Parlant du vin (2) J. Zellenrath «ktygjrf Ün eerste „parlant" eindigde V^SrM met enkele produktiegegevens ljj; V over de w'inen uit de Elzas. In- i tussen ben ik daar weer eens geweest en heb dus een aanleiding om deze onfranse, Franse wijn, eens nader onder de loep te nemen. De Elzas is rijk aan bodemschatten en goede cultuurgronden, vandaar dat dit gebied na verschillende oorlogen nu eens Duits en dan weer Frans territoir was. Bij het verdrag van Verdun in 870 werd de Elzas aan koning Ludwig van Duitsland toegewezen. Lodewijk XIV bracht het gebied in 1648 onder de Franse kroon maar bij het verdrag van Frankfort in 1871 kwam het weer in Duitse handen en dit bleef tot het einde van de Eerste Wereldoorlog in 1918. In de Tweede Wereldoorlog, toen de Elzas van 1940 tot 1944 weer even „Reichs- gebiet" was, werden de jonge Elzassers gedwongen in het Duitse leger dienst te nemen Bij de bevrijding zijn hier hevige veldslagen geleverd. Deze zeer bewo gen geschiedenis heeft een duidelijk merkbare invloed op de wijnbouw en wijnhandel gehad. Dat begon al bij de Romeinen. Met uit zondering van het gebied dat wij nu de Provence noemen hebben zij de wijn bouw over West-Europa verbreid. Er wordt echter beweerd dat zij in de Elzas (zo genoemd naar de rivier de lil, zijrivier van de Rijn) reeds een wingerd aantrof fen die op een of andere manier uit Indië afkomstig moest zijn. Koning Ludwig (zie boven) was voor de wijn geheel op de Elzas aangewezen en hij heeft dan ook veel voor de wijnbouw gedaan. In 1300 werden reeds 172 dor pen genoemd die de beste wijnen voort brachten. In die tijd golden de Elzasser wijnen als de beste in Europa. Tot aan de Franse Revolutie waren de mooiste wijngaarden in het bezit van de kerk, verkregen door de noeste vlijt van de kloosterlingen en door de erflatingen. De verdeling tijdens de Revolutie van deze grote, goed beheerde bezittingen in kleine perceeltjes, was funest voor de kwaliteit van de wijn. De nieuwe eige naars dachten alleen maar aan kwanti teit voor dagelijkse consumptie en plantten dus rijkdragende druivestok- ken, die maar zelden edele vruchten voortbrengen. Nog erger werd het toen de Duitsers in 1871 het hier voor 't zeggen kregen In hun streven het gebied te verduitsen werd de aanduiding „Elzasser wijn" verboden. De hier geproduceerde wij nen mochten uitsluitend als versnijwij- nen worden gebruikt. Tokay d'Alsace, een druivesoort uit de Elzas die gebruikt wordt voor een witte wijn. Om kort te gaan: in 1918 was Elzasser wijn absoluut onbekend. Het is vooral aan de Confrérie Saint- Etienne te danken dat de wijnbouw en wijnhandel na eeuwen van onderdruk king, vooral na de Tweede Wereldoorlog krachtig in herstel zijn. Deze wijnbroe- Het huis Louis Sipp. waar juist een deel van de oogst binnenkomt. derschap bestond reeds in 1440 en heeft zich door een strenge discipline in de boven geciteerde moeilijke tijden weten te handhaven. De Confrérie heeft een beroemde Oenothèque (een plaats waar een verzameling, meestal oude, wijn bewaard wordt). Hier worden in twee af zonderlijke blindproeverijen de wijnen gekeurd die typerend voor hun soort zijn. Aan de uitverkoren wijnen wordt dan het zogenoemde sigille (zegel) toe gekend. Deze wijnen komen in de handel als „vins sigillés". Hiermee kom ik, na een voor een goed begrip noodzakelijk historisch overzicht, tot ons eigenlijke onderwerp de WIJN van de Elzas. Kort na 1918 is men begonnen de oor spronkelijke edele wijnstokken, de ,,cé- pages nobles" weer aan te planten; dit zijn: Riesling Gewürztraminer Muscat d'Alsace - Duitse benaming Muskateller Tokay d'Alsace of Pinot Gris - Duitse benaming Grauklevner Er zijn nóg twee druivesoorten die goede wijnen voortbrengen maar toch iets la ger worden gewaardeerd met „cépages fins", het zijn de Sylvaner en de Pinot Blanc - Duitse benaming Weissklevner. Door koppig volhouden heeft men be reikt dat op het ogenblik een derde van de totale oppervlakte aan Elzasser wijngaard (lang 70 km bij een breedte van slechts 5 km) met bovengenoemde wijnstokken beplant is. Bij decreet van 2 november 1945 heeft men bepalingen opgesteld die de be perkingen omschreven voor de produk- tie van wijnen die als Vin d'Alsace ver kocht mochten worden. Een volgende stap om de kwaliteit van de Elzasser wijnen onder controle te houden was de oprichting van het Comité Interprofessionnel des Vins d'Alsace in 1960. Als gevolg daarvan kwam bij de- créet van 3 oktober 1962 de Appellation contrólée Vin d'Alsace tot stand. Daarbij wordt de druivesoort genoemd waaruit de wijn werd gewonnen. Op het etiket voor een wijn uit de Elzas onder be scherming van de appellation contrólée moet dus de aanduiding Vin d'Alsace staan. De vermelding van de druivesoort en plaats van herkomst zijn toevoegin gen. Hierbij zij nog opgemerkt dat de betreffende wijn voor 100 procent uit de 12

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Heineken - Tap en Schap | 1976 | | pagina 12