J ^e bekende hoekkamer, uitkomend in de hal bij de portiersloge en uitzichL gevend op het drukke gedoe bij de poort aan de Crooswijksesingel, heeft geen bewoner meer. Dat te beseffen maakt ons triest. Want degenen, die al jarenlang in het kantoor van onze Rotterdamse brouwerij hun werk vinden en de zeer velen, die buiten dit kantoor gebouw in aanraking kwamen met ir. Van Goor werden door het bericht van zijn verscheiden diep getroffen; ongetwijfeld hadden talrijke perso neelsleden en gepensionneerden hem gaarne uitgeleide gedaan naar zijn laatste rustplaats. Ir. Van Goor had evenwel de wens te kennen gegeven op het vredige kerkhofje van zijn geboorteplaats Voorthuizen te worden begraven en zo bleef de Heineken's vertegenwoor diging beperkt tot enige tientallen van zijn naaste medewerkers. Onder hen bevonden zich de drie leden van de directie die binnenslands vertoefden en enkele vertegenwoordigers van onze brouwerijen in het buitenland. Aan het graf sprak de heer Lambert, schoonzoon van de heer Van Goor, een persoonlijk woord waarin hij on dermeer gewag maakte van de grote plaats die de brouwerij in dit welbe stede leven had ingenomen. Ir Emmens deed daarna uitkomen hoeveel onze maatschappij aan haar onder-directeur verschuldigd was, hij schilderde hoe ir Van Goor op schier elk gebied uitmuntte en desondanks de eenvoudige man bleef wie men zijn belangrijke positie niet onmiddellijk aanzag. Hij was niet iemand die zich op de voorgrond plaatste of de ge neugten des levens najoeg, maar zijn kracht lag in zijn werkkamer en zijn rapporten waren van zulk een gede genheid dat men er bij herhaling vele jaren later nog naar teruggreep. Diep onder de indruk van de sobere plechtigheid keerden de aanwezigen terug lot hun dagelijkse werkzaam heden, een vriend achterlatend in de liefelijke rust van het kleine dorps kerkhof. Ir. G. J. j. VAN GOOR f Op 18 April 1953 overleed na een ziekte van enkele maanden onze Onderdirecteur en Hoofd van de Machine- technische afdeling, Ir. G. J. J. van Goor. In hem verliest de brouwerij een persoonlijkheid, die voor de ontwik keling van ons concern van het allergrootste belang is geweest. Door zijn zeer scherp verstand, zijn grote werk kracht en werklust, genoot hij over de gehele wereld de reputatie van een autoriteit op het gebied van brouwerij- bouw en brouwerij-inrichting. Niettegenstaande dat is hij zijn gehele leven een eenvoudig man gebleven, die zich op zijn uitzonderlijke kwaliteiten nooit liet voorstaan. Hij was te allen tijde bereid om ieder, die hem een goed geformuleerde vraag stelde, te helpen en door al deze eigenschappen was hij bij het gehele personeel zeer gezien. Het zal vooral de ouderen onder ons moeilijk vallen zich het leven aan de brouwerij in te denken zonder de heer Van Goor, die reeds van voor de eerste wereld oorlog af aan onze maatschappij verbonden was. Hij heeft een leegte achtergelaten, die moeilijk gevuld zal kunnen worden. E.

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1953 | | pagina 3