r
Wat zegt U ervan?
V
Wij vroegen zeven „willekeurlingen" naar hun
mening over onze nieuwe reclameplaat. Zie him
oordeel:
De eerste was een man uit ons bedrijf, die al
zo'n dertig jaar meeloopt. „Nou meneer, eerlijk
gezegd, het lijkt naar niks. Mijn te modern.
Een gekke vent. En toch, als je lang kijkt zie
je dat gekke niet meer. Misschien moet ik aan
hem wennen."
Nummer twee was een man van de buiten
dienst. „Een beste plaat. Met de Doeve-kellner
de beste, die ik me heugen kan. Sommige van
mijn klanten hebben een beetje moeite met
hem. Ik niet. Ik geniet van die kerel. En dat
zullen m'n klanten ook over een maandje."
Nummer drie was een jeugdige typiste. Een ge
zellig meisje, dat geleerd heeft bier te waar
deren als iets goeds, al drinkt ze geen liter in
de week. „Lelijk is tie. Maar toch is tie leuk.
Die lollige ogen en die hartelijke mond. De
mensen gaan er vast bier van drinken."
Een administratie-man van bijna middelbare
leeftijd: „Ik acht deze reclame een mislukking.
De kinderen van mijn zuster gingen huilen,
toen ze deze figuur zagen en als ik nog een
kind zou zijn geweest had ik mee gedaan. Deze
reclame is een uiting van de decadentie onzer
eeuw. De kerel leidt me bovendien af van
andere dingen die m'n attentie vragen."
De vrouw van een gepensionneerde: „Ik moest
even schrikken toen ik hem zag. Maar 't is een
effectief mooie plaat. Echt iets van Heineken,
dat is altijd mooi."
Als zesde vroegen we een jeugdige kracht uit
de bottelarij: „Wat een rot-gooser. Ik lach me
ziek als ik naar hem kijk. Die vent die hem
gemaakt heeft is rijp voor Meerenberg. En hij
heeft er nog poen aan verdiend ook. Hoe be
staat het! Ik heb trek in een pilsie. Komt van
dat smoelwerk."
Tenslotte een reclame-man. Deze zevende en
laatste ondervraagde gaf een kort maar krach
tig oordeel: „Gedurfd, mijn compliment!" Waar
bij wij ons gaarne aansluiten.