Belangen Buitenland
De buitenlandse industriële belangen, waarin het concern participeert, zijn weer
gegeven op pagina 31In het algemeen kan worden gesteld dat de gang van zaken bij
deze vennootschappen in het afgelopen jaar gunstig is geweest.
Wederom moesten uitbreidingen ter hand worden genomen om aan de toegenomen
vraag te kunnen voldoen.
In Indonesië geeft de gunstiger economische toestand aanleiding tot goede ver
wachtingen omtrent de ontwikkeling van de biermarkt. Voorbereidingen zijn dan
ook getroffen tot verdere uitbouw van de capaciteit van de brouwerij te Surabaja.
Malayan Breweries Ltd. is ertoe overgegaan, in licentie geproduceerd Amstel Gold
als premium bier op de markt te brengen.
De beide brouwerijen in het Midden Oosten hebben ondanks de politieke verwikke
lingen hun rentabiliteit weten te handhaven.
De brouwerijen in West Afrika kampten in het algemeen met een capaciteitstekort,
zodat nog steeds niet volledig aan de vraag kan worden voldaan. Belangrijke uit
breidingen van de brouwerij te Lagos zijn in uitvoering.
Op 1 januari 1971 hebben wij onze deelneming in de Belgische groep Interbra S.A.,
houdster-maatschappij van 8 brouwerijen, 4 limonadefabrieken en een glasfabriek in
Centraal Afrika, omgezet in een aanzienlijk groter, rechtstreeks belang in deze be
drijven.
Ten behoeve van de gecoördineerde beleidsvoering van deze ondernemingen werd
Ibecor S.A. te Brussel opgericht.
De gang van zaken is in het algemeen voorspoedig.
De in aanbouw zijnde brouwerij in M'Bandaka zal naar verwachting in 1972 in be
drijf kunnen worden genomen.
Op Madagascar heeft Brasseries de Madagascar S.A. het locaal gebrouwen Amstel
bier geïntroduceerd.
Zoals uit het jaarverslag van Antilliaanse Brouwerij N.V. te Willemstad, Curagao
blijkt, vertoonde de ontwikkeling van de omzet in het verslagjaar stagnatie. Als
oorzaak daarvan moet een verhoging van de bierprijs worden aangemerkt, een gevolg
van de verdere verzwaring van de belasting op het locale bier.
Uit het jaarverslag van Surinaamse Brouwerij N.V. te Paramaribo, blijkt dat de renta
biliteit ten gevolge van een sterke kostenstijging belangrijk lager ligt dan in de voor
gaande jaren.
15
