UIIUHI H Maar ook eeuwen geleden was er al een ruime behoefte vanwege de vele koop lieden en doorgaande reizigers, die Gorcum toen bezochten. In een tijd, dat lichtreclames nog ontbraken, tracht te men de dorstigen attent te maken op de aanwezigheid van een voor dat doel geschikt etablissement, door het uit hangen van een krans van wingerdbla den bij een wijnhuis. Ook kon men te recht in een pandje dat was getooid met twee pinten of twee vaatjes, samen met een bordje „vrij wijn", ten teken dat men te doen had met een zogenaamde vrije tapper, die het recht tot tappen had, omdat hij de accijns had voldaan. Bij de bierhuizen was een kan een geliefd uithangteken voor de bezoekers, maar ook voor de ontvanger van de accijnzen, die daardoor gemakkelijk kon zien bij wie hij de tappersaccijnzen kon incas seren. Vele herbergen waren in die tijd ge noemd naar wagens en ruiters. Bij iede re stadspoort was in die dagen wel een herberg te vinden. Zo bevond zich bij de Kanselpoort De Vergulde Hooiwagen (1637-1807), waar de paarden werden uitgespannen en gelaafd, terwijl ook de ruiter een frisse dronk niet aan zich voorbij liet gaan. Bij de Dalempoort kon men rusten in De Gecroonde Vrachtwagen (1685), maar om de dorst te lessen kon men ook terecht bij De Dorsten Ruyter (1611-1689). Maar ook werden bierhuizen en herbergen dik wijls genoemd naar landen en plaat sen, zoals Batavia (1701-1755), de her berg De Keulschen Dom (1596-1793) en De Prins van Luyk (1710-1808). Die ren-, vogel- en zelfs bijbelse namen ont braken evenmin. Zo kon men zijn dorst lessen in De Vergulde Beer, de uitspan ning De Ram op de hoek van (wat een prachtnaam!) de Pollepelsteeg, herberg De Zwaan, Het Paradijs of in Den Co- ninck Davidt. Dat vissennamen evenmin ontbraken is uiteraard niet zo verwonderlijk in een plaatsje, dat vroeger zo nauw verbon den was met de visserij. Op de Langen- dijk kon men voor drank en vertier terecht bij De Gulden Salm (1569-1675), terwijl ook een bezoek aan De Gulden Crab in 1598 de moeite waard bleek. Voor herbergen die logies verschaften was „de reysende man" een geliefde naam en in Gorcum was zo'n herberg van 1611 tot 1623 gevestigd in de ook nu nog bestaande Broerensteeg. Ondanks het feit dat het aantal inwoners vroeger aanzienlijk minder was dan tegenwoordig, waren er aanmerkelijk meer herbergen. In nagenoeg elke straat en elk steegje bevond zich een dranklokaliteit en men behoefde er nauwelijks een paar passen voor te lo pen. Maar ook aan brouwerijen was er geen gebrek. In het midden van de ze ventiende eeuw kende Gorcum er nog 24, waarvan er acht waren gevestigd op de Langendijk en het Eind, die dan ook de brouwerijstraat werden genoemd. Rond 1930 waren er nog slechts twee over, te weten de brouwerij Ravens- waay en de brouwerij Van Renesse. In 1933 sloot de brouwerij Van Renesse als laatste voorgoed haar deuren. Garnizoensplaats Gorcum telde in 1913 slechts 12.500 inwoners, maar er bleken in die tijd maar liefst 169 vergunningen in omloop te zijn, onderverdeeld in 67 vergunnin gen tot verkoop van sterke drank, 63 vergunningen tot verkoop van alcohol houdende drank (bier), 37 vergunnin gen voor verkoop van alcoholvrije drank, één bijzondere vergunning en één logementsvergunning. De veelal kleine bedrijfjes werden niet alleen bezocht door de mensen uit de eigen plaats en de streek, maar ook door de vele soldaten, want Gorcum was sinds het begin van de 19e eeuw ook garni zoensplaats geworden en in 1921 werd het ook nog eens marinestad, door de aanwezigheid van het opleidingsschip De Schorpioen, dat zijn anker had la ten vallen in de schippershaven aan „de Punt". Die ontwikkeling legde de plaat selijke horeca bepaald geen windeieren. De danspaleizen, voorzien van een orgel, floreerden. Maar veel militairen zochten ook de gezelligheid in de klei nere knijpjes, zoals dat van moeder Sien in de Kraansteeg. Nog zo'n ouder wets kroegje, met zand op de vloer, waar de gezelligheid altijd hoogtij vier de en waaraan de soldaten hun aan hankelijkheid betuigden door grote Een van de bekendste zaken in Gorcum is hotel-café-restaurant Kijkje in het café Tinus Valentijn op de Langendijk. 't Spinnewiel. De bar van Club 14+1 in de Gildenwijk, een van de laatste uitbrei dingen. Het carnaval in Gorcum is duidelijk in opkomst. 17

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Heineken - Tap en Schap | 1977 | | pagina 17