n,
•vingen in bedrijf
DE GOEDE GERST
De mouterij in Ruisbroek ligt aan het
zeekanaal dat Brussel met de Schelde ver
bindt. Dat is een uitgelezen plaats omdat
vrijwel alle gerst per schip wordt aange
voerd. Coasters tot een grootte van 3500
ton kunnen aan de kade van de mouterij af
meren en hun lading lossen. De voor het
bierbrouwen geschikte gerst wordt vooral
uit Frankrijk, Engeland, Schotland en De
nemarken geïmporteerd. Ook in Neder
land wordt goede brouwgerst verbouwd.
Vooral Zeeland en de Rijks IJsselmeer Pol
ders hebben op dat gebied een naam hoog
te houden.
De per schip aangeleverde gerst wordt eerst
opgeslagen in de gerstsilo en wordt na gerei
nigd te zijn, overgebracht naar enkele buf
fersilo's die zich in het moutsilocomplex be
vinden, naast de eigenlijke mouterij. De
heer Hendrikx over gerst: "De inkoop van
de gerst doet Heineken zelf. Het is daarbij
belangrijk dat er een goede relatie wordt
opgebouwd met een geschikte leverancier.
Bovendien is een rechtstreeks contact met
de landbouw noodzakelijk. Kwaliteit van
de grond, de bewerkingswijze van de
grond, de weersomstandigheden in een
jaar, het zijn alle belangrijke factoren voor
de uiteindelijke kwaliteit van de gerst."
Mouterij Albert produceert alleen mout
ten behoeve van pilsener bier van onze ei
gen merken. Andere bieren als bok en stout
vragen om een donkerder mout. Vanwege
de relatief kleine hoeveelheden die daarvan
nodig zijn, beperkt men zich in Ruisbroek
tot de grootschalige produktie van het pils-
mout. Overigens: Mouterij Albert behoort
tot de grootste mouterijen van Europa.
Wat er precies in de mouterij gebeurt, hoe
er van gerst mout wordt gemaakt kunt u le
zen en zien in onderstaand beeldverhaal.
De geweekte gerst wordt nu naar de kiem-
kasten getransporteerd. Reusachtige bak
ken, zestien meter lang en negen meter
breed, worden in drie uur tijds gevuld. De
aankomende mout brengt in deze bakken
de langste tijd door: zeven dagen. Voor een
goede kwaliteit mout is van belang dat de
geweekte gerst voldoende tijd krijgt om te
kiemen. In die fase worden de enzymen
gevormd en ook een deel van de zetmeel in
de gerstekorrel weer afgebroken. Na deze
zeven dagen heet de gerst: 'groenmout'
Na het kiemen gaat de groenmout naar de eest.
Daar vindt het eesten of drogen plaats. In Mouterij
Albert is in een cirkelvorm een eest gebouwd die uit
twee vloeren bestaat. Twee geperforeerde plateaus
zijn boven elkaar geplaatst, elk met een diameter
van 32 meter!, en gedurende twee maal 24 uur
wordt de groenmout geëest. Eerst op het bovenste
plateau, daarna op het onderste. Dat is voordelig
in energiegebruik: bij de verwarming van de
onderste vloer kan de bovenste portie meteen mee
profiteren. De foto toont de onderzijde van de
bovenste vloer.
De eerste stap. De gerst wordt ingeweekt in zoge
naamde weekkuipen. Tijdens dit deel van het
weekproces, dat 24 uur duurt, neemt het vochtge
halte van de gerst toe tot circa 38%. Die vochtop-
name is nodig om de gerst in de volgende fase te
laten ontkiemen.
Gerst is mout geworden. De gerst op het land, de korrel gerst, de gekiemde gerst (groenmout) en het uiteindelijke resultaat: de mout.