ipfe feat-isw» eÊ^^-Ér— plaats een herberg te houden en dan tenslotte - het klinkt ons als straf wat vreemd in de oren - de levering van tienduizend stenen ten behoeve van een fabriek in Amsterdam. Hebben prijsmaatregelen van de over heid bij de huidige generatie horeca ondernemers menigmaal wrevel opge wekt, ook in de zestiende eeuw heeft dit reeds tot wrijvingen geleid: in Amster dam wordt aan tapperijen voorgeschre ven dat het bier voor een niet hogere prijs dan 2 duiten de kan verkocht mocht worden, terwijl tegelijkertijd aan wijnhuizen wel prijsverhogingen voor de wijn werden toegestaan. Men heeft het morrend geslikt. De bierbottelaar et bier werd afgevuld en gele verd op vaten. Eerst in de tweede helft van de vorige eeuw ging men ertoe over ook bier in flessen af te vullen, maar van de totale omzet was dit een bijna te ver waarlozen deel. Bovendien kwam het grootste deel van dit flessebier niet op de binnenlandse markt terecht, maar werd gebruikt als scheepsproviande- ring en voor de export. De levendigste handel in flessebier kwam niet van de brouwerijen maar van de zelfstandige bottelaars. Waren het aanvankelijk meestal horeca-ondernemers, die ten behoeve van hun klanten een gedeelte van het vatenbier overbrachten in ste nen of glazen flessen, die eenvoudig met een kurk gesloten werden, toen in de zestiger en zeventiger jaren van de negentiende eeuw vele brouwerijen wa ren overgegaan op ondergistend bier en een degelijke afsluiting van flessen noodzakelijk werd, ontwikkelde zich de nering van bierbottelaar. Hij vulde met het beeld van een ouderwetsche taveer ne tamelijk getrouw zijn. Het schitterende glaswerk van heden hebben onze voorouders in de taveer nen niet gekend. Groote heeren dron ken in de Middeleeuwen uit zilveren kroezen of schalen (in lederen overtrek ken bewaaro), terwijl de mindere man zich met tinnen tevreden stelde, of wel houten kitten gebruikte. De drinkkan nen waren van Keulsch aardewerk." Zouden wij het naar eigentijdse maat staven moeten zeggen, dan lijkt het op het ons bekende bruine café, ontdaan van alle franje, waar men letterlijk met de deur in huis valt. In huis, omdat veelal de tapperij, de taveerne ook de woon- en slaapkamer van de familie was, waar de kinderen tussen de gasten over de vloer scharrelden. Voorschriften voor inrichting, vloeroppervlakte, enzovoort bestonden nog niet. De scheiding tussen bedrijfsuitoefening en het gezinsleven zou pas gestalte krijgen door de totstandkoming van de drankwet in de negentiende eeuw. Maar ook vóór de eerste drankwet golden er wel degelijk voorschriften die beoog den enige ordening te brengen in het bezoek aan bierhuizen, het gedrag van de gasten en het optreden van de kaste lein. Zo kende men reeds in de Middel- 10 In het begin van deze eeuw had de Wed.Ch. van Gilse te Roosendaal, destijds Hoofd agent van de Amstel Brouwerij, dit soort bierkruikjes in gebruik. De bierbottelaar uit het verleden. eeuwen het verplichte sluitingsuur, dat in menige plaats werd aangekondigd door het luiden van de bierclocke. De zogenaamde „zwarte lijst", waarop de namen vermeld stonden van degenen die wegens wangedrag en dergelijke niet in het horecabedrijf mochten wor den toegelaten - nog niet zo veel jaren geleden een bekende lijst in vele dorps cafés van Nederland - was reeds in de vijftiende en zestiende eeuw geen onbe kend verschijnsel. En wie durft te beweren dat het vroeger met de zeden niet zo nauw genomen werd, wordt wel geloochenstraft als hij in de archieven van menige stad rond kijkt. Eén voorbeeld uit vele: in 1537 wordt Wessel Claes, herbergier te Am sterdam, gegrepen wegens het geven van gelegenheid („logerende, geëchte mannen bij ander vrouwen") en het gebruiken van valse maten bij zijn bier kannen. Claes moet het met deze dub bele overtreding wel erg bont gemaakt hebben, want de veroordeling die hem werd opgelegd is geen kleinigheid en komt ons in deze tijd uiterst zwaar voor: een boete, die naar hedendaagse maat staven omgerekend neerkomt op onge veer tweeduizend gulden, verbanning uit de stad voor de tijd van drie jaar, een verbod voor het leven om op dezelfde

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Heineken - Tap en Schap | 1975 | | pagina 10