ONTWIKKELINGEN BIERMARKT PER SEGMENT
(bron: C.B.K., index 1975=100)
1975 1976 1977 1978 1979 1980 1981 1982
PILS
120 -
110 -
100
1975 1976 1977 1978 1979 1980 1981 1982
1975 1976 1977 1978 1979 1980 1981 1982
EXTRA ZWAAR BIER
120 -
110 -
1(H)
110 -,
LAGER BIER
100
90-
80 -
70-1
110 -i
IMPORT BIER
100
1975\1976 1977 1978 1979 1980 ,1981 1982
90 -
80 -
haald dan komen we op een consumptie
van rond de 85 liter per hoofd van de bevol
king. Dat duidt op een lichte daling of mini
maal een stabilisatie in vergelijking met de
laatste jaren. Ook voor de komende jaren
lijkt het waarschijnlijk dat deze stabiele/
licht dalende trend zich in de biermarkt
voortzet.
FLES EN TAPBIER
Uit grafiek 1. blijkt dat de verdeling tussen
flesbier plus blikbier en tapbier nagenoeg
constant blijft. Circa tweederde van al het
geconsumeerde bier bereikt de consument
in fles of blik.
SOORTEN BIER
Zoals gezegd: pils blijft het goed doen in
Nederland. Meer dan 99% van de totale
markt wordt in beslag genomen door bier
van het pilsener type. Het is daarom niet
verwonderlijk dat de ontwikkelingen in de
pilsafzet een identiek beeld vertonen als
die van de totale bierafzet.
EXTRA ZWAAR
Het extra zwaar bier segment, waarin bie
ren als Bo(c)k, Gold en Stout zijn onderge
bracht, vertoont als enige segment in 1982
geen teruggang ten opzichte van 1981. De
ontwikkeling van dit segment lijkt niet on
der invloed te staan van de bewegingen die
door de accijnsverhoging en de mooie zo
mer zijn ontstaan.
LAGER
Het lager segment (dat vrijwel geheel uit
Oud Bruin bestaat) geeft na een teruggang
in het eind van de zeventiger jaren, sinds
'79/80 een stabiel beeld te zien.
ONTWIKKELINGEN IN HET LE
VENSMIDDELENKANAAL
De groei van bier in het levenmiddelenka-
naal is in de laatste jaren sterker geweest
dan die van de totale markt. Dit wijst erop
dat een toenemend deel van de flesbieraf-
zet via het levenmiddelenkanaal wordt ver
kocht. Mede oorzaak hiervan is een afne
mende flesbierafzet in de horeca-markt.
Binnen het levenmiddelenkanaal is de laat
ste jaren de groei van het grootwinkelbe
drijf een dominerende factor geweest. Het
aandeel van het grootwinkelbedrijf in de
bierafzet bij de levensmiddelenhandel is
toegenomen van 30% in 1975, via 40% in
1980 tot 51% in 1982. In de eerste jaren
ging deze opkomst van het grootwinkelbe
drijf ten koste van de kleine en middelgrote
zelfstandigen, in de laatste 3 jaar staat ook
4