H. W. Chan en L. Allaye Chan in Hongkong (links en rechts van de schrij ver) en zoals de stemming daar is zo is de stemming in het algemeen in de bui tenlandse Heineken's familie, ook in Azië. w.

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1954 | | pagina 9