VERSLAG VAN DE DIRECTIE AAN AANDEELHOUDERS
Wij hebben de eer U hierbij ingevolge de bepalingen onzer statuten ons verslag over het
boekjaar 1940/41 aan te bieden.
In den loop van dit boekjaar heeft Ir. J. Th. Berkemeier den wensch te kennen gegeven
als directeur af te treden met ingang van 1 October 1941. Op dezen datum was de heer Berkemeier
40 jaren werkzaam bij onze instelling, waarvan 27 jaren als directeur. Gedurende zijn arbeidzaam
leven heeft Ir. Berkemeier veel tot stand gebracht en in belangrijke mate is aan hem de groote
ontwikkeling van ons bedrijf te danken.
Uw vergadering van 21 Juli 1941 benoemde Ir. Berkemeier tot commissaris, terwijl in dezelfde
vergadering Jhr. P. R. Feith tot directeur werd benoemd; beide benoemingen vonden plaats met
ingang van 1 October 1941.
In de algemeene vergadering van 17 Maart 1941 werd Mr. A. W. Gerritzen, die aan de beurt
van aftreden was, tot commissaris herkozen.
Aan Ir. J. A. Emmens werd, mede in verband met zijn werkzaamheden in de afgeloopen jaren
voor de tot ons concern behoorende brouwerijen, de titel van algemeen brouwmeester verleend.
Na beëindiging van het boekjaar werd door U besloten tot herkapitalisatie over te gaan met
ingang van 30 September 1941 en we! met 250,per aandeel van 1000,Tengevolge hiervan
bedraagt het geplaatste kapitaal onzer vennootschap thans 15.000.000,
Het hiervoor benoodigde bedrag werd afgeboekt van de Reserve Diverse Belangen, welke
Reserve reeds door eenige bijboekingen was gestegen, doch hierdoor gedaald is tot 1.744.930,78.
Het aan belasting en andere kosten op deze herkapitalisatie verschuldigde bedrag is ten laste
van de Winst- en Verliesrekening over het afgeloopen boekjaar gereserveerd.
Mede in verband met deze herkapitalisatie werden eenige gewenschte statutenwijzigingen
aangebracht.
Hoewel zulks feitelijk niet meer behoort tot het verslag over het afgeloopen jaar, meenen
wij thans toch reeds te moeten vermelden, dat wij, gebruikmakende van de mogelijkheid, geopend
door het Liquidatiebesluit, in het nieuwe boekjaar enkele dochtermaatschappijen met onroerend
goed hebben geliquideerd.
In verband hiermede hebben wij op de hierbijgaande balans de betreffende bezittingen reeds
geboekt onder Huizen en Gronden.
Al onze huizen en gronden zijn op conservatieve wijze gewaardeerd; als maatstaf is genomen
de getaxeerde waarde bij onderhandschen verkoop, verminderd met sedert gedane afschrijvingen;
het meerendeel dezer taxaties dateert uit 1936 en 1937.
Mede doordat in het afgeloopen jaar tal van andere in het koffehuisbedrijf gebruikelijke
artikelen moeilijk te verkrijgen waren, is de vraag naar ons product toegenomen. Wij hebben
echter dikwijls zelf te kampen gehad met schaarschte aan grondstoffen en diverse hulpstoffen.
Hierdoor kon niet altijd aan de sterk gestegen vraag worden voldaan.
Dit verschijnsel is tevens aanleiding geweest, dat wij aan het einde van het boekjaar volgens
de aanwijzingen van het Centraal Brouwerij Kantoor, een verdere omzetbeperking hebben moeten
invoeren.
Wij hopen echter in het belang van onze afnemers thans een zekere stabiliteit in het omzet
niveau te hebben bereikt.
Te dezer zake werd ook in het afgeloopen jaar nuttig werk verricht door het Centraal Brouwerij
Kantoor, dat steeds meer een onmisbare instelling voor de brouwerijen onder de tegenwoordige
omstandigheden blijkt te zijn.